reclamebedrijf
Uiterlijk
- re·cla·me·be·drijf
- samenstelling van reclame zn en bedrijf zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | reclamebedrijf | reclamebedrijven |
verkleinwoord | reclamebedrijfje | reclamebedrijfjes |
het reclamebedrijf o
- onderneming die reclameuitingen maakt voor andere bedrijven of organisaties
- ▸ De medewerkster van Cristofori wist me, zuchtend van verontwaardiging, ook nog te vertellen dat de man zo brutaal was geweest bij het naar beneden takelen van de beide vleugels de hulp in te roepen van enkele bouwvakkers, die tijdens de verhuizing het souterrain aan het verbouwen waren - in opdracht van het reclamebedrijf.[1]
- ▸ 'Ultieme Britse grootverdiener' weg bij grootste reclamebedrijf ter wereld[2]
- Het woord reclamebedrijf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ “Tonio : een requiemroman” (2011), De Bezige Bij , ISBN 9789023467014
- ↑ Weblink bron “'Ultieme Britse grootverdiener' weg bij grootste reclamebedrijf ter wereld” (5-04-2018), NOS