Naar inhoud springen

natrekken

Uit WikiWoordenboek
  • na·trek·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
natrekken
trok na
nagetrokken
klasse 3 volledig

natrekken

  1. overgankelijk onderzoeken of iets werkelijk klopt
    • Zij hadden dat nagetrokken en gevonden dat hij inderdaad een goed alibi had. 
  2. overgankelijk overtrekken
    • Een tekening natrekken. 
98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be