tegenligger

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  tegenligger    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• te·gen·lig·ger

Woordherkomst en -opbouw

• Samenstellende afleiding van tegen (bijwoord) en de stam van liggen (werkwoord) met het achtervoegsel -er

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	tegenligger	tegenliggers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de tegenligger m

1. tegemoetkomend voertuig

Afgeleide begrippen

• tegenliggers

Vertalingen

    1. tegemoetkomend voertuig   

Duits: Gegenverkehr (de) m Engels: oncoming traffic (en)

Frans: véhicule en sens inverse (fr) m Spaans: vehículo en dirección contraria (es)

Gangbaarheid

• Het woord tegenligger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tegenligger" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.