graaierslijst
Uiterlijk
- graai·ers·lijst
- samenstelling van graaier en lijst met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | graaierslijst | graaierslijsten |
verkleinwoord | graaierslijstje | graaierslijstjes |
- (financieel) Lijst van de grootste graaiers die in verschillende tijdschriften wordt bijgehouden
- Vorige week stuurde minister Plasterk de graaierslijst van 2011 naar de Kamer. Maar liefst 2651 (semi)ambtenaren verdienden meer dan de Balkenende-norm van 193.000 euro. Crimesite zet de grootverdieners bij de politie nog even in het zonnetje. Nummer één was goed voor: 329.473 euro. [1]
- Het woord graaierslijst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.