Naar inhoud springen

skikkelig

Uit WikiWoordenboek


  • skik·ke·lig
  • Afkomstig uit het Nederduits
  • Noors bijvoeglijk naamwoord met het achtervoegsel -lig
Naar frequentie 401
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud skikkelig
o enkelvoud skikkelig
meervoud skikkelige
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
skikkelige

skikkelig

  1. behoorlijk, bevallig, degelijk, deugen
  2. fatsoenlijk, geschikt, netjes

skikkelig

  1. echt
  2. fatsoenlijk


skikkelig

  1. verouderde spelling of vorm van skikkeleg tot 2012 [1]
(verouderd) onbepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van skikkelig
  1. Taalhervorming 2012:
    Ny rettskriving for 2000-talet (in het Nynorsk)
    3.2.4 Suffiks i adjektiv og adverb (-leg [-lig] adj.)