Kasteel Genhoes (Valkenburg)
Kasteel Genhoes | ||
---|---|---|
Locatie | Oud-Valkenburg | |
Gebouwd in | 16e-18e eeuw | |
Monumentale status | Rijksmonument | |
Monumentnummer | 514716 | |
Kasteel en kasteelhoeve
|
Kasteel Genhoes is een kasteel in de Nederlands-Limburgse plaats Oud-Valkenburg in de gemeente Valkenburg aan de Geul. Het van oorsprong middeleeuwse kasteel ligt ingebed in het fraaie landschap van het Geuldal, iets ten noorden van de provinciale weg 595. Het kasteel is een rijksmonument en maakt deel uit van het rijksbeschermd gezicht Oud Valkenburg. Het is tevens onderdeel van het Buitengoed Geul & Maas.
Geschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]Herkomst naam
[bewerken | brontekst bewerken]Het is mogelijk dat op de plaats van het huidige kasteel de oorspronkelijke burcht van de ridders van Valkenburg heeft gestaan, voordat deze rond het jaar 1115 het Kasteel Valkenburg bouwden op de Heunsberg in de plaats die thans Valkenburg heet. In dat geval zou kasteel Genhoes het stamkasteel van de heren van Valkenburg zijn geweest. Genhoes betekent: 'het huis'.[1] Deze benaming treffen we ook vaak aan bij andere adellijke huizen in Limburg. In de 11e eeuw was Genhoes letterlijk: het huis te Oud-Valkenburg.
Bouw- en bewoningsgeschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]Of de geschiedenis van kasteel Genhoes daadwerkelijk tot de 11e of 12e eeuw is terug te voeren, kan voorlopig niet met zekerheid worden aangetoond, hoewel een akte van keizer Hendrik III uit 1041 melding maakt van de 'villa Falchenberg'. Het eerste vaststaande jaartal uit de geschiedenis van Oud-Valkenburg is het jaar 1381, toen Johan van Hulsberg en Johan van Aldenvalckenborgh genoemd werden als eigenaars van de 'hof' Oud-Valkenburg. Of dit toen al een kasteel betrof is onduidelijk. In 1475 werd Johan van Ghoor, heer van Eys, door vererving eigenaar van het goed. Zijn zoon Herman liet het bezit in 1535 na aan Johan van Streithagen, die getrouwd was met Maria van Goor. Deze bouwde tussen 1540 en 1560 het kasteel, zoals dit nog ten dele bestaat. Dit gebouw, met drie vleugels en een voorburcht, is terug te zien in geschematiseerde vorm op de kaart die Jacob van Deventer in 1555 tekende. Tijdens een van de belegeringen aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog werd het kasteel verwoest (waarschijnlijk door Alexander Farnese in 1578 of 1579), net als veel andere kastelen in het Maasland. Rond 1600 werd het door de toenmalige bezitters, de Van Streithagens, herbouwd. Een lid van de familie Hoen van Hoensbroeck erfde het als schoonzoon van de familie.
Een Letse maarschalk in dienst van de Oostenrijkse keizer, Georg baron von Tunderfeld (1688–1748), was de volgende eigenaar. Na de dood van de maarschalk werd het kasteel gekocht door de Akense lakenfabrikant Leonard Thimus. Deze liet het kasteel moderniseren en voegde de noordvleugel en de huidige economiegebouwen toe. Zijn dochter trouwde met ene Pelser en hun nazaten bleven gedurende anderhalve eeuw, tot begin 20e eeuw, de vaste bewoners. Van deze nazaten bleven uiteindelijk vier ongetrouwde zusters over, waarvan jonkvrouwe Pelser-Berensberg tot 1929 de laatste eigenaresse van Genhoes was. Daarna werd het kasteel achtereenvolgens bewoond door de families Huygen en Dankelman, de gebroeders Krijnen (die er een antiquairszaak dreven) en de kunstschilder William Halewijn.
Eigenaar van het kasteel is sinds 1955 de Vereniging Natuurmonumenten. De huidige bewoners zijn het kunstenaarsechtpaar Van Dijk, die met veel liefde het kasteel onderhouden. Ook is de historische tuinaanleg, waar vrijwel niets meer van over was, gedeeltelijk hersteld. In 2008 zijn in de kasteelboerderij appartementen gebouwd, waarbij ook archeologisch onderzoek is gedaan. Hierbij zijn sporen van oudere gebouwen gevonden, waarbij ook brandsporen aangetoond konden worden.
Beschrijving
[bewerken | brontekst bewerken]Kasteel exterieur
[bewerken | brontekst bewerken]Het kasteel zelf heeft een L-vormig grondplan, rondom een binnenplaats, die aan de onbebouwde zijden wordt afgeschermd door een mergelstenen muur. Het gebouw bestaat uit een 16e- of 17e-eeuwse westvleugel en een in de 18e eeuw aangebouwde dwarsvleugel. Het oudste deel van het kasteel is waarschijnlijk de zware hoektoren, die de twee vleugels verbindt. In zijn huidige vorm stamt de toren uit ca 1500, maar bouwhistorisch onderzoek heeft in 2006 aangetoond dat delen uit de 12e of 13e eeuw stammen.[2] De toren heeft een achtkantig, aan de voet sterk geknikt dak, dat eindigt in een uivormige spits, waarop zich een windvaan met het jaartal 1620 bevindt. De oudste vleugel, met trapgevel, is grotendeels uit Limburgse mergel opgetrokken met verwerking van speklagen en heeft een zadeldak met onder de dakrand een fries met gotische boogjes. De jongere vleugel is van baksteen met hardstenen deur- en raamomlijstingen en een mansardedak. De hoofdingang van het kasteel bevindt zich in de 18e-eeuwse vleugel, waar zich een barokke ingangspartij bevindt.
-
Overzicht kasteel
-
Toren en oudste vleugel
-
Brug en barokportaal
-
Detail boogfries
Kasteel interieur
[bewerken | brontekst bewerken]In het interieur bevinden zich diverse interessante architectuurelementen, zoals een balustertrap, stucplafonds, eikenhouten parketvloeren en zaalbetimmeringen, drie geschilderde supraporten en een schoorsteenmantel van bruingeaderd marmer in Lodewijk XV-stijl met een geschilderd schoorsteenstuk voorstellende Diana op jacht. In de kelders van het kasteel is nog een origineel cachot aanwezig.
-
Zaalinterieur
-
Stucwerkreliëf
-
Trappenhuis
-
Kelder
Tuin en landgoed
[bewerken | brontekst bewerken]Kasteel Genhoes wordt aan de westzijde ontsloten door een korte oprijlaan, die met rijen lindebomen is beplant. Aan de noordzijde van het kasteel bevindt zich buiten de omgrachting een U-vormige kasteelhoeve uit de 18e eeuw. Naast de hoeve bevindt zich aan het einde van de oprijlaan een inrijpoort. Het kasteel is toegankelijk via een boogbrug, die uit de 16e eeuw dateert of wellicht nog ouder is. Het kasteel zelf is geheel omgracht (door de binnengracht); de kasteeltuin is deels omgracht (door de buitengracht). De parkaanleg tussen de beide grachten bevat elementen van de 18e-eeuwse, geometrisch aangelegde tuin, waarvan nog een rond bassin, de fundamenten van een ijskelder, een vijverpaviljoen (het eendenhuis) en enkele terracotta tuinbeelden resteren. Rond 1825 werd deze formele tuin uitgebreid met een Engelse landschapstuin, waarvan nog enkele monumentale bomen resteren, waaronder rode beuk, plataan, linde en eik in een wandelbosje ten zuiden van het kasteel. De langgerekte moestuin is omgeven door mergelstenen muren.
-
Oprijlaan met poort
-
Domeinmuur
-
Historische tuinaanleg
-
Kasteelhoeve
Omgeving
[bewerken | brontekst bewerken]In de directe nabijheid zijn een aantal andere belangrijke cultuurhistorische objecten te vinden: de Johannes de Doper kerk, het kasteel Schaloen en de Schaloensmolen, en, iets verderop, de Drie Beeldjes en de kluis op de Schaelsberg. De Groeve bij de Drie Beeldjes ligt achter het kasteel aan de Geul.
Geraadpleegde literatuur, noten en verwijzingen
- Moonen, B.J., en J.A.M. Roymans, 'Renovatie Kasteelhoeve Genhoes', archeologisch verslag, 2008 (online tekst)
- Ubachs, Pierre J.H. (2000): Handboek voor de geschiedenis van Limburg. Maaslandse Monografieën #63. Verloren, Hilversum. ISBN 90-6550-097-9 (tekst deels online)
- Informatie over rijksmonumentaal complex nr. 514717 (rijksmonument 514716 en 514718 t/m 514723)
- Beschrijving op kasteleninlimburg.deds.nl
- ↑ 'Gen' is een oude Limburgse vorm van het bepaald lidwoord; in sommige streken wordt deze vorm nog steeds gebruikt, maar uitsluitend in combinatie met een voorzetsel ('in gen hoes', 'op gen eerd', 'a gen ing').
- ↑ Moonen/Roymans, p.8.