wedewitje
Uiterlijk
- (IPA in voorbereiding)
- we·de·wit·je
- samenstelling van wede zn en witje zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ||
verkleinwoord | wedewitje | wedewitjes |
het wedewitje o dim. tant.
- (vlinders) Pieris ergane een dagvlinder uit de familie Pieridae , de witjes
- Het woord 'wedewitje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.