Naar inhoud springen

Graafschap Holland: verschil tussen versies

Beluister (info)
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
AGL (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Mateus2019 (overleg | bijdragen)
 
(48 tussenliggende versies door 25 gebruikers niet weergegeven)
Regel 5: Regel 5:
| Jaar van afloop = 1795
| Jaar van afloop = 1795
| Vlag =
| Vlag =
| Vlagartikel =
| Vlagartikel =
| Wapen =[[Bestand:Wapen graafschap Holland.svg|80px]]
| Wapen = [[Bestand:Wapen graafschap Holland.svg|80px]]
| Wapenartikel =Wapen van Holland
| Wapenartikel = Wapen van Holland
| Leus =
| Leus =
| Kaart =Locator County of Holland (1350).svg
| Kaart = Locator County of Holland (1350).svg
| Kaartjaar =Het graafschap Holland rond 1350.
| Kaartjaar = Het graafschap Holland rond 1350.
| Hoofdstad =Officieel geen, de facto [[Den Haag]] 1230-1795
| Hoofdstad = [[Den Haag]] 1230-1795
| Oppervlakte =
| Oppervlakte =
| Bevolking =
| Bevolking =
Regel 17: Regel 17:
| Nationale feestdag =
| Nationale feestdag =
| Volkslied =
| Volkslied =
| Talen =
| Talen = [[Oudfries]], [[Oudnederlands]], [[Middelnederlands]], [[Nederlands]]
| Religie =
| Religie = [[Nederlandse Hervormde Kerk|Nederlands Hervormd]], [[Rooms-Katholieke Kerk|Rooms-Katholiek]]
| Type Deelgebied =
| Type Deelgebied =
| Hoofd Deelgebied =
| Hoofd Deelgebied =
| Vergadering =[[Staten van Holland en West-Friesland|Staten van Holland]]
| Vergadering = [[Staten van Holland en West-Friesland|Staten van Holland]]
}}
}}
{{Gesproken Wikipedia klein|Nl-Graafschap Holland-article.ogg|25841791}}
{{Gesproken Wikipedia klein|Nl-Graafschap Holland-article.ogg|25841791}}
Het '''graafschap Holland''' was een [[graaf (titel)|graafschap]] binnen het [[Rooms-Duitse Rijk]], waarvan het gebied uiteindelijk ongeveer overeenkwam met de provincies [[Noord-Holland|Noord-]] en [[Zuid-Holland]] zonder de [[Zuid-Hollandse Eilanden|Zuid-Hollandse eilanden]] en met de eilanden [[Terschelling (hoofdbetekenis)|Terschelling]], [[Vlieland (hoofdbetekenis)|Vlieland]], [[Urk]] en [[Schokland]], die later zijn overgeheveld naar andere provincies. Datzelfde geldt voor het [[Land van Heusden en Altena]], dat vanaf 1813 behoort tot de provincie [[Noord-Brabant]].


Van een '[[graaf van Holland]]' was voor het eerst sprake toen graaf [[Floris II van Holland]] zich in 1101 bij [[oorkonde]] graaf van Holland noemde. Met de dood van Jan I in 1299 stierf diens dynastie, het [[Hollandse huis]], uit en sindsdien waren de graven van Holland steeds afkomstig van buiten het graafschap: achtereenvolgens het [[huis Avesnes]] ([[Henegouwen]]), het [[huis Wittelsbach]] ([[Beieren]]), het [[huis Valois]] ([[Hertogdom Bourgondië|Bourgondië]]) en het [[huis Habsburg]].
Het '''graafschap Holland''' was een [[graaf (titel)|graafschap]] binnen het [[Rooms-Duitse Rijk]], waarvan het gebied uiteindelijk ongeveer overeenkwam met de provincies [[Noord-Holland|Noord-]] en [[Zuid-Holland]] zonder de [[Zuid-Hollandse Eilanden|Zuid-Hollandse eilanden]] en met de eilanden [[Terschelling (hoofdbetekenis)|Terschelling]], [[Vlieland (hoofdbetekenis)|Vlieland]], [[Urk]] en [[Schokland]], die later zijn overgeheveld naar andere provincies. Datzelfde geldt voor het [[Land van Heusden en Altena]] dat vanaf 1813 behoort bij de provincie [[Noord-Brabant]].


In de [[16e eeuw]] verwierf Holland zijn dominante positie in de noordelijke Nederlanden. Dit kwam door zijn economische overwicht en door zijn samenwerking met de Habsburgse landheren bij het [[Pacificatiepolitiek|pacificeren]] van [[Heerlijkheid Friesland|Friesland]] en [[Hertogdom Gelre|Gelre]]. De [[Staten van Holland]] bekostigden de legers die de achtereenvolgende [[stadhouder]]s hiervoor inzetten, maar weigerden om mee te betalen aan een betere verdediging van de zuidelijke provincies tegen de Fransen.<ref>Jonathan I. Israel, De Republiek, 1477-1806, druk 2001</ref>
Van een '[[graaf van Holland]]' is voor het eerst sprake als graaf [[Floris II van Holland]] zich in [[1101]] bij [[oorkonde]] graaf van Holland noemt. Met de dood van Jan I in 1299 stierf diens dynastie, het [[Hollandse huis]], uit en sindsdien waren de graven van Holland steeds afkomstig van buiten het graafschap: achtereenvolgens het [[huis Avesnes]] (Henegouwen), het [[Wittelsbach|huis Wittelsbach]] (Beieren), het [[huis Valois]] (Bourgondië) en het [[Habsburg|Habsburgse huis]].


In 1581 zwoeren de [[Staten-Generaal van de Nederlanden]] de toenmalige graaf Filips III (koning [[Filips II van Spanje|Filips II]] van Spanje) af en was er in de praktijk geen graaf meer. De grafelijke rechten berustten bij de [[Staten van Holland en West-Friesland]].
In de [[16e eeuw]] verwierf Holland zijn dominante positie in de noordelijke Nederlanden. Dit kwam door zijn economische overwicht en door zijn samenwerking met de Habsburgse landheren bij het pacificeren van Friesland en Gelre. De [[Staten van Holland]] bekostigden de legers die de achtereenvolgende stadhouders hiervoor inzetten, maar weigerden om mee te betalen aan een betere verdediging van de zuidelijke provincies tegen de Fransen.<ref>Jonathan I. Israel, De Republiek, 1477-1806, druk 2001</ref>


Het gewest Holland had binnen de [[Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden]] een dominante positie, zowel politiek als economisch. Met de komst van de Fransen werden in 1795 alle feodale rechten formeel afgeschaft. In 1798 werden de Nederlanden in [[departementen in de Nederlanden|departementen]] onderverdeeld, die niet de historische grenzen van de gewesten volgden. Holland werd (ongeveer) verdeeld in vier departementen: het [[departement van Texel]], het [[departement van de Amstel]], het [[departement van de Delf]] en het [[departement van de Schelde en Maas]].
In 1581 zwoeren de [[Staten-Generaal van de Nederlanden]] de toenmalige graaf Filips III (koning [[Filips II van Spanje|Filips II]] van Spanje) af en was er in de praktijk geen graaf meer. De grafelijke rechten berustten bij de [[Staten van Holland en West-Friesland]].

Het gewest Holland had binnen de [[Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden]] een dominante positie, zowel politiek als economisch. Met de komst van de Fransen werden in 1795 alle feodale rechten formeel afgeschaft. In 1798 werden de Nederlanden in [[Departementen in de Nederlanden|departementen]] verdeeld, die niet de historische grenzen van de gewesten volgden. Holland werd (ongeveer) verdeeld in vier departementen: het [[departement van Texel]], het [[departement van de Amstel]], het [[departement van de Delf]] en het [[departement van de Schelde en Maas]].


== Ontstaansgeschiedenis ==
== Ontstaansgeschiedenis ==
Na het tijdperk van de [[Grote Volksverhuizing]] werd de kuststreek van Nederland bewoond door de [[Friezen]]. Onder hun koningen [[Aldgisl]] en [[Radboud (koning)|Redbad]] ontwikkelden zij zich tot een geduchte tegenstander van de [[Franken (volk)|Franken]]. Het centrale rivierengebied in Holland en Utrecht was in Friese handen en de beheersing van delta van de Rijn en Maas was regelmatig inzet van vijandelijkheden. In 719 werden de Friezen onderworpen door de Franken, waarna het gebied deel ging uitmaken van het [[Frankische Rijk]]. Het kreeg de naam [[Frisia (Friesland)|Frisia]], een verwijzing naar zijn inwoners.

=== Karolingische tijd ===
=== Karolingische tijd ===
==== Lotharingen ====
==== Lotharingen ====
Onder [[Karel de Grote]] beheerste het Frankische rijk rond [[800]] een groot deel van [[Europa (werelddeel)|Europa]]. Het [[Karolingische rijk]] was onderverdeeld in [[Gouw (Germaans)|gouwen]], ook [[Pagus (Romeins)|pagus]] genoemd. Sommige groepen pagi werden ''comitatus'' genoemd, hoewel dit ook wel gebeurde voor afzonderlijke gouwen. Deze werden bestuurd door [[Heer (feodalisme)|leenman]]nen (''vassus'') die aan hem verantwoording schuldig waren. Een ''comes'' of gouwgraaf bestuurde één of meerdere gouwen. Door de geringe [[handel (economie)|handel]], de negatieve [[handelsbalans]] met het [[Byzantijnse Rijk]] en de moslims en het verdwijnen van de gouden [[Muntproductieproces|muntslag]] was de economie echter min of meer veranderd in een [[Lokale ruileconomie|ruileconomie]]. De leenmannen konden alleen beloond worden door aan hen gronden (''beneficium'', vanaf de tiende eeuw ''feodum'') en het [[vruchtgebruik]] daarvan te geven. Hieruit ontwikkelde het systeem zich tot het [[feodalisme]]. De leenmannen streefden naar erfelijkheid, wat steeds meer regel werd en in [[877]] gelegaliseerd door het [[Capitulare van Quierzy]]. Hiermee werd het onmogelijk nog een groot rijk te vormen, terwijl de graven op hun beurt probeerden meerdere gouwen te verkrijgen.
Onder [[Karel de Grote]] beheerste het Frankische Rijk rond 800 een groot deel van [[Europa (werelddeel)|Europa]]. Het [[Karolingische Rijk]] was onderverdeeld in [[gouw (Germaans)|gouwen]], ook [[pagus (Romeins)|pagus]] genoemd. Sommige groepen pagi werden ''comitatus'' genoemd, hoewel dit ook wel gebeurde voor afzonderlijke gouwen. Deze werden bestuurd door [[heer (feodalisme)|leenman]]nen (''vassus''), die aan hem verantwoording schuldig waren. Een ''comes'' of [[gouwgraaf]] bestuurde één of meerdere gouwen. Door de geringe [[handel (economie)|handel]], de negatieve [[handelsbalans]] met het [[Byzantijnse Rijk]] en de [[moslim]]s en het verdwijnen van de gouden [[muntproductieproces|muntslag]] was de economie echter min of meer veranderd in een [[Lokale ruileconomie|ruileconomie]]. De leenmannen konden alleen beloond worden door aan hen gronden (''beneficium'', vanaf de [[10e eeuw]] ''feodum'') en het [[vruchtgebruik]] daarvan te geven. Hieruit ontwikkelde het systeem zich tot het [[feodalisme]]. De leenmannen streefden naar erfelijkheid, wat steeds meer regel werd en in 877 gelegaliseerd door het [[Capitulare van Quierzy]]. Hiermee werd het onmogelijk nog een groot rijk te vormen, terwijl de graven op hun beurt probeerden meerdere gouwen te verkrijgen.


[[File:Dutch Eagle and Hollandish Lion.jpg|250px|thumb|Duitse Adelaar met hartschild van het graafschap Holland (Ridderzaal Den Haag)]]
[[Bestand:German Eagle and Lion of Holland heraldry.jpg|thumb|Duitse Adelaar met hartschild van het graafschap Holland (Ridderzaal Den Haag)]]
Daarnaast hadden de Karolingen geen abstract staatsbegrip, zoals de [[Romeinse Rijk|Romeinen]] eerder al hadden gekend, maar beschouwden land als een persoonlijk bezit. Zoals elk bezit werd dit na het overlijden dan ook onder de zonen verdeeld. Deze [[Deling van het Frankische Rijk|rijksdelingen]] hadden vaak een onderlinge strijd ten gevolg die een centraal gezag problematisch maakte, wat nog verergerd werd door [[Vikingen|Vikingaanvallen]]. Met het [[Verdrag van Ribemont (880)|Verdrag van Ribemont]] van [[880]] kwam een einde aan de rijksdelingen. Het [[hertogdom Lotharingen]] - waar de Lage Landen deel van uitmaakten - kwam bij het [[Oost-Francië|Oost-Frankische rijk]] waarin men het probeerde te integreren. Er was echter geen sprake van een enkel stamverband als in de vier [[stamhertogdom]]men van dit rijk -[[Hertogdom Franken|Franken]], [[Stamhertogdom Saksen|Saksen]], [[Hertogdom Beieren (-1255)|Beieren]] en [[Hertogdom Zwaben|Zwaben]] - en Lotharingen nam een aparte positie in met grote mate van zelfbeschikking. Dit bleek wel toen in [[911]] [[Lodewijk IV het Kind|Lodewijk het Kind]] overleed, de laatste [[Karolingen|Karolinger]] in [[Oost-Francië]]. In tegenstelling tot de stamhertogdommen die zich onder [[Koenraad I van Franken|Koenraad]], de hertog van Franken, schaarden, koos men in Lotharingen voor de Karolingse [[West-Francië|West-Frankische]] koning [[Karel de Eenvoudige]].
Daarnaast hadden de Karolingen geen abstract staatsbegrip, zoals de [[Romeinse Rijk|Romeinen]] eerder al hadden gekend, maar beschouwden land als een persoonlijk bezit. Zoals elk bezit werd dit na het overlijden dan ook onder de zonen verdeeld. Deze [[Deling van het Frankische Rijk|rijksdelingen]] hadden vaak een onderlinge strijd ten gevolg die een centraal gezag problematisch maakte, wat nog verergerd werd door [[Vikingen|Vikingaanvallen]]. Met het [[Verdrag van Ribemont (880)|Verdrag van Ribemont]] van 880 kwam een einde aan de rijksdelingen. Het [[hertogdom Lotharingen]] waar de Lage Landen deel van uitmaakten kwam bij het [[Oost-Francië|Oost-Frankische rijk]] waarin men het probeerde te integreren. Er was echter geen sprake van een enkel stamverband als in de vier [[stamhertogdom]]men van dit rijk [[Hertogdom Franken|Franken]], [[Stamhertogdom Saksen|Saksen]], [[Hertogdom Beieren (-1255)|Beieren]] en [[Hertogdom Zwaben|Zwaben]] en Lotharingen nam een aparte positie in met grote mate van zelfbeschikking. Dit bleek wel toen in 911 [[Lodewijk IV het Kind|Lodewijk het Kind]] overleed, de laatste [[Karolingen|Karolinger]] in Oost-Francië. In tegenstelling tot de stamhertogdommen die zich onder [[Koenraad I van Franken|Koenraad]], de hertog van Franken, schaarden, koos men in Lotharingen voor de Karolingse [[West-Francië|West-Frankische]] koning [[Karel de Eenvoudige]].


Karel de Eenvoudige werd in [[922]] uit Lotharingen verdreven door de Duitse koning [[Hendrik de Vogelaar]] waarna de Lotharingse edelen uiteindelijk voor Hendrik kozen in [[925]]. Diens macht was echter beperkt onder zijn naar zo veel mogelijk zelfstandigheid strevende vazal [[Giselbert II van Maasgouw|Giselbert II]], de hertog van Lotharingen, die op zijn beurt alleen werkelijke macht uitoefende in zijn eigen graafschappen.
Karel de Eenvoudige werd in 922 uit Lotharingen verdreven door de Duitse koning [[Hendrik de Vogelaar]] waarna de Lotharingse edelen uiteindelijk voor Hendrik kozen in 925. Diens macht was echter beperkt onder zijn naar zo veel mogelijk zelfstandigheid strevende vazal [[Giselbert II van Maasgouw|Giselbert II]], de hertog van Lotharingen, die op zijn beurt alleen werkelijke macht uitoefende in zijn eigen graafschappen.


De periode tussen ongeveer 850 en 950 wordt wel de [[IJzeren eeuw|ijzeren eeuw]] genoemd, vanwege de chaos die ontstond door het verbrokkelen van de macht. Veel gewesten kregen weer hun oude naam en versterkten hun eigen identiteit. In de Lage Landen ging dit niet op, aangezien de namen [[Austrasië]] en [[Neustrië]] in onbruik waren geraakt en er nog geen duidelijk omlijnde gebieden waren.
De periode tussen ongeveer 850 en 950 wordt wel de [[IJzeren eeuw|ijzeren eeuw]] genoemd, vanwege de chaos die ontstond door het verbrokkelen van de macht. Veel gewesten kregen weer hun oude naam en versterkten hun eigen identiteit. In de Lage Landen ging dit niet op, aangezien de namen [[Austrasië]] en [[Neustrië]] in onbruik waren geraakt en er nog geen duidelijk omlijnde gebieden waren.


==== Frisia ====
==== Frisia ====
Aan het einde van de regering van [[Lodewijk de Vrome]], zoon van Karel de Grote, was de koninklijke macht verzwakt door de [[stormvloed van 838]], waardoor diverse steden werden verwoest en grote stukken grond verloren gingen, en de twisten met zijn zoons. Bovendien zorgden de invallen van de Vikingen voor veel onrust. Na de dood van Lodewijk beleende zijn zoon [[Lotharius I]] de Deense broers [[Rorik]] en Harald met ''[[Fresia (Friesland)|Frisia]]'' - het huidige Friesland en Holland - in een poging de aanvallen van de Vikingen te weren. De lokale gouwgraven zagen hun macht daardoor afnemen, omdat ze moesten samenwerken met de [[Denemarken|Denen]]. In [[885]] kwam aan de Deense overheersing een einde door de moord op [[Godfried de Noorman]] en zijn metgezellen in Herispich, het huidige [[Spijk (Rijnwaarden)|Spijk]], door [[Everhard Saxo]] en [[Hendrik van Babenberg]], waarbij [[Gerulf]], ''comes Fresonum'', een groot aandeel had. Gerulf die graaf was in [[Teisterbant]] ontving als beloning van de Oost-Frankische koning [[Arnulf van Karinthië|Arnulf]] op [[4 augustus]] [[889]] een aantal goederen in vol eigendom. Deze goederen bestonden uit een aantal boerderijen en huizen in onder andere [[Tiel]], [[Aalburg]] en [[Asch]]. Daarnaast kreeg hij goederen toegewezen in Frisia, bestaande uit een bos en een bouwakker, ergens tussen de monding van de [[Oude Rijn (Harmelen-Noordzee)|Oude Rijn]] en (vermoedelijk) [[Bennebroek]], ''Suithardeshaga''.
Aan het einde van de regering van [[Lodewijk de Vrome]], zoon van Karel de Grote, was de koninklijke macht verzwakt door de [[stormvloed van 838]], waardoor diverse steden werden verwoest en grote stukken grond verloren gingen, en de twisten met zijn zoons. Bovendien zorgden de invallen van de Vikingen voor veel onrust. Na de dood van Lodewijk beleende zijn zoon [[Lotharius I]] de Deense broers [[Rorik]] en Harald met ''[[Fresia (Friesland)|Frisia]]'' het huidige Friesland en Holland in een poging de aanvallen van de Vikingen te weren. De lokale gouwgraven zagen hun macht daardoor afnemen, omdat ze moesten samenwerken met de [[Denemarken (hoofdbetekenis)|Denen]]. In 885 kwam aan de Deense overheersing een einde door de moord op [[Godfried de Noorman]] en zijn metgezellen in Herispich, het huidige [[Spijk (Rijnwaarden)|Spijk]], door [[Everhard Saxo]] en [[Hendrik van Babenberg]], waarbij [[Gerulf]], ''comes Fresonum'', een groot aandeel had. Gerulf die graaf was in [[Teisterbant]] ontving als beloning van de Oost-Frankische koning [[Arnulf van Karinthië|Arnulf]] op 4 augustus 889 een aantal goederen in vol eigendom. Deze goederen bestonden uit een aantal boerderijen en huizen in onder andere [[Tiel]], [[Aalburg]] en [[Asch]]. Daarnaast kreeg hij goederen toegewezen in Frisia, bestaande uit een bos en een bouwakker, ergens tussen de monding van de [[Oude Rijn (Harmelen-Noordzee)|Oude Rijn]] en (vermoedelijk) [[Bennebroek]], ''Suithardeshaga''.


In [[922]] schonk koning [[Karel de Eenvoudige]] de kerk van [[Egmond]] met alle daarbij behorende goederen aan [[Dirk I van Holland (graaf)|Dirk I]], de zoon van Gerolf, als dank voor zijn steun bij een opstand van zijn [[vazal]]len. Egmond lag ten noorden van de bezittingen die hij van Gerolf had gekregen en sloot daar dus uitstekend op aan. Kort hierna stichtte hij er de [[Sint-Adelbertabdij|Abdij van Egmond]], de oudste abdij van Holland.
In 922 schonk koning [[Karel de Eenvoudige]] de kerk van [[Egmond (hoofdbetekenis)|Egmond]] met alle daarbij behorende goederen aan [[Dirk I van Holland (graaf)|Dirk I]], de zoon van Gerolf, als dank voor zijn steun bij een opstand van zijn [[vazal]]len. Egmond lag ten noorden van de bezittingen die hij van Gerolf had gekregen en sloot daar dus uitstekend op aan. Kort hierna stichtte hij er de [[Sint-Adelbertabdij|Abdij van Egmond]], de oudste abdij van Holland.


=== Feodale periode ===
=== Feodale periode ===
De status van het Hollandse huis bleek gestegen toen in [[938]] [[Dirk II van Holland|Dirk II]] op achtjarige leeftijd werd verloofd met de net geboren [[Hildegard van Vlaanderen|Hildegard]], de dochter van [[Arnulf I van Vlaanderen]]. De graaf was in deze periode meer een militaire gezaghebber die de aanvallen van de Vikingen moest weerstaan en daarbij onder de [[Lijst van bisschoppen en aartsbisschoppen van Utrecht|bisschop van Utrecht]] viel.
De status van het Hollandse huis bleek gestegen toen in 938 [[Dirk II van Holland|Dirk II]] op achtjarige leeftijd werd verloofd met de net geboren [[Hildegard van Vlaanderen|Hildegard]], de dochter van [[Arnulf I van Vlaanderen]]. De graaf was in deze periode meer een militaire gezaghebber die de aanvallen van de Vikingen moest weerstaan en daarbij onder de [[Lijst van bisschoppen en aartsbisschoppen van Utrecht|bisschop van Utrecht]] viel.


In [[985]] gaf koning [[keizer Otto III|Otto III]], op verzoek van zijn moeder [[Theophanu]] een aantal gebieden in eigendom (''proprium'') aan graaf [[Dirk II van Holland|Dirk II]] die hij eerder in [[Leenstelsel|leen]] (''beneficium'') had gekregen. Dit was het gebied tussen de rivieren ''Liora'' ([[Lee (De Lier)]]) en ''Hisla'' ([[Hollandse IJssel]]) - [[Masaland]] -, ''[[Zonnemaire|villa Sunnimeri]]'', het gebied tussen de rivieren ''Medemelaka'' en ''Chinnelosara gemerchi'' - [[Kennemerland|Kinheim]] - en [[Texla]].
In 985 gaf koning [[keizer Otto III|Otto III]], op verzoek van zijn moeder [[Theophanu]] een aantal gebieden in eigendom (''proprium'') aan graaf [[Dirk II van Holland|Dirk II]] die hij eerder in [[leen (feodalisme)|leen]] (''beneficium'') had gekregen. Dit was het gebied tussen de rivieren ''Liora'' ([[Lee (De Lier)|Lee]]) en ''Hisla'' ([[Hollandse IJssel]]) [[Masaland]] ''[[Zonnemaire|villa Sunnimeri]]'', het gebied tussen de rivieren ''Medemelaka'' en ''Chinnelosara gemerchi'' [[Kennemerland|Kinheim]] en [[Texla]].


In [[993]] kwam graaf [[Arnulf van Gent|Arnulf]] om het leven bij een poging zijn opstandige onderdanen tot gehoorzaamheid te dwingen. Dit gevecht vond plaats bij [[Winkel (Niedorp)|Winkel]] en wordt gezien als een eerste teken van de ''libertas'' van de Friezen, maar op dat moment was er nog geen sprake van scheiding tussen West-Friesland en Kennemerland. [[Dirk III van Holland|Dirk III]] was nog te jong om het bestuur op zich te nemen, waarop zijn moeder [[Lutgardis van Luxemburg]] deze taken waarnam. In [[1005]] was Dirk oud genoeg om zelfstandig het graafschap te besturen, maar maakte hij nog steeds dankbaar gebruik van de goede connecties van zijn moeder. Volgens [[Thietmar van Merseburg (bisschop)|Thietmar van Merseburg]] kwam het tot een verzoening met de Friezen door toedoen van haar zwager, koning [[Hendrik II de Heilige|Hendrik II]]. De koning vertrok vanuit [[Utrecht (stad)|Utrecht]] per schip met een leger om de Friese opstand te onderdrukken.
In 993 kwam graaf [[Arnulf van Gent|Arnulf]] om het leven bij een poging zijn opstandige onderdanen tot gehoorzaamheid te dwingen. Dit gevecht vond plaats bij [[Winkel (Niedorp)|Winkel]] en wordt gezien als een eerste teken van de ''libertas'' van de Friezen, maar op dat moment was er nog geen sprake van scheiding tussen [[West-Friesland (regio)|West-Friesland]] en Kennemerland. [[Dirk III van Holland|Dirk III]] was nog te jong om het bestuur op zich te nemen, waarop zijn moeder [[Lutgardis van Luxemburg]] deze taken waarnam. In 1005 was Dirk oud genoeg om zelfstandig het graafschap te besturen, maar maakte hij nog steeds dankbaar gebruik van de goede connecties van zijn moeder. Volgens [[Thietmar van Merseburg (bisschop)|Thietmar van Merseburg]] kwam het tot een verzoening met de Friezen door toedoen van haar zwager, koning [[Hendrik II de Heilige|Hendrik II]]. De koning vertrok vanuit [[Utrecht (stad)|Utrecht]] per schip met een leger om de Friese opstand te onderdrukken.


Om de ''promessa'' in te lossen die hij had gedaan naar aanleiding van de Friese aanvallen, ging Dirk III daarna op [[Christelijke bedevaart|bedevaart]] naar [[Jeruzalem]]. Bij zijn terugkeer bleek het noorden nog dusdanig onveilig dat hij naar het zuiden trok en rond [[Vlaardingen]], dat buiten zijn leen lag, grond begon te verpachten om het in cultuur te laten brengen. Bovendien bouwde hij een burcht bij ''Silva Meriwido'', het latere Vlaardingen. Vanuit die burcht dwong hij de kooplieden die in hun schepen langsvoeren, onderweg van [[Tiel]] naar [[Engeland]] en vice versa, om tol te betalen. Op de [[rijksdag van Nijmegen]] van [[1018]] werd naar aanleiding van Tielse klachten besloten hier tegen op te treden. Een leger onder leiding van hertog [[Godfried van Verdun|Godfried I van Lotharingen]] bestaand uit een vloot met troepen uit [[Sticht Utrecht|Utrecht]], [[Keurvorstendom Keulen|Keulen]] en [[Bisdom Luik|Luik]] werd echter in de [[Slag bij Vlaardingen (1018)|Slag bij Vlaardingen]] verslagen door Dirk III. Om diens positie tegenover eventuele aanvallen van Vikingen niet te verzwakken, besloot de [[Lijst van Rooms-Duitse koningen en keizers|Rooms-Duitse]] keizer [[Hendrik II de Heilige|Hendrik II]] het hierbij te laten, maar wel de positie van de bisschop van Utrecht, de leenheer van Dirk, te versterken. Daarmee werd Dirk III feitelijk zelfstandig. Dirk wist desondanks zijn gebied uit te breiden richting het oosten, ten koste van Utrecht. Na het overlijden van Hendrik II in [[1024]] steunde Dirk III de kandidatuur van [[Koenraad II de Saliër|Koenraad II]] waarmee hij poogde zich te verzoenen met het rijksgezag en zijn verworven gebieden te behouden en zelfs uit te breiden.
Om de ''promessa'' in te lossen die hij had gedaan naar aanleiding van de Friese aanvallen, ging Dirk III daarna op [[Christelijke bedevaart|bedevaart]] naar [[Jeruzalem (hoofdbetekenis)|Jeruzalem]]. Bij zijn terugkeer bleek het noorden nog dusdanig onveilig dat hij naar het zuiden trok en rond [[Vlaardingen]], dat buiten zijn leen lag, grond begon te verpachten om het in cultuur te laten brengen. Bovendien bouwde hij een burcht bij ''Silva Meriwido'', het latere Vlaardingen. Vanuit die burcht dwong hij de kooplieden die in hun schepen langsvoeren, onderweg van [[Tiel]] naar [[Koninkrijk Engeland|Engeland]] en vice versa, om tol te betalen. Op de [[rijksdag van Nijmegen]] van 1018 werd naar aanleiding van Tielse klachten besloten hier tegen op te treden. Een leger onder leiding van hertog [[Godfried van Verdun|Godfried I van Lotharingen]] bestaand uit een vloot met troepen uit [[Sticht Utrecht|Utrecht]], [[Keurvorstendom Keulen|Keulen]] en [[Bisdom Luik|Luik]] werd echter in de [[Slag bij Vlaardingen (1018)|Slag bij Vlaardingen]] verslagen door Dirk III. Om diens positie tegenover eventuele aanvallen van Vikingen niet te verzwakken, besloot de [[Lijst van Rooms-Duitse koningen en keizers|Rooms-Duitse]] keizer [[Hendrik II de Heilige|Hendrik II]] het hierbij te laten, maar wel de positie van de bisschop van Utrecht, de leenheer van Dirk, te versterken. Daarmee werd Dirk III feitelijk zelfstandig. Dirk wist desondanks zijn gebied uit te breiden richting het oosten, ten koste van Utrecht. Na het overlijden van Hendrik II in 1024 steunde Dirk III de kandidatuur van [[Koenraad II de Saliër|Koenraad II]] waarmee hij poogde zich te verzoenen met het rijksgezag en zijn verworven gebieden te behouden en zelfs uit te breiden.


Tijdens het bewind van bisschop [[Bernold]] stierf keizer Koenraad II gedurende een verblijf in Utrecht in [[1039]], waarop zijn ingewanden in de [[Dom van Utrecht|Domkerk]] werden bijgezet. De zoon en opvolger van Koenraad, [[keizer Hendrik III|Hendrik III]], overlaadde het Utrechtse bisdom sindsdien met gunsten; zo werd in [[1040]] het [[Oversticht]] aan de bisschop toegewezen. Nu de banden hernieuwd waren, werd besloten om de graaf alsnog te bedwingen. In [[1046]] dwong de keizer [[Dirk IV van Holland|Dirk IV]] afstand te doen van het door hem veroverde gebied. De keizer kon zich echter niet handhaven en moest zich terugtrekken, waarna Dirk de bisdommen Utrecht en Luik begon te plunderen. Bovendien sloot hij een verbond met [[Godfried II van Lotharingen|Godfried met de Baard]], de hertog van [[Opper-Lotharingen]] en de graven van [[graafschap Vlaanderen|Vlaanderen]] en [[graafschap Henegouwen|Henegouwen]]. Hierop volgde in [[1047]] een tweede strafexpeditie waarbij de keizer [[Vlaardingen]] en de grafelijke burcht te [[Rijnsburg]] veroverde. De burcht werd geheel verwoest. Tijdens de terugtocht leed de keizer echter grote verliezen, waardoor Dirks bondgenoten nu ook openlijk tegen de keizer in opstand kwamen. In [[1049]] werd Dirk IV door de bisschoppen van [[Prinsbisdom Metz|Metz]], [[Prinsbisdom Luik|Luik]] en [[Sticht Utrecht|Utrecht]] in de val gelokt en gedood. Dirk was nog jong, ongehuwd en kinderloos. Hij werd opgevolgd door zijn broer [[Floris I van Holland|Floris I]].
Tijdens het bewind van bisschop [[Bernold]] stierf keizer Koenraad II gedurende een verblijf in Utrecht in 1039, waarop zijn ingewanden in de [[Dom van Utrecht (hoofdbetekenis)|Domkerk]] werden bijgezet. De zoon en opvolger van Koenraad, [[keizer Hendrik III|Hendrik III]], overlaadde het Utrechtse bisdom sindsdien met gunsten; zo werd in [[1040]] het [[Oversticht]] aan de bisschop toegewezen. Nu de banden hernieuwd waren, werd besloten om de graaf alsnog te bedwingen. In 1046 dwong de keizer [[Dirk IV van Holland|Dirk IV]] afstand te doen van het door hem veroverde gebied. De keizer kon zich echter niet handhaven en moest zich terugtrekken, waarna Dirk de bisdommen Utrecht en Luik begon te plunderen. Bovendien sloot hij een verbond met [[Godfried II van Lotharingen|Godfried met de Baard]], de hertog van [[Opper-Lotharingen]] en de graven van [[graafschap Vlaanderen|Vlaanderen]] en [[graafschap Henegouwen|Henegouwen]]. Hierop volgde in 1047 een tweede strafexpeditie, waarbij de keizer [[Vlaardingen]] en de grafelijke burcht te [[Rijnsburg]] veroverde. Deze werd geheel verwoest. Tijdens de terugtocht leed de keizer echter grote verliezen, waardoor Dirks bondgenoten nu ook openlijk tegen de keizer in opstand kwamen. In 1049 werd Dirk IV door de bisschoppen van [[Prinsbisdom Metz|Metz]], [[Prinsbisdom Luik|Luik]] en [[Sticht Utrecht|Utrecht]] in de val gelokt en gedood. Dirk was nog jong, ongehuwd en kinderloos. Hij werd opgevolgd door zijn broer [[Floris I van Holland|Floris I]].


Floris I wist zijn gebied in het noorden uit te breiden met een klein gebied in [[Rijnland (gouw)|Rijnland]], ''Holdland''. Waarschijnlijk ging deze naam al snel over op het gehele gebied van Floris. Floris kwam [[1061]] in oorlog, waarbij niet duidelijk is of dit tegen [[hertogdom Brabant|Brabant]], het Sticht of Luik was, waarbij hij verrast en gedood werd. Zijn zoon [[Dirk V van Holland|Dirk V]] was nog minderjarig, waarop zijn moeder [[Geertruida van Saksen]] regentes werd. In [[1063]] hertrouwde Geertruide met [[Robrecht I de Fries|Robrecht I van Vlaanderen]], die hierna ''de Fries'' werd genoemd en als regent voor Dirk V optrad. Koning [[keizer Hendrik IV|Hendrik IV]] schonk in [[1064]] de gebieden van Dirk, namelijk die 'ten westen van het Vlie en rond de oevers van de Rijn' (''[[Westflinge]] et [[circa horas Reni]]'') aan bisschop [[Willem van Gelre (bisschop)|Willem I van Utrecht]], op wiens steun hij wel kon rekenen. Dirk mocht slechts [[Masaland|Maasland]] behouden. Willem wist met de hulp van hertog [[Godfried III van Lotharingen|Godfried III met de Bult]] van [[Neder-Lotharingen]] met veldslagen in [[1071]] en [[1072]] de gebieden ook daadwerkelijk te veroveren. Na de dood van Godfried en Willem in [[1076]] belegerden Robrecht en zijn stiefzoon Dirk V [[IJsselmonde (deelgemeente)|IJsselmonde]] en wisten de nieuwe bisschop [[Koenraad van Zwaben (bisschop)|Koenraad]] gevangen te nemen en te dwingen de gebieden van Dirk V terug te geven.
Floris I wist zijn gebied in het noorden uit te breiden met een klein gebied in [[Rijnland (gouw)|Rijnland]], ''Holdland''. Waarschijnlijk ging deze naam al snel over op het gehele gebied van Floris. Floris kwam 1061 in oorlog, waarbij niet duidelijk is of dit tegen [[hertogdom Brabant|Brabant]], het Sticht of Luik was, waarbij hij verrast en gedood werd. Zijn zoon [[Dirk V van Holland|Dirk V]] was nog minderjarig, waarop zijn moeder [[Geertruida van Saksen]] regentes werd. In 1063 hertrouwde Geertruide met [[Robrecht I de Fries|Robrecht I van Vlaanderen]], die hierna ''de Fries'' werd genoemd en als regent voor Dirk V optrad. Koning [[keizer Hendrik IV|Hendrik IV]] schonk in 1064 de gebieden van Dirk, namelijk die 'ten westen van het Vlie en rond de oevers van de Rijn' (''[[Westflinge]] et [[circa horas Reni]]'') aan bisschop [[Willem van Gelre (bisschop)|Willem I van Utrecht]], op wiens steun hij wel kon rekenen. Dirk mocht slechts [[Masaland|Maasland]] behouden. Willem wist met de hulp van hertog [[Godfried III van Lotharingen|Godfried III met de Bult]] van [[Neder-Lotharingen]] met veldslagen in 1071 en 1072 de gebieden ook daadwerkelijk te veroveren. Na de dood van Godfried en Willem in 1076 belegerden Robrecht en zijn stiefzoon Dirk V [[IJsselmonde (deelgemeente)|IJsselmonde]] en wisten de nieuwe bisschop [[Koenraad van Zwaben (bisschop)|Koenraad]] gevangen te nemen en te dwingen de gebieden van Dirk V terug te geven.

In de eerste helft van de 13e eeuw werd het huidige Den Haag de zetel van de graven van Holland. De officiële plaatsnaam ''<nowiki/>'s-Gravenhage'' en de naam van de ''Gravenstraat'' voor de verbinding tussen het Kerkplein en het huidige Buitenhof in Den Haag verwijzen nog daarnaar.


==== Ontginningen ====
==== Ontginningen ====
Rond 950 begonnen op kleine schaal [[Grote Ontginning|ontginningen]] in de enorme veengebieden in Holland en rond Utrecht, waarschijnlijk van de kleinere heren uit, buiten de graaf of bisschop om. In de elfde eeuw begon echter de [[Grote Ontginning]] die veel meer onder de controle stond van de graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht. Tot de dertiende eeuw werd het gebied tussen het IJ in het noorden, de duinen in het westen, de [[Lek (rivier)|Lek]] en de [[Waal (rivier)|Waal]] in het zuiden en de [[Oude Rijn (Harmelen-Noordzee)|Oude Rijn]] in het oosten ontgonnen.
Rond 950 begonnen op kleine schaal [[Grote Ontginning|ontginningen]] in de enorme veengebieden in Holland en rond Utrecht, waarschijnlijk van de kleinere heren uit, buiten de graaf of bisschop om. In de [[11e eeuw]] begon echter de [[Grote Ontginning]] die veel meer onder de controle stond van de graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht. Tot de [[13e eeuw]] werd het gebied tussen [[IJ (rivier)|het IJ]] in het noorden, de duinen in het westen, de [[Lek (rivier)|Lek]] en de [[Waal (rivier)|Waal]] in het zuiden en de [[Oude Rijn (Harmelen-Noordzee)|Oude Rijn]] in het oosten ontgonnen.


Voor de Grote Ontginning waren de grenzen tussen het machtsgebied van de graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht niet duidelijk te tekenen en bestond er tussen beide een feitelijk niemandsland. Gedurende de ontginningen wisten de graven van Holland echter hun invloed uit te breiden ten koste van [[Sticht Utrecht]].
Voor de Grote Ontginning waren de grenzen tussen het machtsgebied van de graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht niet duidelijk te tekenen en bestond er tussen beide een feitelijk niemandsland. Gedurende de ontginningen wisten de graven van Holland echter hun invloed uit te breiden ten koste van Sticht Utrecht.


== Naamgeving ==
== Naamgeving ==
De oudste bronnen refereren aan het niet duidelijk gedefinieerde graafschap als ''[[West-Frisia]]'' ten westen van het [[Vlie]]. Tot [[1101]] hebben de bronnen het over Friese graven, maar in dat jaar krijgt [[Floris II van Holland|Floris II]] een toevoeging; hij wordt genoemd als ''Florentius comes de Hollant'', graaf van Holland. De graven hierna hielden het bij deze ene titel, totdat [[Floris V van Holland|Floris V]] in [[1291]] besloot zich graaf van Holland en [[graafschap Zeeland|Zeeland]] en heer van Friesland te noemen. Dit was ook het gebruik na de vereniging middels [[personele unie]]s met [[graafschap Henegouwen|Henegouwen]], [[Beieren-Straubing]], [[Hertogdom Bourgondië|Bourgondië]] en [[Habsburg]], hoewel de titels langzaam naar onderen schoven in belang, zodat deze bij de laatste graaf, [[Filips II van Spanje|Filips II]], pas halverwege zijn lijst van titels werden genoemd.
De oudste bronnen refereren aan het niet duidelijk gedefinieerde graafschap als ''[[West-Frisia]]'' ten westen van het [[Vlie]]. Tot 1101 hebben de bronnen het over Friese graven, maar in dat jaar krijgt [[Floris II van Holland|Floris II]] een toevoeging; hij wordt genoemd als ''Florentius comes de Hollant'', graaf van Holland. De graven hierna hielden het bij deze ene titel, totdat [[Floris V van Holland|Floris V]] in 1291 besloot zich graaf van Holland en [[graafschap Zeeland|Zeeland]] en heer van Friesland te noemen. Dit was ook het gebruik na de vereniging middels [[personele unie]]s met [[graafschap Henegouwen|Henegouwen]], [[Beieren-Straubing]], [[Hertogdom Bourgondië|Bourgondië]] en Habsburg, hoewel de titels langzaam naar onderen schoven in belang, zodat deze bij de laatste graaf, [[Filips II van Spanje|Filips II]], pas halverwege zijn lijst van titels werden genoemd.


== Gewest Holland ==
== Gewest Holland ==
Tijdens de [[Tachtigjarige Oorlog]] speelde het gewest Holland een belangrijke rol in het verzet tegen de [[Spanjaarden|Spaanse]] koning. Na de [[Unie van Utrecht (1579)|Unie van Utrecht]] werd het gewest Holland het leidende gewest van de [[Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden|Republiek]], zie verder [[Holland]].
Tijdens de [[Tachtigjarige Oorlog]] speelde het gewest Holland een belangrijke rol in het verzet tegen de [[Spanjaarden|Spaanse]] koning. Na de [[Unie van Utrecht (1579)|Unie van Utrecht]] werd het gewest Holland het leidende gewest van de [[Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden|Republiek]] en het [[Rooms-Hollands recht]] het leidende recht in de Republiek.


== Territorium ==
== Territorium ==
[[Bestand:Willem Blaeu - Hollandia Comitatus.jpg|318px|miniatuur|Kaart van het Graafschap Holland in de 17e eeuw door [[Willem Blaeu]]]]
[[Bestand:Graafschap Holland (County of Holland) 1570 Jacob van Deventer.jpg|320px|miniatuur|Kaart van het Graafschap Holland in 1570 door [[Jacob van Deventer (cartograaf)|Jacob van Deventer]]]]


Het gebied van het graafschap Holland bestond uit grofweg de huidige provincies Noord- en Zuid-Holland maar ook de noordelijkste delen van de provincie Brabant.
Het gebied van het graafschap Holland bestond uit grofweg de huidige provincies [[Noord-Holland|Noord-]] en [[Zuid-Holland]] en de noordelijkste delen van de provincie [[Noord-Brabant]].
Het graafschap was door de graaf van Holland vanaf 1236 opgedeeld in verschillende baljuwschappen om het gebied makkelijker te beheersen.
Het graafschap was door de graaf van Holland vanaf 1236 opgedeeld in verschillende [[baljuw]]schappen om het gebied makkelijker te beheersen.
Dit waren bestuurlijke gebieden waar de Baljuw als de vertegenwoordiger van de Graaf optrad. Naast de baljuwschappen bestonden er de heerlijkheden. De heerlijkheden waren gebieden door de graaf in leen gegeven aan zijn leenheren. De heerlijkheden bestonden al voor het instellen van het baljuwschap. De heerlijkheden waren verbonden aan verschillende heerlijke rechten zodat de heren hier inkomsten uit konden halen.
Dit waren bestuurlijke gebieden waar de Baljuw als de vertegenwoordiger van de Graaf optrad. Naast de baljuwschappen bestonden er de heerlijkheden. De heerlijkheden waren gebieden door de graaf in leen gegeven aan zijn leenheren. De heerlijkheden bestonden al voor het instellen van het baljuwschap. De heerlijkheden waren verbonden aan verschillende heerlijke rechten zodat de heren hier inkomsten uit konden halen.
Daarnaast was er ook nog de heerlijkheid West-Friesland, die in 1297 door [[Floris V van Holland]] onderworpen werd en min of meer onafhankelijk van Holland bleef functioneren. In de loop der eeuwen verwaterde dit onderscheid en werd West-Friesland als onderdeel van het Graafschap Holland gezien, dat sindsdien voluit ''Holland en West-Friesland'' werd genoemd.
Daarnaast was er ook nog de [[heerlijkheid West-Friesland]], die in 1297 door [[Floris V van Holland]] onderworpen werd en min of meer onafhankelijk van Holland bleef functioneren. In de loop der eeuwen verwaterde dit onderscheid en werd West-Friesland als onderdeel van het Graafschap Holland gezien, dat sindsdien voluit ''Holland en West-Friesland'' werd genoemd.
Hieronder de baljuwschappen waaruit het graafschap Holland bestond:
Hieronder de baljuwschappen waaruit het graafschap Holland bestond:


Regel 93: Regel 96:
| [[Baljuwschap Schieland|Schieland]] || 1273 || Afgesplitst van het baljuwschap Rijnland.
| [[Baljuwschap Schieland|Schieland]] || 1273 || Afgesplitst van het baljuwschap Rijnland.
|-
|-
| [[Baljuwschap Rijnland|Rijnland]] || 1236 || Meerder malen verkleind.
| [[Baljuwschap Rijnland|Rijnland]] || 1236 || Meerdere malen verkleind.
|-
|-
| [[Kennemerland]] || 1236 ||
| [[Kennemerland]] || 1236 ||
|-
|-
| [[Baljuwschap Zuid-Holland|Zuid-Holland]] || 1236 || Door de Sint Elisabeths-vloed in 1421 werd het gebied versnipperd.
| [[Baljuwschap Zuid-Holland|Zuid-Holland]] || 1236 || Door de [[Sint-Elisabethsvloed (1421)|Sint Elisabethsvloed]] in 1421 werd het gebied versnipperd.
|-
|-
| Amstelland || 1236 ||
| Amstelland || 1236 ||
|-
|-
| Waterland || 1281 || Werd tussen 1281 en 1283 door Floris V aangekocht.
| Waterland || 1281 || Werd tussen 1281 en 1283 door Floris V aangekocht.
|}
|}


Hieronder een lijst met verschillende (hoge) heerlijkheden in het graafschap Holland:
Hieronder een lijst met verschillende (hoge) heerlijkheden in het graafschap Holland:
Regel 110: Regel 113:
! Naam: !! Uitgiftejaar !! Plaats !! Dynastie !! Opmerking
! Naam: !! Uitgiftejaar !! Plaats !! Dynastie !! Opmerking
|-
|-
| [[Abdij van Rijnsburg]] || || [[Rijnsburg]] || [[Lijst van abdissen van Rijnsburg|Abdis van Rijnsburg]] || Vrije Hoge heerlijkheid
| [[Abdij van Rijnsburg]] || || [[Rijnsburg]] || [[Lijst van abdissen van Rijnsburg|Abdis van Rijnsburg]] || Vrije hoge heerlijkheid
|-
|-
| [[Land van Voorne]] || || [[Oostvoorne]] || [[Van Voorne|Heren van Voorne]]|| Vrije Hoge heerlijkheid
| [[Land van Voorne]] || || [[Oostvoorne]] || [[Van Voorne|Heren van Voorne]]|| Vrije hoge heerlijkheid
|-
|-
| [[Graafschap Egmont|Heerlijkheid Egmont]]|| || [[Egmond]] || [[Huis Egmont|Heren van Egmont]] || Vrije hoge heerlijkheid; vanaf 1486 Graafschap.
| [[Graafschap Egmont|Heerlijkheid Egmont]]|| || [[Egmond (hoofdbetekenis)|Egmond]] || [[Huis Egmont|Heren van Egmont]] || Vrije hoge heerlijkheid; vanaf 1486 graafschap.
|-
|-
| [[Heerlijkheid Putten]]|| || [[Putten (eiland)|Putten]] || [[Heerlijkheid_Putten#Heren_en_vrouwen_van_Putten|Heren van Putten]] || Vrije Hoge heerlijkheid, samen met Strijen
| [[Heerlijkheid Putten]]|| || [[Putten (eiland)|Putten]] || [[Heerlijkheid Putten#Heren en vrouwen van Putten|Heren van Putten]] || Vrije hoge heerlijkheid, samen met Strijen
|-
|-
| [[Heerlijkheid Strijen]]|| || [[Strijen]] || [[Heerlijkheid Strijen|Heren van Strijen]] || Vrije Hoge heerlijkheid, samen met Putten
| [[Heerlijkheid Strijen]]|| || [[Strijen]] || [[Heerlijkheid Strijen|Heren van Strijen]] || Vrije hoge heerlijkheid, samen met Putten
|-
|-
| [[Heerlijkheid Vianen]]|| || [[Vianen (Utrecht)|Vianen]] || [[Heerlijkheid_Vianen#Heren_van_Vianen|Heren van Vianen]] || Vrije hoge heerlijkheid. Vianen wist een verregaande zelfstandigheid te bewaren en was defacto zelfstandig van het Graafschap Holland.
| [[Heerlijkheid Vianen]]|| || [[Vianen (Utrecht)|Vianen]] || [[Heerlijkheid Vianen#Heren van Vianen|Heren van Vianen]] || Vrije hoge heerlijkheid. Vianen wist een verregaande zelfstandigheid te bewaren en was defacto zelfstandig van het graafschap Holland.
|-
|-
| [[Baronie IJsselstein]]|| || [[IJsselstein]] || [[Lijst van heren van IJsselstein|Heren van IJsselstein]] || Vrije Hoge heerlijkheid
| [[Baronie IJsselstein]]|| || [[IJsselstein]] || [[Lijst van heren van IJsselstein|Heren van IJsselstein]] || Vrije Hoge heerlijkheid
|-
|-
| Heerlijkheid Heenvliet || || [[Heenvliet]] || Heren van Heenvliet || Vrije Hoge heerlijkheid
| Heerlijkheid Heenvliet || || [[Heenvliet]] || Heren van Heenvliet || Vrije hoge heerlijkheid
|-
|-
| Heerlijkheid Hoogmade || || [[Hoogmade]] || Heren van Hoogmade || Vrije Hoge heerlijkheid
| Heerlijkheid Hoogmade || || [[Hoogmade]] || Heren van Hoogmade || Vrije hoge heerlijkheid
|-
|-
| Heerlijkheid Papendrecht || || [[Papendrecht]] || Heren van Papendrecht || Vrije Hoge heerlijkheid
| Heerlijkheid Papendrecht || || [[Papendrecht]] || Heren van Papendrecht || Vrije hoge heerlijkheid
|-
|-
| Heerlijkheid Wijngaarden en Ruigbroek || || [[Wijngaarden (Zuid-Holland)|Wijngaarden]] || ||
| Heerlijkheid Wijngaarden en Ruigbroek || || [[Wijngaarden (Zuid-Holland)|Wijngaarden]] || ||
Regel 138: Regel 141:
| Heerlijkheid Haringkarspel || || [[Kerkbuurt (Schagen)|Harenkarspel]] ||Heren van Haringkarspel || Heerlijkheid in het bezit van het huis Egmont.
| Heerlijkheid Haringkarspel || || [[Kerkbuurt (Schagen)|Harenkarspel]] ||Heren van Haringkarspel || Heerlijkheid in het bezit van het huis Egmont.
|-
|-
| Heerlijkheid Petten || || [[Petten]] || Heren van Petten || Ook wel bekend als Heerlijkheid Petten en Nolmerban.
| Heerlijkheid Petten || || [[Petten]] || Heren van Petten || Ook wel bekend als heerlijkheid Petten en Nolmerban.
|-
|-
| Heerlijkheid Oudkarspel || || [[Oudkarspel]] || Heren van Oudkarspel || Voor 1423 in het bezit van het Huis Egmont.
| Heerlijkheid Oudkarspel || || [[Oudkarspel]] || Heren van Oudkarspel || Voor 1423 in het bezit van het huis Egmont.
|-
|-
| Heerlijkheid Bakkum || || [[Bakkum]] || Heren van Bakkum || Tot 1613 onderdeel van het Graafschap Egmont.
| Heerlijkheid Bakkum || || [[Bakkum]] || Heren van Bakkum || Tot 1613 onderdeel van het graafschap Egmont.
|-
|-
| Heerlijkheid Huisduinen || || [[Huisduinen]] || Heren van Huisduinen || Een bezit van het huis Egmont.
| Heerlijkheid Huisduinen || || [[Huisduinen]] || Heren van Huisduinen || Een bezit van het huis Egmont.
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Wassenaar en Zuidwijk|| 1400 || [[Wassenaar (gemeente)|Wassenaar]] || Filips van Wassenaar (1400)<br />[[Van Wassenaer|Heren van Wassenaar]] ||
| Hoge heerlijkheid Wassenaar en Zuidwijk|| 1400 || [[Wassenaar (gemeente)|Wassenaar]] || Filips van Wassenaar (1400)<br />[[huis Wassenaer|Heren van Wassenaar]] ||
|-
|-
| [[Kasteel Polanen|Heerlijkheid Polanen]] || || [[Monster (Zuid-Holland)|Monster]] || [[Van Polanen|Heren van Polanen]] ||
| [[Kasteel Polanen|Heerlijkheid Polanen]] || || [[Monster (Zuid-Holland)|Monster]] || [[Van Polanen|Heren van Polanen]] ||
Regel 152: Regel 155:
| Heerlijkheid Oegstgeest || || [[Oegstgeest]] || Heren van Oegstgeest ||
| Heerlijkheid Oegstgeest || || [[Oegstgeest]] || Heren van Oegstgeest ||
|-
|-
| [[Hoge heerlijkheid van Purmerend, Purmerland en Ilpendam]] || || [[Purmerend]] || [[Lijst van heren van Purmerend, Purmerland en Ilpendam|Heren van Pumerend, Purmerland en Ilpendam]] || Vanaf 1410 een Vrije Hoge heerlijkheid en kwam in 1483 in het bezit van het huis Egmont.
| [[Hoge heerlijkheid van Purmerend, Purmerland en Ilpendam]] || || [[Purmerend]] || [[Lijst van heren van Purmerend, Purmerland en Ilpendam|Heren van Purmerend, Purmerland en Ilpendam]] || Vanaf 1410 een vrije hoge heerlijkheid en kwam in 1483 in het bezit van het huis Egmont.
|-
|-
| Heerlijkheid Linschoten || || [[Linschoten (dorp)|Linschoten]] || ||
| Heerlijkheid Linschoten || || [[Linschoten (dorp)|Linschoten]] || ||
Regel 158: Regel 161:
| Heerlijkheid Hekendorp|| || [[Hekendorp]] || ||
| Heerlijkheid Hekendorp|| || [[Hekendorp]] || ||
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Hazerswoude||1428 aug. 4 ||[[Hazerswoude-Dorp|Hazerswoude]] ||Jan van Monfoort (1428)<br />Lodewijk van Montfoort, ridder||
| Hoge heerlijkheid Hazerswoude||1428 aug. 4 ||[[Hazerswoude-Dorp|Hazerswoude]] ||Jan van Monfoort (1428)<br />Lodewijk van Montfoort, ridder||
|-
|-
| [[Heerlijkheid Oosthuizen]]|| || [[Oosthuizen]] || ||
| [[Heerlijkheid Oosthuizen]]|| || [[Oosthuizen]] || ||
Regel 170: Regel 173:
| Heerlijkheid Abbenbroek|| || [[Abbenbroek]] || ||
| Heerlijkheid Abbenbroek|| || [[Abbenbroek]] || ||
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Naaldwijk|| 1418 || [[Naaldwijk]] || Hendrik van Naaldwijk (1418) ||
| Hoge heerlijkheid Naaldwijk|| 1418 || [[Naaldwijk]] || Hendrik van Naaldwijk (1418) ||
|-
|-
| Heerlijkheid Brederode || || [[Ruïne van Brederode|Brederode]] || [[Huis Brederode|Heren van Brederode]] ||
| Heerlijkheid Brederode || || [[Ruïne van Brederode|Brederode]] || [[Huis Brederode|Heren van Brederode]] ||
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Bergen (kennemerland)||1428 aug. 17 || [[Bergen (Noord-Holland)|Bergen]]||Floris van Haamstede (1428)<br />Wolfert van de Maalstede (1445) || In het bezit van het huis Brederode.
| Hoge heerlijkheid Bergen (kennemerland)|| 17 augustus 1428 || [[Bergen (Noord-Holland)|Bergen]]||Floris van Haamstede (1428)<br />Wolfert van de Maalstede (1445) || In het bezit van het huis Brederode.
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Benthuizen|| 1399 || [[Benthuizen]] || Jan van Heemstede (1399)<br />Gerard van Heemstede (1445) ||
| Hoge heerlijkheid Benthuizen|| 1399 || [[Benthuizen]] || Jan van Heemstede (1399)<br />Gerard van Heemstede (1445) ||
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Schagen||1427 juni 29<br />1430 ||[[Schagen (plaats)|Schagen]] ||[[Willem I van Beieren-Schagen|Willem (bastaard) van Beieren]] (1427) en (1430)<br />[[Schagen_(plaats)#Regenten|Heren van Schagen]] ||
| Hoge heerlijkheid Schagen||1427 juni 29<br />1430 ||[[Schagen (plaats)|Schagen]] ||[[Willem I van Beieren-Schagen|Willem (bastaard) van Beieren]] (1427) en (1430)<br />[[Schagen (plaats)#Regenten|Heren van Schagen]] ||
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Warmond/Woude|| 1402 || [[Warmond]] || Jan van den Woude (1402)<br />Jacob van den Woude (1445) ||
| Hoge heerlijkheid Warmond/Woude|| 1402 || [[Warmond]] || Jan van den Woude (1402)<br />Jacob van den Woude (1445) ||
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Assendelft|| 1400 || [[Assendelft]] || Bartaud van Assendelft (1400)<br />Gerard [[van Assendelft]] (1445) ||
| Hoge heerlijkheid Assendelft|| 1400 || [[Assendelft]] || Bartaud van Assendelft (1400)<br />Gerard [[van Assendelft]] (1445) ||
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Noordwijkerhout en Noordwijk||1418 dec. 25 || [[Noordwijk (Zuid-Holland)|Noordwijk]] || Jan [[Van den Bouckhorst|van de Boekhorst]] (1445) ||
| Hoge heerlijkheid Noordwijkerhout en Noordwijk|| 25 december 1418 || [[Noordwijk (Zuid-Holland)|Noordwijk]] || Jan [[Van den Bouckhorst|van de Boekhorst]] (1445) ||
|-
|-
| Hoge Heerlijkheid Opmeer|| || [[Opmeer]] || Jan [[Van Swieten (geslacht)|van Zwieten]] (1445) ||
| Hoge heerlijkheid Opmeer|| || [[Opmeer]] || Jan [[Van Swieten (geslacht)|van Zwieten]] (1445) ||
|-
|-
| Heerlijkheid Spanbroek || || [[Spanbroek]] || ||
| Heerlijkheid Spanbroek || || [[Spanbroek]] || ||
|-
|-
| Heerlijkheid Obdam|| || [[Obdam (plaats)|Obdam]] || || ontstaan in 1544
| Heerlijkheid Obdam|| || [[Obdam (plaats)|Obdam]] || || Ontstaan in 1544
|-
|-
| [[Heerlijkheid Ter Leede]]|| || [[Leerdam]] || || Later heerlijkheid/graafschap Leerdam
| [[Heerlijkheid Ter Leede]]|| || [[Leerdam]] || || Later heerlijkheid/graafschap Leerdam
Regel 196: Regel 199:
| Heerlijkheid Jaarsveld|| || [[Jaarsveld]] || ||
| Heerlijkheid Jaarsveld|| || [[Jaarsveld]] || ||
|-
|-
| [[Land van Arkel]]|| || [[Arkel (dorp)|Arkel]]|| ||
| [[Land van Arkel]]|| || [[Arkel (dorp)|Arkel]] || ||
|-
|-
| Land van Heusden|| ||[[Heusden (vestingstad)|Heusden]] || ||
| Land van Heusden|| ||[[Heusden (vestingstad)|Heusden]] || ||
Regel 202: Regel 205:
| Land van Altena|| || [[Almkerk]] || ||
| Land van Altena|| || [[Almkerk]] || ||
|-
|-
| Heerlijkheid Klundert|| || [[Klundert]] || ||Ook wel Heerlijkheid Niervaart genoemd.
| Heerlijkheid Klundert|| || [[Klundert]] || || Ook wel heerlijkheid Niervaart genoemd
|-
|-
| Heerlijkheid Zwaluwe || || [[Hooge Zwaluwe]] || || Ook wel Heerlijkheid Hoge en Lage Zwaluwe genoemd.
| Heerlijkheid Zwaluwe || || [[Hooge Zwaluwe]] || || Ook wel heerlijkheid Hoge en Lage Zwaluwe genoemd
|-
|-
| Heerlijkheid Geertruidenberg || || [[Geertruidenberg (plaats)|Geertruidenberg]] || ||
| Heerlijkheid Geertruidenberg || || [[Geertruidenberg (plaats)|Geertruidenberg]] || ||
|-
|-
| Heerlijkheid Ridderkerk || || [[Ridderkerk]] || || Als onderdeel van het Hoge [[Heerlijkheid van de Lek]]
| Heerlijkheid Ridderkerk || || [[Ridderkerk]] || || Als onderdeel van de hoge [[heerlijkheid van de Lek]]
|-
|-
| Heerlijkheid Lekkerkerk || || [[Lekkerkerk]]|| || Als onderdeel van het Hoge [[Heerlijkheid van de Lek]]
| Heerlijkheid Lekkerkerk || || [[Lekkerkerk]]|| || Als onderdeel van de hoge heerlijkheid van de Lek
|-
|-
| Heerlijkheid Krimpen aan den IJssel || || [[Krimpen aan den IJssel]]|| || Als onderdeel van het Hoge [[Heerlijkheid van de Lek]]
| Heerlijkheid Krimpen aan den IJssel || || [[Krimpen aan den IJssel]]|| || Als onderdeel van de hoge heerlijkheid van de Lek
|-
|-
| Heerlijkheid Krimpen aan de Lek || || [[Krimpen aan de Lek]] || || Als onderdeel van het Hoge [[Heerlijkheid van de Lek]]
| Heerlijkheid Krimpen aan de Lek || || [[Krimpen aan de Lek]] || || Als onderdeel van de hoge heerlijkheid van de Lek
|-
|-
| Heerlijkheid Ouderkerk || ||[[Ouderkerk aan den IJssel]] || || Als onderdeel van het Hoge [[Heerlijkheid van de Lek]]
| Heerlijkheid Ouderkerk || ||[[Ouderkerk aan den IJssel]] || || Als onderdeel van de hoge heerlijkheid van de Lek
|-
|-
| [[Baronie van Liesveld]] || || [[Gelkenes]] || ||
| [[Baronie Liesveld]] || || [[Gelkenes]] || ||
|-
|-
| Heerlijkheid Zevenbergen || || [[Zevenbergen (Moerdijk)|Zevenbergen]] || ||
| Heerlijkheid Zevenbergen || || [[Zevenbergen (Moerdijk)|Zevenbergen]] || ||
|}
|}

== Literatuur ==
{{Aut|Henk 't Jong}}: ''Hoogtij van Holland. Het graafschap in de veertiende eeuw''. Omniboek, 2022. {{ISBN|9789401918534}}


== Zie ook ==
== Zie ook ==
* [[Lijst van graven van Holland]]
* [[Lijst van graven van Holland]]
* [[Graafschap West-Frisia]]

== Externe links ==


* [https://geschiedenisvanzuidholland.nl/thema-s/ontstaan-van-holland/verhalen/ Thema Ontstaan van Holland] - op Geschiedenis van Zuid-Holland
{{Appendix|2=
{{Appendix|2=
* {{Aut|[[Dick Blok|Blok, D.P.]] (red) ''et al''}} (1977-1983): ''Algemene Geschiedenis der Nederlanden'', Fibula-Van Dishoeck, Haarlem, ISBN 9022838005
* {{Aut|[[Dick Blok|Blok, D.P.]] (red) ''et al.''}} (1977-1983): ''Algemene Geschiedenis der Nederlanden'', Fibula-Van Dishoeck, Haarlem, {{ISBN|9022838005}}
* {{aut|Blom, J.C.H., Lamberts, E., redactie}} (2006): ''Geschiedenis van de Nederlanden'', HBuitgevers, Baarn, ISBN 90-5574-474-3
* {{aut|Blom, J.C.H., Lamberts, E., redactie}} (2006): ''Geschiedenis van de Nederlanden'', HBuitgevers, Baarn, {{ISBN|90-5574-474-3}}
* {{aut|[[Ronald de Graaf|Graaf, R. de]]}} (2004): ''Oorlog om Holland 1000-1375'', Uitgeverij Verloren, Hilversum, ISBN 9065508074
* {{aut|[[Ronald de Graaf|Graaf, R. de]]}} (2004): ''Oorlog om Holland 1000-1375'', Uitgeverij Verloren, Hilversum, {{ISBN|9065508074}}
* {{aut|Koch, A.C.F.}} (1970): ''Oorkondenboek van Holland en Zeeland tot 1299, Deel I - eind 7e eeuw tot 1222'', Nijhoff, Den Haag, ISBN 9024704030
* {{aut|Koch, A.C.F.}} (1970): ''Oorkondenboek van Holland en Zeeland tot 1299, Deel I eind 7e eeuw tot 1222'', Nijhoff, Den Haag, {{ISBN|9024704030}}
* {{aut|Nijs, T. de, Beukers, E. (red.)}} (2002): ''Geschiedenis van Holland tot 1572'', Verloren, Hilversum, ISBN 9065506829
* {{aut|Nijs, T. de, Beukers, E. (red.)}} (2002): ''Geschiedenis van Holland tot 1572'', Verloren, Hilversum, {{ISBN|9065506829}}
'''Referentie'''
'''Referentie'''
{{References}}
{{References}}

Huidige versie van 24 sep 2024 om 19:37

Holland
graafschap in het Heilige Roomse Rijk, later gewest in de Republiek
1101 — 1795
(Details)
Het graafschap Holland rond 1350.
Het graafschap Holland rond 1350.
Algemene gegevens
Hoofdstad Den Haag 1230-1795
Talen Oudfries, Oudnederlands, Middelnederlands, Nederlands
Religie(s) Nederlands Hervormd, Rooms-Katholiek
Politieke gegevens
Vergadering Staten van Holland

Het graafschap Holland was een graafschap binnen het Rooms-Duitse Rijk, waarvan het gebied uiteindelijk ongeveer overeenkwam met de provincies Noord- en Zuid-Holland zonder de Zuid-Hollandse eilanden en met de eilanden Terschelling, Vlieland, Urk en Schokland, die later zijn overgeheveld naar andere provincies. Datzelfde geldt voor het Land van Heusden en Altena, dat vanaf 1813 behoort tot de provincie Noord-Brabant.

Van een 'graaf van Holland' was voor het eerst sprake toen graaf Floris II van Holland zich in 1101 bij oorkonde graaf van Holland noemde. Met de dood van Jan I in 1299 stierf diens dynastie, het Hollandse huis, uit en sindsdien waren de graven van Holland steeds afkomstig van buiten het graafschap: achtereenvolgens het huis Avesnes (Henegouwen), het huis Wittelsbach (Beieren), het huis Valois (Bourgondië) en het huis Habsburg.

In de 16e eeuw verwierf Holland zijn dominante positie in de noordelijke Nederlanden. Dit kwam door zijn economische overwicht en door zijn samenwerking met de Habsburgse landheren bij het pacificeren van Friesland en Gelre. De Staten van Holland bekostigden de legers die de achtereenvolgende stadhouders hiervoor inzetten, maar weigerden om mee te betalen aan een betere verdediging van de zuidelijke provincies tegen de Fransen.[1]

In 1581 zwoeren de Staten-Generaal van de Nederlanden de toenmalige graaf Filips III (koning Filips II van Spanje) af en was er in de praktijk geen graaf meer. De grafelijke rechten berustten bij de Staten van Holland en West-Friesland.

Het gewest Holland had binnen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een dominante positie, zowel politiek als economisch. Met de komst van de Fransen werden in 1795 alle feodale rechten formeel afgeschaft. In 1798 werden de Nederlanden in departementen onderverdeeld, die niet de historische grenzen van de gewesten volgden. Holland werd (ongeveer) verdeeld in vier departementen: het departement van Texel, het departement van de Amstel, het departement van de Delf en het departement van de Schelde en Maas.

Ontstaansgeschiedenis

[bewerken | brontekst bewerken]

Na het tijdperk van de Grote Volksverhuizing werd de kuststreek van Nederland bewoond door de Friezen. Onder hun koningen Aldgisl en Redbad ontwikkelden zij zich tot een geduchte tegenstander van de Franken. Het centrale rivierengebied in Holland en Utrecht was in Friese handen en de beheersing van delta van de Rijn en Maas was regelmatig inzet van vijandelijkheden. In 719 werden de Friezen onderworpen door de Franken, waarna het gebied deel ging uitmaken van het Frankische Rijk. Het kreeg de naam Frisia, een verwijzing naar zijn inwoners.

Karolingische tijd

[bewerken | brontekst bewerken]

Onder Karel de Grote beheerste het Frankische Rijk rond 800 een groot deel van Europa. Het Karolingische Rijk was onderverdeeld in gouwen, ook pagus genoemd. Sommige groepen pagi werden comitatus genoemd, hoewel dit ook wel gebeurde voor afzonderlijke gouwen. Deze werden bestuurd door leenmannen (vassus), die aan hem verantwoording schuldig waren. Een comes of gouwgraaf bestuurde één of meerdere gouwen. Door de geringe handel, de negatieve handelsbalans met het Byzantijnse Rijk en de moslims en het verdwijnen van de gouden muntslag was de economie echter min of meer veranderd in een ruileconomie. De leenmannen konden alleen beloond worden door aan hen gronden (beneficium, vanaf de 10e eeuw feodum) en het vruchtgebruik daarvan te geven. Hieruit ontwikkelde het systeem zich tot het feodalisme. De leenmannen streefden naar erfelijkheid, wat steeds meer regel werd en in 877 gelegaliseerd door het Capitulare van Quierzy. Hiermee werd het onmogelijk nog een groot rijk te vormen, terwijl de graven op hun beurt probeerden meerdere gouwen te verkrijgen.

Duitse Adelaar met hartschild van het graafschap Holland (Ridderzaal Den Haag)

Daarnaast hadden de Karolingen geen abstract staatsbegrip, zoals de Romeinen eerder al hadden gekend, maar beschouwden land als een persoonlijk bezit. Zoals elk bezit werd dit na het overlijden dan ook onder de zonen verdeeld. Deze rijksdelingen hadden vaak een onderlinge strijd ten gevolg die een centraal gezag problematisch maakte, wat nog verergerd werd door Vikingaanvallen. Met het Verdrag van Ribemont van 880 kwam een einde aan de rijksdelingen. Het hertogdom Lotharingen – waar de Lage Landen deel van uitmaakten – kwam bij het Oost-Frankische rijk waarin men het probeerde te integreren. Er was echter geen sprake van een enkel stamverband als in de vier stamhertogdommen van dit rijk – Franken, Saksen, Beieren en Zwaben – en Lotharingen nam een aparte positie in met grote mate van zelfbeschikking. Dit bleek wel toen in 911 Lodewijk het Kind overleed, de laatste Karolinger in Oost-Francië. In tegenstelling tot de stamhertogdommen die zich onder Koenraad, de hertog van Franken, schaarden, koos men in Lotharingen voor de Karolingse West-Frankische koning Karel de Eenvoudige.

Karel de Eenvoudige werd in 922 uit Lotharingen verdreven door de Duitse koning Hendrik de Vogelaar waarna de Lotharingse edelen uiteindelijk voor Hendrik kozen in 925. Diens macht was echter beperkt onder zijn naar zo veel mogelijk zelfstandigheid strevende vazal Giselbert II, de hertog van Lotharingen, die op zijn beurt alleen werkelijke macht uitoefende in zijn eigen graafschappen.

De periode tussen ongeveer 850 en 950 wordt wel de ijzeren eeuw genoemd, vanwege de chaos die ontstond door het verbrokkelen van de macht. Veel gewesten kregen weer hun oude naam en versterkten hun eigen identiteit. In de Lage Landen ging dit niet op, aangezien de namen Austrasië en Neustrië in onbruik waren geraakt en er nog geen duidelijk omlijnde gebieden waren.

Aan het einde van de regering van Lodewijk de Vrome, zoon van Karel de Grote, was de koninklijke macht verzwakt door de stormvloed van 838, waardoor diverse steden werden verwoest en grote stukken grond verloren gingen, en de twisten met zijn zoons. Bovendien zorgden de invallen van de Vikingen voor veel onrust. Na de dood van Lodewijk beleende zijn zoon Lotharius I de Deense broers Rorik en Harald met Frisia – het huidige Friesland en Holland – in een poging de aanvallen van de Vikingen te weren. De lokale gouwgraven zagen hun macht daardoor afnemen, omdat ze moesten samenwerken met de Denen. In 885 kwam aan de Deense overheersing een einde door de moord op Godfried de Noorman en zijn metgezellen in Herispich, het huidige Spijk, door Everhard Saxo en Hendrik van Babenberg, waarbij Gerulf, comes Fresonum, een groot aandeel had. Gerulf die graaf was in Teisterbant ontving als beloning van de Oost-Frankische koning Arnulf op 4 augustus 889 een aantal goederen in vol eigendom. Deze goederen bestonden uit een aantal boerderijen en huizen in onder andere Tiel, Aalburg en Asch. Daarnaast kreeg hij goederen toegewezen in Frisia, bestaande uit een bos en een bouwakker, ergens tussen de monding van de Oude Rijn en (vermoedelijk) Bennebroek, Suithardeshaga.

In 922 schonk koning Karel de Eenvoudige de kerk van Egmond met alle daarbij behorende goederen aan Dirk I, de zoon van Gerolf, als dank voor zijn steun bij een opstand van zijn vazallen. Egmond lag ten noorden van de bezittingen die hij van Gerolf had gekregen en sloot daar dus uitstekend op aan. Kort hierna stichtte hij er de Abdij van Egmond, de oudste abdij van Holland.

Feodale periode

[bewerken | brontekst bewerken]

De status van het Hollandse huis bleek gestegen toen in 938 Dirk II op achtjarige leeftijd werd verloofd met de net geboren Hildegard, de dochter van Arnulf I van Vlaanderen. De graaf was in deze periode meer een militaire gezaghebber die de aanvallen van de Vikingen moest weerstaan en daarbij onder de bisschop van Utrecht viel.

In 985 gaf koning Otto III, op verzoek van zijn moeder Theophanu een aantal gebieden in eigendom (proprium) aan graaf Dirk II die hij eerder in leen (beneficium) had gekregen. Dit was het gebied tussen de rivieren Liora (Lee) en Hisla (Hollandse IJssel) – Masalandvilla Sunnimeri, het gebied tussen de rivieren Medemelaka en Chinnelosara gemerchiKinheim – en Texla.

In 993 kwam graaf Arnulf om het leven bij een poging zijn opstandige onderdanen tot gehoorzaamheid te dwingen. Dit gevecht vond plaats bij Winkel en wordt gezien als een eerste teken van de libertas van de Friezen, maar op dat moment was er nog geen sprake van scheiding tussen West-Friesland en Kennemerland. Dirk III was nog te jong om het bestuur op zich te nemen, waarop zijn moeder Lutgardis van Luxemburg deze taken waarnam. In 1005 was Dirk oud genoeg om zelfstandig het graafschap te besturen, maar maakte hij nog steeds dankbaar gebruik van de goede connecties van zijn moeder. Volgens Thietmar van Merseburg kwam het tot een verzoening met de Friezen door toedoen van haar zwager, koning Hendrik II. De koning vertrok vanuit Utrecht per schip met een leger om de Friese opstand te onderdrukken.

Om de promessa in te lossen die hij had gedaan naar aanleiding van de Friese aanvallen, ging Dirk III daarna op bedevaart naar Jeruzalem. Bij zijn terugkeer bleek het noorden nog dusdanig onveilig dat hij naar het zuiden trok en rond Vlaardingen, dat buiten zijn leen lag, grond begon te verpachten om het in cultuur te laten brengen. Bovendien bouwde hij een burcht bij Silva Meriwido, het latere Vlaardingen. Vanuit die burcht dwong hij de kooplieden die in hun schepen langsvoeren, onderweg van Tiel naar Engeland en vice versa, om tol te betalen. Op de rijksdag van Nijmegen van 1018 werd naar aanleiding van Tielse klachten besloten hier tegen op te treden. Een leger onder leiding van hertog Godfried I van Lotharingen bestaand uit een vloot met troepen uit Utrecht, Keulen en Luik werd echter in de Slag bij Vlaardingen verslagen door Dirk III. Om diens positie tegenover eventuele aanvallen van Vikingen niet te verzwakken, besloot de Rooms-Duitse keizer Hendrik II het hierbij te laten, maar wel de positie van de bisschop van Utrecht, de leenheer van Dirk, te versterken. Daarmee werd Dirk III feitelijk zelfstandig. Dirk wist desondanks zijn gebied uit te breiden richting het oosten, ten koste van Utrecht. Na het overlijden van Hendrik II in 1024 steunde Dirk III de kandidatuur van Koenraad II waarmee hij poogde zich te verzoenen met het rijksgezag en zijn verworven gebieden te behouden en zelfs uit te breiden.

Tijdens het bewind van bisschop Bernold stierf keizer Koenraad II gedurende een verblijf in Utrecht in 1039, waarop zijn ingewanden in de Domkerk werden bijgezet. De zoon en opvolger van Koenraad, Hendrik III, overlaadde het Utrechtse bisdom sindsdien met gunsten; zo werd in 1040 het Oversticht aan de bisschop toegewezen. Nu de banden hernieuwd waren, werd besloten om de graaf alsnog te bedwingen. In 1046 dwong de keizer Dirk IV afstand te doen van het door hem veroverde gebied. De keizer kon zich echter niet handhaven en moest zich terugtrekken, waarna Dirk de bisdommen Utrecht en Luik begon te plunderen. Bovendien sloot hij een verbond met Godfried met de Baard, de hertog van Opper-Lotharingen en de graven van Vlaanderen en Henegouwen. Hierop volgde in 1047 een tweede strafexpeditie, waarbij de keizer Vlaardingen en de grafelijke burcht te Rijnsburg veroverde. Deze werd geheel verwoest. Tijdens de terugtocht leed de keizer echter grote verliezen, waardoor Dirks bondgenoten nu ook openlijk tegen de keizer in opstand kwamen. In 1049 werd Dirk IV door de bisschoppen van Metz, Luik en Utrecht in de val gelokt en gedood. Dirk was nog jong, ongehuwd en kinderloos. Hij werd opgevolgd door zijn broer Floris I.

Floris I wist zijn gebied in het noorden uit te breiden met een klein gebied in Rijnland, Holdland. Waarschijnlijk ging deze naam al snel over op het gehele gebied van Floris. Floris kwam 1061 in oorlog, waarbij niet duidelijk is of dit tegen Brabant, het Sticht of Luik was, waarbij hij verrast en gedood werd. Zijn zoon Dirk V was nog minderjarig, waarop zijn moeder Geertruida van Saksen regentes werd. In 1063 hertrouwde Geertruide met Robrecht I van Vlaanderen, die hierna de Fries werd genoemd en als regent voor Dirk V optrad. Koning Hendrik IV schonk in 1064 de gebieden van Dirk, namelijk die 'ten westen van het Vlie en rond de oevers van de Rijn' (Westflinge et circa horas Reni) aan bisschop Willem I van Utrecht, op wiens steun hij wel kon rekenen. Dirk mocht slechts Maasland behouden. Willem wist met de hulp van hertog Godfried III met de Bult van Neder-Lotharingen met veldslagen in 1071 en 1072 de gebieden ook daadwerkelijk te veroveren. Na de dood van Godfried en Willem in 1076 belegerden Robrecht en zijn stiefzoon Dirk V IJsselmonde en wisten de nieuwe bisschop Koenraad gevangen te nemen en te dwingen de gebieden van Dirk V terug te geven.

In de eerste helft van de 13e eeuw werd het huidige Den Haag de zetel van de graven van Holland. De officiële plaatsnaam 's-Gravenhage en de naam van de Gravenstraat voor de verbinding tussen het Kerkplein en het huidige Buitenhof in Den Haag verwijzen nog daarnaar.

Rond 950 begonnen op kleine schaal ontginningen in de enorme veengebieden in Holland en rond Utrecht, waarschijnlijk van de kleinere heren uit, buiten de graaf of bisschop om. In de 11e eeuw begon echter de Grote Ontginning die veel meer onder de controle stond van de graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht. Tot de 13e eeuw werd het gebied tussen het IJ in het noorden, de duinen in het westen, de Lek en de Waal in het zuiden en de Oude Rijn in het oosten ontgonnen.

Voor de Grote Ontginning waren de grenzen tussen het machtsgebied van de graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht niet duidelijk te tekenen en bestond er tussen beide een feitelijk niemandsland. Gedurende de ontginningen wisten de graven van Holland echter hun invloed uit te breiden ten koste van Sticht Utrecht.

De oudste bronnen refereren aan het niet duidelijk gedefinieerde graafschap als West-Frisia ten westen van het Vlie. Tot 1101 hebben de bronnen het over Friese graven, maar in dat jaar krijgt Floris II een toevoeging; hij wordt genoemd als Florentius comes de Hollant, graaf van Holland. De graven hierna hielden het bij deze ene titel, totdat Floris V in 1291 besloot zich graaf van Holland en Zeeland en heer van Friesland te noemen. Dit was ook het gebruik na de vereniging middels personele unies met Henegouwen, Beieren-Straubing, Bourgondië en Habsburg, hoewel de titels langzaam naar onderen schoven in belang, zodat deze bij de laatste graaf, Filips II, pas halverwege zijn lijst van titels werden genoemd.

Gewest Holland

[bewerken | brontekst bewerken]

Tijdens de Tachtigjarige Oorlog speelde het gewest Holland een belangrijke rol in het verzet tegen de Spaanse koning. Na de Unie van Utrecht werd het gewest Holland het leidende gewest van de Republiek en het Rooms-Hollands recht het leidende recht in de Republiek.

Kaart van het Graafschap Holland in 1570 door Jacob van Deventer

Het gebied van het graafschap Holland bestond uit grofweg de huidige provincies Noord- en Zuid-Holland en de noordelijkste delen van de provincie Noord-Brabant. Het graafschap was door de graaf van Holland vanaf 1236 opgedeeld in verschillende baljuwschappen om het gebied makkelijker te beheersen. Dit waren bestuurlijke gebieden waar de Baljuw als de vertegenwoordiger van de Graaf optrad. Naast de baljuwschappen bestonden er de heerlijkheden. De heerlijkheden waren gebieden door de graaf in leen gegeven aan zijn leenheren. De heerlijkheden bestonden al voor het instellen van het baljuwschap. De heerlijkheden waren verbonden aan verschillende heerlijke rechten zodat de heren hier inkomsten uit konden halen. Daarnaast was er ook nog de heerlijkheid West-Friesland, die in 1297 door Floris V van Holland onderworpen werd en min of meer onafhankelijk van Holland bleef functioneren. In de loop der eeuwen verwaterde dit onderscheid en werd West-Friesland als onderdeel van het Graafschap Holland gezien, dat sindsdien voluit Holland en West-Friesland werd genoemd. Hieronder de baljuwschappen waaruit het graafschap Holland bestond:

Naam: Ontstaan Opmerking
Delftland 1273 Afgesplitst van het baljuwschap Rijnland.
Schieland 1273 Afgesplitst van het baljuwschap Rijnland.
Rijnland 1236 Meerdere malen verkleind.
Kennemerland 1236
Zuid-Holland 1236 Door de Sint Elisabethsvloed in 1421 werd het gebied versnipperd.
Amstelland 1236
Waterland 1281 Werd tussen 1281 en 1283 door Floris V aangekocht.

Hieronder een lijst met verschillende (hoge) heerlijkheden in het graafschap Holland:

Naam: Uitgiftejaar Plaats Dynastie Opmerking
Abdij van Rijnsburg Rijnsburg Abdis van Rijnsburg Vrije hoge heerlijkheid
Land van Voorne Oostvoorne Heren van Voorne Vrije hoge heerlijkheid
Heerlijkheid Egmont Egmond Heren van Egmont Vrije hoge heerlijkheid; vanaf 1486 graafschap.
Heerlijkheid Putten Putten Heren van Putten Vrije hoge heerlijkheid, samen met Strijen
Heerlijkheid Strijen Strijen Heren van Strijen Vrije hoge heerlijkheid, samen met Putten
Heerlijkheid Vianen Vianen Heren van Vianen Vrije hoge heerlijkheid. Vianen wist een verregaande zelfstandigheid te bewaren en was defacto zelfstandig van het graafschap Holland.
Baronie IJsselstein IJsselstein Heren van IJsselstein Vrije Hoge heerlijkheid
Heerlijkheid Heenvliet Heenvliet Heren van Heenvliet Vrije hoge heerlijkheid
Heerlijkheid Hoogmade Hoogmade Heren van Hoogmade Vrije hoge heerlijkheid
Heerlijkheid Papendrecht Papendrecht Heren van Papendrecht Vrije hoge heerlijkheid
Heerlijkheid Wijngaarden en Ruigbroek Wijngaarden
Heerlijkheid Callantsoog Callantsoog Heren van Callantsoog Heerlijkheid, rond 1250 in het bezit van het huis Brederode.
Heerlijkheid Warmenhuizen Warmenhuizen Heren van Warmenhuizen Heerlijkheid, rond 1250 in het bezit van het huis Egmont.
Heerlijkheid Haringkarspel Harenkarspel Heren van Haringkarspel Heerlijkheid in het bezit van het huis Egmont.
Heerlijkheid Petten Petten Heren van Petten Ook wel bekend als heerlijkheid Petten en Nolmerban.
Heerlijkheid Oudkarspel Oudkarspel Heren van Oudkarspel Voor 1423 in het bezit van het huis Egmont.
Heerlijkheid Bakkum Bakkum Heren van Bakkum Tot 1613 onderdeel van het graafschap Egmont.
Heerlijkheid Huisduinen Huisduinen Heren van Huisduinen Een bezit van het huis Egmont.
Hoge heerlijkheid Wassenaar en Zuidwijk 1400 Wassenaar Filips van Wassenaar (1400)
Heren van Wassenaar
Heerlijkheid Polanen Monster Heren van Polanen
Heerlijkheid Oegstgeest Oegstgeest Heren van Oegstgeest
Hoge heerlijkheid van Purmerend, Purmerland en Ilpendam Purmerend Heren van Purmerend, Purmerland en Ilpendam Vanaf 1410 een vrije hoge heerlijkheid en kwam in 1483 in het bezit van het huis Egmont.
Heerlijkheid Linschoten Linschoten
Heerlijkheid Hekendorp Hekendorp
Hoge heerlijkheid Hazerswoude 1428 aug. 4 Hazerswoude Jan van Monfoort (1428)
Lodewijk van Montfoort, ridder
Heerlijkheid Oosthuizen Oosthuizen
Heerlijkheid Nieuwkoop Nieuwkoop
Heerlijkheid Loenen Loenen
Heerlijkheid Hoogwoud Hoogwoud Ook bekend als heerlijkheid Hoog- en Aartswoude
Heerlijkheid Abbenbroek Abbenbroek
Hoge heerlijkheid Naaldwijk 1418 Naaldwijk Hendrik van Naaldwijk (1418)
Heerlijkheid Brederode Brederode Heren van Brederode
Hoge heerlijkheid Bergen (kennemerland) 17 augustus 1428 Bergen Floris van Haamstede (1428)
Wolfert van de Maalstede (1445)
In het bezit van het huis Brederode.
Hoge heerlijkheid Benthuizen 1399 Benthuizen Jan van Heemstede (1399)
Gerard van Heemstede (1445)
Hoge heerlijkheid Schagen 1427 juni 29
1430
Schagen Willem (bastaard) van Beieren (1427) en (1430)
Heren van Schagen
Hoge heerlijkheid Warmond/Woude 1402 Warmond Jan van den Woude (1402)
Jacob van den Woude (1445)
Hoge heerlijkheid Assendelft 1400 Assendelft Bartaud van Assendelft (1400)
Gerard van Assendelft (1445)
Hoge heerlijkheid Noordwijkerhout en Noordwijk 25 december 1418 Noordwijk Jan van de Boekhorst (1445)
Hoge heerlijkheid Opmeer Opmeer Jan van Zwieten (1445)
Heerlijkheid Spanbroek Spanbroek
Heerlijkheid Obdam Obdam Ontstaan in 1544
Heerlijkheid Ter Leede Leerdam Later heerlijkheid/graafschap Leerdam
Heerlijkheid Jaarsveld Jaarsveld
Land van Arkel Arkel
Land van Heusden Heusden
Land van Altena Almkerk
Heerlijkheid Klundert Klundert Ook wel heerlijkheid Niervaart genoemd
Heerlijkheid Zwaluwe Hooge Zwaluwe Ook wel heerlijkheid Hoge en Lage Zwaluwe genoemd
Heerlijkheid Geertruidenberg Geertruidenberg
Heerlijkheid Ridderkerk Ridderkerk Als onderdeel van de hoge heerlijkheid van de Lek
Heerlijkheid Lekkerkerk Lekkerkerk Als onderdeel van de hoge heerlijkheid van de Lek
Heerlijkheid Krimpen aan den IJssel Krimpen aan den IJssel Als onderdeel van de hoge heerlijkheid van de Lek
Heerlijkheid Krimpen aan de Lek Krimpen aan de Lek Als onderdeel van de hoge heerlijkheid van de Lek
Heerlijkheid Ouderkerk Ouderkerk aan den IJssel Als onderdeel van de hoge heerlijkheid van de Lek
Baronie Liesveld Gelkenes
Heerlijkheid Zevenbergen Zevenbergen

Henk 't Jong: Hoogtij van Holland. Het graafschap in de veertiende eeuw. Omniboek, 2022. ISBN 9789401918534

[bewerken | brontekst bewerken]