Naar inhoud springen

Victoria (Brokopondo): verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
k linkt naar zichzelf
 
(46 tussenliggende versies door 18 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
{{Infobox plaats in Suriname
{{Meebezig}}
| land = Suriname
'''Victoria''' was een [[houtgrond]] aan de [[Suriname (rivier)|Surinamerivier]] in het district [[Brokopondo (district)|Brokopondo]] in [[Suriname]]. De houtgrond van 2000 [[acre (oppervlaktemaat)|akkers]] was de de hoogst stroomopwaarts gelegen locatie van blanke planters aan de Surinamerivier. Stroomafwaarts grensde zij aan de grond van Daniel Wiltens, de latere plantage [[Berg en Dal (Suriname)|Berg en Dal]]. De oudste vermelding is op de kaart van [[Alexander de Lavaux]] uit 1737. De toenmalige eigenaar was [[Stephanus Laurentius Neale]].
| naam = Victoria
| soort = dorp en voormalige plantage en politiepost
| altnaam =
| district = [[Brokopondo (district)|Brokopondo]]
| inwoners =
| census =
| km2 =
| hoogte =
| lat_deg = 5
| lat_min = 8
| lat_sec = 9
| lat_dir = N
| lon_deg = 54
| lon_min = 59
| lon_sec = 18
| lon_dir = W
| image = Gezicht op Port Victoria gelegen aan de Suriname rivier Port Victoria- Boven-Suriname (titel op object) Album met tekeningen van Suriname, p.10 (50) (serietitel), RP-T-1994-281-10.jpg
| caption = Aquarel van Victoria (1850)
| image1 =
| caption1 =
| www =
| website =
| portaal2 =
}}
'''Victoria''' is een dorp en voormalige plantage en politiepost aan de [[Suriname (rivier)|Surinamerivier]]. Het is vastgegroeid aan het dorp [[Asigron]]. Het bevindt zich in de [[Abannakondre]] in [[Centrum (Brokopondo)|Brokopondo-Centrum]]. In de nabijheid bevinden zich een goudmijn en de gesloten [[Landbouw Maatschappij Victoria]] waar zich voorheen de plantage Victoria bevond.


Het is te bereiken via een 10 kilometer lange weg vanaf de [[Avobakaweg]].<ref>Dagblad De West, [https://dagbladdewest.com/2019/02/04/weg-baling-soela-naar-afobaka-onbegaanbaar/ Weg Baling Soela naar Afobaka onbegaanbaar], 4 februari 2019</ref> Dorpelingen van Victoria en Asigron barricadeerden begin december 2021 de weg uit protest tegen de slechte staat, waardoor zwaar verkeer van onder meer [[Staatsolie Maatschappij Suriname|Staatsolie]] en [[Rosebel-goudmijn|Rosebel]] er tijdelijk geen gebruik van kon maken. Leerkrachten van de OS Victoria in het dorp maakten hun zorgen kenbaar toen zij met Kerst in de stad waren.<ref>Suriname Herald, [https://www.srherald.com/suriname/2021/12/27/leerkrachten-en-bewoners-asigron-vragen-wederom-aandacht-voor-weg/ Leerkrachten en bewoners Asigron vragen wederom aandacht voor weg], 27 december 2021</ref><ref>ATV Networks, [https://www.youtube.com/watch?v=v82XvxrN_cc Bewoners Victoria en Asigron bereid weg zelf aan te pakken], 6 december 2021</ref>
In 1742 werd er door de [[Sociëteit van Suriname]] een [[octrooi]] voor de duur van twaalf jaar verleend aan de Geoctrooieerde Surinaamse Mineraal-Compagnie. Deze sociëteit was opgericht door de Duitser Wilhem Hack, een broer van Philip Hack, directeur van de Sociëteit van Suriname en commissaris en bewindhebber van de [[West-Indische Compagnie]]. Zij hadden ervaring met de mijnbouw als mede-eigenaar van een loodmijn in de [[Eifel]]. De Sociëteit had toestemming om in de hele kolonie onderzoek te doen naar “goud, zilver, koper, tin, lood, edelgesteenten en anderen profijt gevende voorwerpen, hoe dezelve voorkwamen, of ook genaamd mogten zijn, zoo op als onder de aarde”.
Spoedig werden de eerste mijnwerkers naar Suriname gestuurd. Zij begonnen bij Victoria waar de Sociëteit een perceel van 10 mijlen in de omtrek was toegewezen. Het bleek echter geen succes. De leden van de expedities die het binnenland werden ingestuurd overleden aan tropische ziektes en door het instorten van een mijngang overleden er veertig mijnwerkers. Men vond wel porseleinaarde, ijzererts, lood en sporen van goud en zilver. Het weinige goud dat werd gevonden werd naar Amsterdam gestuurd voor onderzoek. De kwaliteit was echter dusdanig laag dat de opbrengst niet opwoog tegen de gemaakte kosten en in 1745 werd het werk gestaakt en was Wilhelm Hack vrijwel geruïneerd. In die tijd was [[Willem Röell (1700-1775)|Willem Röell]] de enige bewindhebber van de Sociëteit.


== Plantage ==
In 1793 was de grond in het bezit van de heren Bestuurders en Regeerders van de Colonie Suriname. De administrateur was [[Anthony Blom]]. Uit zijn publicaties bleek dat er in die tijd de [[specerij|specerijen]] [[kaneel] en [[kruidnagel]] werden verbouwd. Vervolgens is de Sociëteit weer eigenaar, in de Surinaamse Almanak vermeld onder de naam Mineraal Compagnie.
Victoria werd aangelegd als een [[houtgrond]] (plantage) en had een oppervlakte van 2000 [[Akker (vlaktemaat)|akkers]]. Het was de plantage van blanke planters die het hoogst stroomopwaarts aan de Surinamerivier was gelegen. De toenmalige eigenaar was [[Stephanus Laurentius Neale]]. De eerste vermelding dateert uit 1737 en staat op de kaart van [[Alexander de Lavaux]]. In die tijd was het eigendom van [[Stephanus Laurentius Neale]].


==Surinaamse Mineraal-Compagnie==
In 1839 werd de grond verkocht aan Isaac Jacob Bueno de Mesquita, een van de grootste plantagebezitters. De Mesquita was in 1843 in het bezit van 14 plantages, voor het merendeel uitgestrekte houtgronden. Hij was grootvader van [[Otto Huiswoud]]. In 1879 werd Victoria weer te koop aangeboden.
De [[Sociëteit van Suriname]] verleende in 1742 een [[octrooi]] voor een termijn van twaalf jaar aan de Geoctrooieerde Surinaamse Mineraal-Compagnie. De oprichter van deze compagnie was de Duitser Wilhem Hack. Hij was een broer van Philip Hack, de toenmalige directeur van de Sociëteit van Suriname, die eveneens commissaris en bewindvoerder was van de [[West-Indische Compagnie]]. De beide broers hadden ervaring opgedaan met de mijnbouw in hun hoedanigheid van mede-eigenaar van een loodmijn in de [[Eifel]]. Aan deze compagnie werd toestemming verleend om overal in Suriname onderzoek te verrichten naar "goud, zilver, koper, tin, lood, edelgesteenten en anderen profijt gevende voorwerpen, hoe dezelve voorkwamen, of ook genaamd mogten zijn, zoo op als onder de aarde".


De eerste mijnwerkers werden al na korte tijd naar Suriname gezonden en begonnen hun werkzaamheden bij ''Victoria'' waar een perceel van tien mijlen in de omtrek aan de compagnie was toegewezen. Dit bleek echter niet zo succesvol te zijn. De leden van de expedities die in het binnenland werkzaam waren, overleden aan tropische ziektes en er stierven veertig mijnwerkers doordat een mijngang instortte. Er werd wel [[kaolien|porseleinaarde]], lood, ijzererts en sporen van goud en zilver gevonden. De geringe hoeveelheid goud die wel werd gevonden, werd voor onderzoek naar Amsterdam gezonden voor onderzoek. Maar de kwaliteit was zo gering dat de opbrengst niet kon opwegen tegen de kosten. In 1745 werd gestopt met het werk en was Wilhelm Hack vrijwel bankroet<ref>Het nieuws van de dag, nr. 8621, 24 februari 1898.</ref> [[Willem Röell (1700-1775)|Willem Röell]] was in die tijd de enige bewindvoerder van de compagnie. Als proef werden in 1747 zeven boerenfamilies uit Duitsland gehaald, uit het gebied van de huidige deelstaat [[Rijnland-Palts]], en op ''Victoria'' geplaatst.<ref>[http://bukubooks.wordpress.com/2011/11/22/raders/ ''Geschiedkundige aanteekeningen, rakende proeven van Europeesche kolonisatie in Suriname''. Bijeengebragt door R.F. baron van Raders. ’s-Gravenhage: De Erven Doorman, 1860.]</ref> Door deze proef werd getracht om de bevolkingsstroom naar Suriname te stimuleren.
{{bron|bronvermelding=
*Aa A.J. van der (1848) ''Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden.'' 11e deel, pp 674, Gorinchem: Jacobus Noorduyn.
*Brown C. (1793-1795) ''Surinaamsche Staatkundige Almanach.'' Paramaribo: Wilkens.
*Dikland, F., Hest van, C. et al. (2011), Surinaamse architectuurdocumentatie: Victoria
* [[Julien Wolbers|Wolbers]], J.,(1861), ''Geschiedenis van Suriname'', Amsterdam: De Hoogh, 1861. Fotomechanische herdruk: Amsterdam: Emmering, 1970. pp.106-107 [http://www.dbnl.org/tekst/wolb002gesc01_01/wolb002gesc01_01_0006.php?q= De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren]
*Kessler, C.K. (1937), [http://62.41.28.253/cgi-bin/kit.exe?a=d&d=CGEEEI19370405-009-1937-0025.2.3&e=-0-------nl--logical--20--1----------IN-0 Goud-industrie in Suriname], Tropisch Nederland, Volume 9, Nr 24


Deze grond was in 1793 eigendom van de Bestuurders en Regeerders van de Colonie Suriname. Uit de publicaties van de toenmalige administrateur [[Anthony Blom]] bleek dat er toendertijd [[specerij]]en [[kaneel]] en [[kruidnagel]] verbouwd werden. Daarna kwam de grond weer in eigendom van de compagnie. Isaac Jacob Bueno de Mesquita werd in 1793 eigenaar van de grond. Hij was een van de grootste plantagebezitters.<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010020311:mpeg21:a0115 Algemeen Handelsblad], nr. 2098, 26 juli 1838.</ref><ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010077444:mpeg21:a0023 Surinaamsche Courant], nr. 30, 15 april 1839.</ref> In 1843 was De Mesquita eigenaar van 14 plantages, hoofdzakelijk uitgestrekte houtgronden. ''Victoria'' werd weer te koop aangeboden in 1879.<ref>Suriname: Koloniaal nieuws en advertentieblad, nr. 48, 13 juni 1879.</ref>
* (1820- 1930) ''Surinaamsche Almanak.'' Paramaribo: Maatschappij tot Nut van 't Algemeen.}}


== Militaire post ==
{{Sjabloon:Navigatie plantages Suriname}}
Indertijd werd er een militaire post gevestigd bij ''Victoria'' om de dreiging van de [[Marrons van Suriname|marrons]] tegen te gaan. Die post diende als basisstation bij grote expedities. Het voedsel voor de expeditie werd hier opgeslagen en met enige regelmaat. In 1756 vond er een tocht plaats door ruim 200 militairen en circa 560 lastdragende slaven, voor het dragen van de zware lasten. De marrons vielen deze tochten aan in 1753 en 1761. Nadat er in 1762 een vredesverdrag werd gesloten met de Saramaccaners nam de dreiging van de aanvallen af. De post kreeg daarna een meer controlerende taak. In 1835 vond een aanpassing van het verdrag plaats, waarbij werd bepaald dat de Saramaccaners zich vestigden op minimaal twee dagen varen boven de post. Later vestigde de secretaris voor de [[Saramacca (district)|Saramaccaanse]] zich ook op deze post. Hij had tot taak om passen uit te reiken aan de [[Saramaccaners]] die naar [[Paramaribo]] reisden, het indienen van hun schriftelijke verzoeken en het mondeling meedelen van de besluiten van de regering.
[[Categorie:Plantage in Suriname]]

== Landbouw Maatschappij Victoria, oliepalmplantage ==
{{Zie hoofdartikel|Landbouw Maatschappij Victoria}}
De [[Handelsvereniging Amsterdam]] (HVA) had in de jaren 1960 de afzetmogelijkheden onderzocht voor een installatie en raffinaderij voor [[hydrogenering|vetharding]] van [[palmolie]] in Paramaribo. De gronden werden aan het begin van de jaren 1970 in productie genomen.

== Externe link ==
* [https://www.youtube.com/watch?v=dWXB2lt497Q Drone-video van Victoria], 2023

{{Appendix|2=
* Aa, A.J. van der (1848): ''Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden.'' 11e deel, p. 674, Gorinchem: Jacobus Noorduyn.
* Brown, C. (1793-1795): ''Surinaamsche Staatkundige Almanach.'' Paramaribo: Wilkens.
* Dikland, F., Hest, C. van et al. (2011): ''Surinaamse architectuurdocumentatie: Victoria.''
* [[Julien Wolbers|Wolbers]], Julien (1861): ''Geschiedenis van Suriname'', Amsterdam: De Hoogh, 1861. [Fotomechanische herdruk 1970: Amsterdam: Emmering, pp. 106-107. [https://www.dbnl.org/tekst/wolb002gesc01_01/wolb002gesc01_01_0006.php?q= De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren]
* Kessler, C.K. (1937): [http://62.41.28.253/cgi-bin/kit.exe?a=d&d=CGEEEI19370405-009-1937-0025.2.3&e=-0-------nl--logical--20--1----------IN-0 Goud-industrie in Suriname]{{dode link|datum=september 2017 |bot=InternetArchiveBot }}, Tropisch Nederland, Volume 9, Nr. 24.
* Orie, G. (2003): ''De geschiedenis van de oliepalm in kort bestek'', de Ware Tijd, 30 december.
* Maatschappij tot Nut van 't Algemeen (1820-1930): ''Surinaamsche Almanak.'' Paramaribo.
{{References}}
----
'''Externe media'''
* HVA, (1969) [http://www.archive.org/details/victoria_palmplantage ''Een palmolie plantage in de jungle van Suriname'']
}}
{{Navigatie plantages Suriname}}
{{Navigatie district Brokopondo}}
{{Coor title dms|5|8|9|N|54|59|18|W|scale:5000_region:SR}}
[[Categorie:Plantage in Brokopondo]]
[[Categorie:Houtplantage in Suriname]]
[[Categorie:Plaats in Brokopondo]]
[[Categorie:Plaats in het stroomgebied van de Suriname]]

Huidige versie van 24 mrt 2024 om 10:52

Victoria
dorp en voormalige plantage en politiepost in Suriname Vlag van Suriname
Victoria (Suriname)
Victoria
Situering
District Brokopondo
Coördinaten 5° 8′ NB, 54° 59′ WL
Foto's
Aquarel van Victoria (1850)
Aquarel van Victoria (1850)
Portaal  Portaalicoon   Suriname

Victoria is een dorp en voormalige plantage en politiepost aan de Surinamerivier. Het is vastgegroeid aan het dorp Asigron. Het bevindt zich in de Abannakondre in Brokopondo-Centrum. In de nabijheid bevinden zich een goudmijn en de gesloten Landbouw Maatschappij Victoria waar zich voorheen de plantage Victoria bevond.

Het is te bereiken via een 10 kilometer lange weg vanaf de Avobakaweg.[1] Dorpelingen van Victoria en Asigron barricadeerden begin december 2021 de weg uit protest tegen de slechte staat, waardoor zwaar verkeer van onder meer Staatsolie en Rosebel er tijdelijk geen gebruik van kon maken. Leerkrachten van de OS Victoria in het dorp maakten hun zorgen kenbaar toen zij met Kerst in de stad waren.[2][3]

Victoria werd aangelegd als een houtgrond (plantage) en had een oppervlakte van 2000 akkers. Het was de plantage van blanke planters die het hoogst stroomopwaarts aan de Surinamerivier was gelegen. De toenmalige eigenaar was Stephanus Laurentius Neale. De eerste vermelding dateert uit 1737 en staat op de kaart van Alexander de Lavaux. In die tijd was het eigendom van Stephanus Laurentius Neale.

Surinaamse Mineraal-Compagnie

[bewerken | brontekst bewerken]

De Sociëteit van Suriname verleende in 1742 een octrooi voor een termijn van twaalf jaar aan de Geoctrooieerde Surinaamse Mineraal-Compagnie. De oprichter van deze compagnie was de Duitser Wilhem Hack. Hij was een broer van Philip Hack, de toenmalige directeur van de Sociëteit van Suriname, die eveneens commissaris en bewindvoerder was van de West-Indische Compagnie. De beide broers hadden ervaring opgedaan met de mijnbouw in hun hoedanigheid van mede-eigenaar van een loodmijn in de Eifel. Aan deze compagnie werd toestemming verleend om overal in Suriname onderzoek te verrichten naar "goud, zilver, koper, tin, lood, edelgesteenten en anderen profijt gevende voorwerpen, hoe dezelve voorkwamen, of ook genaamd mogten zijn, zoo op als onder de aarde".

De eerste mijnwerkers werden al na korte tijd naar Suriname gezonden en begonnen hun werkzaamheden bij Victoria waar een perceel van tien mijlen in de omtrek aan de compagnie was toegewezen. Dit bleek echter niet zo succesvol te zijn. De leden van de expedities die in het binnenland werkzaam waren, overleden aan tropische ziektes en er stierven veertig mijnwerkers doordat een mijngang instortte. Er werd wel porseleinaarde, lood, ijzererts en sporen van goud en zilver gevonden. De geringe hoeveelheid goud die wel werd gevonden, werd voor onderzoek naar Amsterdam gezonden voor onderzoek. Maar de kwaliteit was zo gering dat de opbrengst niet kon opwegen tegen de kosten. In 1745 werd gestopt met het werk en was Wilhelm Hack vrijwel bankroet[4] Willem Röell was in die tijd de enige bewindvoerder van de compagnie. Als proef werden in 1747 zeven boerenfamilies uit Duitsland gehaald, uit het gebied van de huidige deelstaat Rijnland-Palts, en op Victoria geplaatst.[5] Door deze proef werd getracht om de bevolkingsstroom naar Suriname te stimuleren.

Deze grond was in 1793 eigendom van de Bestuurders en Regeerders van de Colonie Suriname. Uit de publicaties van de toenmalige administrateur Anthony Blom bleek dat er toendertijd specerijen kaneel en kruidnagel verbouwd werden. Daarna kwam de grond weer in eigendom van de compagnie. Isaac Jacob Bueno de Mesquita werd in 1793 eigenaar van de grond. Hij was een van de grootste plantagebezitters.[6][7] In 1843 was De Mesquita eigenaar van 14 plantages, hoofdzakelijk uitgestrekte houtgronden. Victoria werd weer te koop aangeboden in 1879.[8]

Militaire post

[bewerken | brontekst bewerken]

Indertijd werd er een militaire post gevestigd bij Victoria om de dreiging van de marrons tegen te gaan. Die post diende als basisstation bij grote expedities. Het voedsel voor de expeditie werd hier opgeslagen en met enige regelmaat. In 1756 vond er een tocht plaats door ruim 200 militairen en circa 560 lastdragende slaven, voor het dragen van de zware lasten. De marrons vielen deze tochten aan in 1753 en 1761. Nadat er in 1762 een vredesverdrag werd gesloten met de Saramaccaners nam de dreiging van de aanvallen af. De post kreeg daarna een meer controlerende taak. In 1835 vond een aanpassing van het verdrag plaats, waarbij werd bepaald dat de Saramaccaners zich vestigden op minimaal twee dagen varen boven de post. Later vestigde de secretaris voor de Saramaccaanse zich ook op deze post. Hij had tot taak om passen uit te reiken aan de Saramaccaners die naar Paramaribo reisden, het indienen van hun schriftelijke verzoeken en het mondeling meedelen van de besluiten van de regering.

Landbouw Maatschappij Victoria, oliepalmplantage

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie Landbouw Maatschappij Victoria voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De Handelsvereniging Amsterdam (HVA) had in de jaren 1960 de afzetmogelijkheden onderzocht voor een installatie en raffinaderij voor vetharding van palmolie in Paramaribo. De gronden werden aan het begin van de jaren 1970 in productie genomen.