ziekteleer
Uiterlijk
- Geluid: ziekteleer (hulp, bestand)
- ziek·te·leer
- samenstelling van ziekte en leer
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ziekteleer | |
verkleinwoord |
- (medisch): tak van de geneeskunde die het ontstaan en verloop van ziektes bestudeert
1.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord ziekteleer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.