Kees Fens
Kees Fens | ||||
---|---|---|---|---|
Kees Fens (Amsterdam - Keizersgracht, januari 2004).
| ||||
Algemene informatie | ||||
Volledige naam | Cornelis Walterus Antonius Fens | |||
Geboren | 18 oktober 1929 | |||
Geboorteplaats | Amsterdam | |||
Overleden | 14 juni 2008 | |||
Land | Nederland | |||
Werk | ||||
Jaren actief | 1964 - 2008 | |||
Dbnl-profiel | ||||
|
Cornelis Walterus Antonius (Kees) Fens (Amsterdam, 18 oktober 1929 – aldaar, 14 juni 2008) was een Nederlands literatuurcriticus, essayist en letterkundige.[1]
Levensloop
[bewerken | brontekst bewerken]Fens volgde zijn middelbareschoolopleiding aan het St. Ignatiuscollege (nu Sint Ignatiusgymnasium) in Amsterdam, waar hij in 1948 zijn A-diploma behaalde. Daarna volgde hij in de avonduren een studie Nederlands-MO. Tussen 1959 en 1982 werkte hij als leraar Nederlands, eerst aan het Triniteitslyceum in Haarlem, vanaf 1964 aan de Frederik Muller Academie in Amsterdam, alwaar hij ook westerse en niet-westerse cultuur doceerde. In 1982 werd hij benoemd tot hoogleraar in de moderne Nederlandse letterkunde aan het instituut Nederlands van de Katholieke Universiteit Nijmegen. Onder zijn begeleiding kwam onder meer een proefschrift tot stand over de novellebundel Paranoia (1953) van Willem Frederik Hermans: G.F.H. Raat, De vervalste wereld van Willem Frederik Hermans (Huis aan de Drie Grachten, 1985). Ook promoveerde bij Fens Jos Muyres met een dissertatie over het ontstaan van De Kapellekensbaan (1953) en Zomer te Ter-Muren (1956) van Louis Paul Boon: De Kapellekensbaan groeit (Uitgeverij Plantage, 1995). Na zijn emeritaat in 1994 volgde nog een benoeming tot bijzonder hoogleraar literaire kritiek aan diezelfde universiteit. Hij legde in 2001 ook die functie neer.
Tegelijkertijd schreef Fens literaire kritieken, vanaf 1955 voor het weekblad De Linie, van 1960 tot 1968 voor het dagblad De Tijd en van 1968 tot 1978 voor de Volkskrant. Voor die laatste krant is hij tot en met 2008 blijven schrijven, meest over literaire onderwerpen, hoewel hij er ook een tijdlang een sport-column voor verzorgde. Kees Fens schreef voor De Tijd een wekelijkse column onder het pseudoniem A.L. Boom van 1976 tot het einde van het blad in 1990. Hij werkte van het begin in 1990 vijf jaar mee aan het Groot Dictee der Nederlandse Taal, de eerste twee keer schreef hij het essay en hij was jurylid.
Samen met J.J. Oversteegen en H.U. Jessurun d'Oliveira richtte hij in 1962 het invloedrijke literair tijdschrift Merlyn op.
Kees Fens overleed op 14 juni 2008 in het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis in Amsterdam ten gevolge van Chronische Aspecifieke Respiratoire Aandoeningen (CARA), een longziekte waaraan hij al jaren leed. Op 20 juni werd hij na een requiemmis in De Krijtberg begraven op de Nieuwe Ooster.
Zijn zoon Stijn Fens is tevens journalist.
Onderscheidingen en vernoeming
[bewerken | brontekst bewerken]Waardering voor zijn werk is niet uitgebleven. Literaire prijzen en een eredoctoraat aan de Universiteit van Amsterdam vielen hem ten deel. Op 13 maart 2007 werd hij tijdens het boekenbal benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Collega-literatoren eerden hem met een aantal speciaal voor hem samengestelde boeken.
Op 14 juni 2009 werd in Amsterdam de brug tussen de Hartenstraat en de Reestraat – schuin tegenover zijn laatste woonhuis aan de Keizersgracht – omgedoopt tot de Kees Fensbrug.
Prijzen
[bewerken | brontekst bewerken]- 1962 - Prijs der literaire kritiek;
- 1982 - Zilveren Griffel voor Nou hoor je het eens van een ander;
- 1984 - G.H. 's-Gravesande-prijs voor zijn constante en onafhankelijke arbeid voor de behartiging van de belangen der literatuur in tijdschrift en courant;
- 1986 - Frans Erensprijs voor zijn gehele oeuvre;
- 1990 - P.C. Hooft-prijs voor zijn gehele oeuvre;
- 1999 - Laurens Janszoon Costerprijs voor zijn gehele oeuvre;
- 2004 - eredoctoraat van de Universiteit van Amsterdam.
Bibliografie
[bewerken | brontekst bewerken]- 1964 - De eigenzinnigheid van de literatuur, Opstellen en kritieken;
- 1966 - De gevestigde chaos, Opstellen en kritieken;
- 1967 - Loodlijnen, Cursiefjes;
- 1970 - Tussen gisteren en morgen;
- 1972 - Tussentijds, Essays;
- 1978 - De eenzame schaatser, doorslagen van de tijd, onder pseudoniem A. L. Boom;
- 1980 - Waarom ik niet tennis (en ook niet hockey);
- 1981 - Mijnheer en Mevrouw Aluin & andere tussenteksten, onder pseudoniem A. L. Boom;
- 1982 - Nou hoor je het eens van een ander;
- 1982 - Oliver Hardy als denker en andere opstellen;
- 1983 - Mijnheer Van Dale en juffrouw Scholten, met illustraties van Margriet Heymans, geschenk kinderboekenweek;
- 1983 - Broeinesten en bijbelplaatsen;
- 1984 - De onsterfelijke lezers;
- 1984 - De tweede stem;
- 1985 - Voldoende wit;
- 1986 - Inleiding tot de kennis van A. Alberts, met medeauteurs J. Bernlef en K. Schippers;
- 1987 - The gentle art of reading
- 1987 - Een gedicht verveelt zich niet;
- 1987 - The gentle art of reading;
- 1987 - Het oudste kind;
- 1988 - Spiegelbeelden;
- 1989 - Het Oosten komt altijd tekort;
- 1989 - Uit het midden;
- 1990 - Jaloezie;
- 1990 - Het nieuwe licht en de oude tijd;
- 1990 - Een jas voor het leven;
- 1991 - Voetstukken, Een keuze uit de essays;
- 1992 - Bibliofiel,- dat mag op zijn steen staan;
- 1992 - Het zal altijd een droom blijven;
- 1992 - Gezelle en Gorter: het begin;
- 1992 - Het geluk van de onwetendheid;
- 1993 - De hele wereld een dansfeest;
- 1993 - Van huis tot huis;
- 1993 - Uitgeknipt;
- 1994 - Handgroot, Postscripta bij boeken en lezen;
- 1994 - Leermeesters, Een keuze uit de maandagstukken;
- 1994 - Schaamte;
- 1994 - De leerstoel van Lent;
- 1994 - Puer senex, Afscheidscollege van de Katholieke Universiteit Nijmegen;
- 1994 - Finding the Place. Selected Essays on English Literature;
- 1996 - Een hand van de dichter;
- 1996 - Die dag lazen wij niet verder;
- 1996 - Heilige slakken en andere terzijdes over boeken, bibliotheken, lezers en lezeressen;
- 1997 - Doorluchtig glas. Vijftig jaar P. C. Hooftprijs;
- 1997 - Eens gegeven;
- 1998 - Op het tweede gezicht, met medeauteur Bas van Kleef;
- 1998 - Studeren op stro. Voordracht in het kader van de Alexander Hegiuslezing 1998, met medeauteurs Herman Pleij en Dannie Jansen;
- 1999 - Poseren voor de bladspiegel, met medeauteur Uta Janssens;
- 1999 - Kees Fens in gesprek met Marita Mathijsen over passie voor boeken;
- 2001 - In het begin was de bijbel;
- 2002 - Lijden, Liefhebben en Schrijven, Een keuze uit de maandagstukken;
- 2002 - Stratenboek;
- 2002 - Na vijfenzestig jaar;
- 2002 - Het licht in de schaduw - Kellendonklezing;
- 2002 - De bekering tot rode kool;
- 2004 - Dat oude Europa. Nieuwe keuze uit de maandagstukken;
- 2006 - Voorbijgegaan/ Tweemaal Reve;
- 2007 - In het voorbijgaan. Kleine essays;
- 2007 - Op weg naar het schavot - Boekenweekessay 2007;
- 2008 - Het geluk van de brug;
- 2008 - De onsterfelijke dood;
- 2008 - Al die vermorste tijd;
- 2008 - Nabij;
- 2009 - Het volmaakte kleine stukje;
- 2010 - De hemel is naar beneden gekomen;
- 2014 - Een leven lang Elsschot
- 2015 - Dat ben ik toevallig. Stukjes uit De Tijd.
Voor Kees Fens
[bewerken | brontekst bewerken]- 1990 - Thema's voor een humanist. Opstellen voor Kees Fens;
- 1994 - Betrokken buitenstaander. Opstellen voor Kees Fens;
- 1994 - De eerste stem. Een album voor Kees Fens;
- 2004 - Kijk op kritiek. Essays voor Kees Fens.
Biografie
[bewerken | brontekst bewerken]- 2014 - Wiel Kusters Mijn versnipperd bestaan / Het leven van Kees Fens 1929-2008.
- Voetnoten
- ↑ de Volkskrant. Volkskrant-criticus Kees Fens overleden, 16 juni 2008. met foto
- Bronnen
- Digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren. Kees Fens,
- Ingangen op Fens. Dit is een naar volledigheid strevende lopende en retrograde bibliografie van zijn krantenartikelen, met indexen op besproken auteurs, besproken werken en gedepouilleerde tijdschriften, alsmede met een uitgebreid trefwoordenregister van ruim 55.000 ingangen. Met toestemming van de weduwe Fens zijn bij honderden lemmata scans van de desbetreffende artikelen (gratis) aanklikbaar.