hide
Uiterlijk
- Van Angelsaksisch hyd, Proto-Germaans *hudiz, PIE *kéw(H)tis. Uiteindelijk zou dit dan dezelfde wortel zijn als van het gelijkluidende werkwoord (zie onder).
|
|
|
enkelvoud | meervoud |
---|---|
hide | hides |
hide
- dierenhuid
- (verouderd) huid v. mensen
- Van Angelsaksisch hydan. Verder te herleiden tot West-Germaans *hudjan, PIE *(s)keudh-/(s)kewdʰ- .[1]
|
|
|
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to hides |
he/she/it | hid |
verleden tijd | hidden |
voltooid deelwoord |
hiding |
onvoltooid deelwoord |
hidesing |
gebiedende wijs | hides |
hide
- overgankelijk verbergen, verstoppen
- onovergankelijk zich verborgen houden, zich verschuilen