Naar inhoud springen

mean

Uit WikiWoordenboek
vervoeging
onbepaalde wijs to  mean 
he/she/it  means 
verleden tijd  meant 
voltooid
deelwoord
 meant 
onvoltooid
deelwoord
 meaning 
gebiedende wijs  mean 

mean

  1. overgankelijk bedoelen, doelen op
    «What do you mean
    Wat bedoel je/Wat bedoelt u?
  2. overgankelijk aanduiden [2], betekenen
    «What does that word mean
    Wat betekent dat woord?
stellend vergrotend overtreffend
mean meaner meanest

mean

  1. gemeen, kwaadaardig, vals [3]
enkelvoud meervoud
mean means

mean

  1. (wiskunde) gemiddelde
  2. middelmaat
vervoeging
onbepaalde wijs to  mean 
he/she/it  means 
verleden tijd  meaned 
voltooid
deelwoord
 meaned 
onvoltooid
deelwoord
 meaning 
gebiedende wijs  mean 

mean

  1. overgankelijk, (wiskunde) het gemiddelde berekenen

mean

  1. (wiskunde) gemiddeld


  1. mean (v.1), Online Etymology Dictionary
  2. mean (adj.1), Online Etymology Dictionary
  3. mean, Online Etymology Dictionary


vervoeging van
mear

mean

  1. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van mear