steenboszanger

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  steenboszanger    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• steen·bos·zan·ger

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  steen zn  en  boszanger zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	steenboszanger	steenboszangers
verkleinwoord	steenboszangertje	steenboszangertjes

Zelfstandig naamwoord

de steenboszanger m

1. (zangvogels) Phylloscopus griseolus  een zangvogel uit de familie Phylloscopidae . Deze soort komt voor in Afghanistan, China, India, Kazachstan, Kirgizië, Mongolië, Nepal, Pakistan, Rusland, Tadzjikistan, Turkmenistan en Oezbekistan

Hyperoniemen

• boszangers, zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'steenboszanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.