Naar inhoud springen

Sneltoetsen in Word

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Sneltoetsen in Microsoft Office Word zijn toetsencombinaties of functietoetsen die snel toegang geven tot functies die normaal gesproken alleen via menu's te bereiken zijn.[1]

In onderstaande tabel staan de meest voorkomende sneltoetsen die in MS Word kunnen worden gebruikt.[2]

Sneltoets Functie
Ctrl+A Selecteer alles
Ctrl+B Selectie vet zetten
Ctrl+C Selectie kopiëren
Ctrl+D Menu ‘Lettertype’ (opmaak, lettertype, et cetera) openen
Ctrl+E Centreren
Ctrl+F Zoeken
Ctrl+G Menu ‘Ga naar’ (onderdelen van teksten vinden, bijvoorbeeld bladzijde) openen
Ctrl+H Zoeken en vervangen
Ctrl+I Selectie cursiveren
Ctrl+J Volledig uitvullen
Ctrl+K De tekst wordt automatisch opgemaakt
Ctrl+L Links uitvullen
Ctrl+M Alinea laten inspringen tot de volgende tabstop
Ctrl+N Nieuw document openen
Ctrl+O Nieuw bestand openen
Ctrl+P Afdrukken
Ctrl+Q Direct toegepaste alineaopmaak verwijderen
Ctrl+R Rechts uitvullen
Ctrl+S Bestand opslaan onder dezelfde naam
Ctrl+T Inspringen van de regel: de eerste wordt vooraan de marge geplaatst; de volgende regels springen in
Ctrl+U Selectie onderstrepen
Ctrl+V Plakken
Ctrl+W Word afsluiten
Ctrl+X Knippen
Ctrl+Y Herhalen
Ctrl+Z Ongedaan maken
Ctrl+Spatiebalk Alle toegepaste tekenopmaak (zowel direct toegepaste tekenopmaak als toegepaste tekenstijlen) verwijderen
Ctrl+↵ Enter Pagina-einde
Ctrl+home Ga naar het begin van het document
Ctrl+end Ga naar het einde van het document
Ctrl++ Superscript
Ctrl+= Subscript
Ctrl+← Backspace Voorgaande woord of woorddeel verwijderen
Ctrl+[ Letter 1 punt verkleinen
Ctrl+] Letter 1 punt vergroten
Ctrl+1 Regelafstand 1 instellen
Ctrl+2 Regelafstand 2 instellen
Ctrl+5 Regelafstand 1,5 instellen
Ctrl+Shift+home Selecteren tot aan het begin van het document
Ctrl+⇧ Shift+end Selecteren tot aan het eind van het document
Ctrl+⇧ Shift+E Wijzigingen bijhouden
Ctrl+⇧ Shift+C Opmaak kopiëren
Ctrl+⇧ Shift+V Opmaak plakken
Ctrl+⇧ Shift+D Dubbel onderstrepen
Ctrl+⇧ Shift+M Inspringen opheffen
Ctrl+⇧ Shift+F Lettertype
Ctrl+⇧ Shift+S Opmaakprofiel
Ctrl+⇧ Shift+N De stijl ‘Standaard’ toepassen (de ingestelde alineaopmaak verwijderen)
Ctrl+⇧ Shift+↵ Enter Kolomeinde
Ctrl+⇧ Shift+Spatiebalk Vaste spatie (wordt gebruikt om woorden niet te scheiden van elkaar bij het einde van de regel)
Ctrl+⇧ Shift+- Vast koppelteken (wordt gebruikt om woorden niet te scheiden bij het einde van de regel)
Ctrl+Alt+H Hyperlink invoegen
Ctrl+Alt+G Normale weergave
Ctrl+Alt+B Overzichtsweergave
Ctrl+Alt+M Opmerking invoegen
Alt+⇧ Shift+ Verplaats de geselecteerde alinea naar boven
Alt+⇧ Shift+ Verplaats de geselecteerde alinea naar beneden
Alt+⇧ Shift+ Kop 1
Alt+⇧ Shift+ Verlaag het niveau van de koppen (bijvoorbeeld van kop 1 naar kop 2)
Alt+! Kop 1 weergeven
Alt+@ Kop 2 weergeven
Alt+# Kop 3 weergeven
Alt+$ Kop 4 weergeven
Alt+% Kop 5 weergeven
Alt+^ Kop 6 weergeven
Alt+& Kop 7 weergeven
Alt+* Kop 8 weergeven
Alt+( Kop 9 weergeven
Alt + klikken Tekst onderzoeken
Alt+⇧ Shift+D Datumveld invoegen
↵ Enter Alinea-einde
⇧ Shift+↵ Enter Regeleinde
F1 Helpfunctie
F3 Autotekst toevoegen (afhankelijk van de versie van Word)
F4 De laatste actie/opdracht herhalen
F5 Opent het menu ‘Ga naar’ (vind onderdelen van teksten)
F7 Spelling- en grammaticacontrole
F8 Begin selectie
F9 Velden bijwerken
F12 Opslaan als (het bestand wordt onder een andere of nieuwe naam opgeslagen)
Ctrl+F1 Taakvenster verbergen/tonen
Ctrl+F2 Afdrukvoorbeeld
Alt+F4 Word afsluiten
Alt+F3 Autotekst toevoegen (afhankelijk van de versie van Word)
Alt+F4 Hyperlink geschiedenis
Alt+F8 Macro's
Alt+F9 Veldcodes weergeven
Alt+F11 Visual Basic Editor starten
⇧ Shift+F1 Opmaak weergeven
⇧ Shift+F3 Selectie wijzigen in hoofdletters / beginhoofdletters / kleine letters
⇧ Shift+F4 Ga naar en/of zoeken herhalen
⇧ Shift+F5 Keer terug naar de vorige positie (maximaal 3 maal)
⇧ Shift+F7 Synoniemenlijst