kerktoonladder

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  kerktoonladder    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• kerk·toon·lad·der

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  kerk  en  toonladder 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	kerktoonladder	kerktoonladders
verkleinwoord	kerktoonladdertje	kerktoonladdertjes

Zelfstandig naamwoord

de kerktoonladder v / m

1. (muziek) elk van de toonladders die in de middeleeuwen gebruikelijk waren

   • De vier authentieke kerktoonladders hadden re, mi, fa of sol als tonica. 

2. (muziek) elk van de toonladders waarvan men in de 19e eeuw beweerde dat zij in de middeleeuwen gebruikelijk waren

   • De kerktoonladders uit de negentiende eeuw hebben c, d, e, f, g, a of b als grondtoon. 

Hyponiemen

• [1]: dorisch, hypodorisch, frygisch, hypofrygisch, lydisch, hypolydisch, mixolydisch, hypomixolydisch
• [2]: ionisch, dorisch, frygisch, lydisch, mixolydisch, eolisch, locrisch

Hyperoniemen

• toonladder

Vertalingen

    1.   

Spaans: modo medieval (es) m

Gangbaarheid

• Het woord 'kerktoonladder' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.