Regering-Pierlot V
Regering-Pierlot V | ||||
---|---|---|---|---|
Regeringsleider Hubert Pierlot
| ||||
Coalitie | Katholiek Blok BWP Liberale Partij | |||
Zetels Kamer | 170 van 202 (2 april 1939) | |||
Premier | Hubert Pierlot | |||
Aantreden | 31 oktober 1940 | |||
Einddatum | 26 september 1944 | |||
Voorganger | Pierlot IV | |||
Opvolger | Pierlot VI | |||
|
De regering-Pierlot V (31 oktober 1940 - 26 september 1944) was een Belgische regering in ballingschap in Londen. Het was een coalitie van het Katholiek Blok (73 zetels), de BWP (64 zetels) en de Liberale Partij (33 zetels).
De regering volgde de regering-Pierlot IV op en werd opgevolgd door de regering-Pierlot VI.
Verloop
[bewerken | brontekst bewerken]In augustus vertrokken, kwamen Pierlot en Spaak einde oktober in Londen aan en op 31 oktober besliste het vier man sterke team dat ze nog steeds de wettelijke regering waren die op 3 september 1939 het vertrouwen van de Kamer had gekregen.
Met een lichtjes aangevulde bezetting (drie in Londen aangekomen ministers die tot de regering-Pierlot hadden behoord), maar met het behoud van de vier eerste titularissen, bleef dit de door de andere geallieerde mogendheden erkende Belgische regering in ballingschap, tot aan de terugkeer naar België op 8 september 1944 waar ze als de enige wettelijke regering erkend werd. Ze nam ontslag op 21 september en werd opgevolgd door de vorming van een vierledige regering-Pierlot VI (katholieken-socialisten-liberalen-communisten) op 26 september. De wijzigingen in de samenstelling van de Londense regering werden telkens bij regeringsbesluit genomen en gepubliceerd in het in Londen gedrukte Belgisch Staatsblad.
Samenstelling
[bewerken | brontekst bewerken]Ambtsbekleder | Functie | Termijn | Partij | ||
---|---|---|---|---|---|
Hubert Pierlot (1883-1965) |
Eerste Minister | 31 oktober 1940 - 26 september 1944 | Katholiek Blok | ||
Minister Arbeid en Sociale Voorzorg |
22 november 1940 - 16 januari 1941 | ||||
Minister Binnenlandse Zaken |
22 november 1940 - 1 mei 1943 | ||||
Minister Landbouw |
22 november 1940 - 20 juni 1944 | ||||
Minister Openbaar Onderwijs |
22 november 1940 - 4 maart 1942 | ||||
Minister Openbare Werken |
22 november 1940 - 1 mei 1943 | ||||
Minister Volksgezondheid |
22 november 1940 - 15 april 1944 | ||||
Minister Justitie |
4 maart 1942 - 12 oktober 1942 | ||||
Minister Landsverdediging |
12 oktober 1942 - 26 september 1944 | ||||
Paul-Henri Spaak (1899-1972) |
Minister Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel |
31 oktober 1940 - 26 september 1944 | BWP | ||
Minister Arbeid en Sociale Voorzorg |
16 januari 1941 - 26 september 1944 | ||||
Minister Verkeerswezen |
12 oktober 1942 - 1 mei 1943 | ||||
Minister Bevoorrading |
10 december 1943 - 26 september 1944 | ||||
Minister Volksgezondheid |
15 april 1944 - 26 september 1944 | ||||
Camille Gutt (1884-1971) |
Minister Financiën |
31 oktober 1940 - 26 september 1944 | extraparlementair | ||
Minister Economische Zaken |
22 november 1940 - 26 september 1944 | ||||
Minister Landsverdediging |
22 november 1940 - 12 oktober 1942 | ||||
Minister Verkeerswezen |
22 november 1940 - 12 oktober 1942 | ||||
Albert de Vleeschauwer (1897-1971) |
Minister Koloniën |
31 oktober 1940 - 26 september 1944 | Katholiek Blok | ||
Minister Justitie |
22 november 1940 - 4 maart 1942 | ||||
Minister Openbaar Onderwijs |
4 maart 1942 - 26 september 1944 | ||||
Antoine Delfosse (1895-1980) |
Minister Justitie |
12 oktober 1942 - 26 september 1944 | Katholiek Blok | ||
August Balthazar (1893-1952) |
Minister Openbare Werken |
1 mei 1943 - 26 september 1944 | BWP | ||
Minister Verkeerswezen |
1 mei 1943 - 26 september 1944 | ||||
August De Schryver (1898-1991) |
Minister Binnenlandse Zaken |
1 mei 1943 - 26 september 1944 | Katholiek Blok | ||
Minister Landbouw |
20 juni 1944 - 26 september 1944 | ||||
Paul Tschoffen (1878-1961) |
Lid van de Staatsraad | 16 april 1943 - 26 september 1944 | extraparlementair (katholiek) |
Onderstaatssecretarissen
[bewerken | brontekst bewerken]Eerste minister Pierlot, zeer legalistisch ingesteld, wilde geen ministers benoemen die niet tot zijn vooroorlogse regering hadden behoord. Aangezien de activiteiten toenamen, werd de formule gekozen van onderstaatssecretarissen die, onder de verantwoordelijkheid van een van de ministers, ministeriële bevoegdheid kregen.
Ambtsbekleder | Functie | Termijn | Partij | ||
---|---|---|---|---|---|
Gustave Joassart (1880-1953) |
Onder-Staatssecretaris Hulp aan Vluchtelingen, Arbeid en Sociale Voorzorg |
4 maart 1942 - 16 juli 1943 | extraparlementair | ||
Joseph Bondas (1881-1957) |
3 september 1943 - 26 september 1944 | extraparlementair (BWP) | |||
Henri Rolin (1891-1973) |
Onder-Staatssecretaris Landsverdediging |
4 maart 1942 - 12 oktober 1942 | BWP | ||
Julius Hoste (1884-1954) |
Onder-Staatssecretaris Openbaar Onderwijs |
4 maart 1942 - 26 september 1944 | extraparlementair (liberaal) | ||
Raoul Richard (1885-1962) |
Onder-Staatssecretaris Bevoorrading |
3 september 1943 - 26 september 1944 | extraparlementair |
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- A. TESTIBUS, Le Parlement dans la tempête, Brussel, 1941.
- Theo LUYKX, Politieke geschiedenis van België, Brussel-Amsterdam, 1964.
- Camille GUTT, La Belgique au Carrefour, 1940-1944, Parijs, Fayard, 1971.
- Fernand VAN LANGENHOVE, La Belgique et ses garants. L'été 1940, Brussel, Paleis der Academies, 1972.
- Luc SCHEPENS, De Belgen in Groot-Brittannië, 1940-1944, Nijmegen-Brugge, 1980.
- Jan VELAERS & Herman VAN GOETHEM, Leopold III. De Koning, het Land, de Oorlog, Tielt, Lannoo, 1994.
- Thierry GROSBOIS, Pierlot, 1930-1950, Brussel, Racine, 2007.
- Vincent DUJARDIN en Mark VAN DEN WIJNGAERT, La Belgique sans roi, 1940-1950, Brussel, Le Cri, 2010.