handomdraai
Uiterlijk
- Geluid: handomdraai (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhɑntɔmˌdraj / (3 lettergrepen)
- hand·om·draai
- samenstelling van hand zn en omdraai ww
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | handomdraai | |
verkleinwoord | handomdraaitje |
de handomdraai m
- snelle, moeiteloze handeling
- Ik zal u wel even helpen want ik kan dat probleem in een handomdraai verhelpen zei de behulpzame man tegen de oude vrouw.
- Dit zijn verworvenheden die niet met een handomdraai ongedaan gemaakt zouden kunnen worden, als de economische toestand daar eens om zou gaan vragen, bij gebreke waarvan het land in strijd zou komen met de bepalingen van het Stabiliteitspact. [1]
- de hand niet omdraaien voor
- Het woord handomdraai staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "handomdraai" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Heldring, J.L."Dezer dagen. Uitdrukking van een baaierd" in: NRC Handelsblad (17 oktober 1997); p. 7; geraadpleegd 2018-02-21
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %