maanbloem

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  maanbloem    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• maan·bloem

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  maan  en  bloem zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	maanbloem	maanbloemen
verkleinwoord	maanbloemetje maanbloempje	maanbloemetjes maanbloempjes

Zelfstandig naamwoord

de maanbloem v

1. (bloemplanten) Ipomoea alba  een plant uit de windefamilie (Convolvulaceae ). Het is een krachtige, overblijvende klimplant met tot 5 m lange stengels. De stengels zijn vaak voorzien van kleine, knolachtige uitwassen. De bladeren zijn rond tot hartvormig met een spitse punt. De maanbloem bloeit in de zomer. De bloemen zijn schotelvormig, wit aan de binnenkant, aan de buitenkant groenig en 7,5-14 cm breed. De kroonbuis is 7-15 cm lang

Hyperoniemen

• dagbloem, windefamilie, zaadplanten, asteriden, bedektzadigen, landplanten, planten

Gangbaarheid

• Het woord 'maanbloem' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• [1] maanbloem op Wikidata