opwekken
Uiterlijk
- op·wek·ken
- samenstelling van op en wekken
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
opwekken |
wekte op |
opgewekt |
zwak -t | volledig |
opwekken
- overgankelijk opmonteren, animeren
- De moeder was moeilijk op te wekken nadat haar baby overleden was.
- ▸ De sfeer was altijd opgewekt, maar al snel ging iedereen over tot de orde van de dag en vertrok naar zijn of haar kamer om huiswerk te maken en ‘écht’ belangrijke mensen te bellen over de laatste drama’s op school.[1]
- overgankelijk doen ontstaan
- Ze moesten de weeën opwekken om de bevalling te starten.
- ▸ Dus zou de waarheidscommissie de wrevel opwekken van Moskou, vervolgde Ludwig. Of beter gezegd, nog meer wrevel opwekken dan al het geval was. En daarmee waren ze bij de cruciale vraag aangekomen: hoe groot was eigenlijk het gevaar voor waar her en der in het Westen over gespeculeerd werd? Dus dat de hervormingspolitiek in bloed zou worden gedrenkt, zoals in Boedapest in 1956?[2]
belangstelling opwekken voor iets
- iets onder de aandacht brengen
belangstelling opwekken voor iets
- de aandacht op iets vestigen
belangstelling opwekken voor iets
1. opmonteren, animeren
2. doen ontstaan
- Het woord opwekken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "opwekken" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %