waarzeggen
Uiterlijk
- Geluid: waarzeggen (hulp, bestand)
- waar·zeg·gen
- samenstelling van waar en zeggen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
waarzeggen |
(waarzegde) |
gewaarzegd waargezegd |
zwak -d | volledig |
waarzeggen
- inergatief voorspellingen over de toekomst uiten op grond van intuïtie of bovennatuurlijke interventie
- Ik antwoorde dat het Apollo's gaave was waar te zeggen en dat ik wenschte dat hy ook ditmaal in zyne voorspellingen niet mochte feilen.[2]
- Gescheiden vervoegde vormen zijn zeldzaam, maar de te-vorm en het voltooid deelwoord komen zowel gescheiden als ongescheiden voor.
1.
- Het woord waarzeggen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ waarzeggen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Manndelyke uittreksels, of Boekzaal der geleerde waerelt, deel 138.
April 1783
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Werkwoord met scheidbaarheidsconflict in het Nederlands
- Inergatief werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal