opdooi

Nederlands

opdooi waarschuwing

Uitspraak

• Geluid:  opdooi    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈɔbdoj / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• op·dooi

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  op bw  en  dooi zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	opdooi
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de opdooi m

1. (wegenbouw) situatie waarbij na intreden van de dooi de grond gaat verweken, doordat het dooiwater niet weg kan zakken door de ondoorlatende bevroren grond eronder

   ▸ Atletiekclub ASV heeft de jaarlijkse Nieuwjaarsloop van zondag 2 januari afgelast. ASV'ers hebben het parcours woensdag 29 december uitgeprobeerd en kwamen tot de conclusie dat door opdooi en opnieuw opvriezen van sneeuw en ijs het parcours onbeloopbaar is.

   ▸ Stoeptegels omhoog door opdooi: Stoeptegels in Hengelo komen op meerdere plekken omhoog. De gemeente krijgt veel meldingen van Hengeloërs, maar kan weinig doen. Een kwestie van wachten tot de vorst uit de grond is, zegt een woordvoerster.

Vertalingen

    1.situatie waarbij na intreden van de dooi de grond gaat verweken, doordat het dooiwater niet weg kan zakken door de ondoorlatende bevroren grond eronder   

Engels: frost heave (en),

Gangbaarheid

• Het woord 'opdooi' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "opdooi" herkend door:

42 %	van de Nederlanders;
27 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.