elmsvuur
Uiterlijk
- elms·vuur
- In de betekenis van ‘lichtjes door elektriciteit’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1778 [1]
- samenstelling van elms "Helena" en vuur zn [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | elmsvuur | elmsvuren |
verkleinwoord | - | - |
het elmsvuur o
- (natuurkunde) zwakke lichtpluimen van elektrostatische ontladingen, bij onweerachtige atmosfeer waargenomen aan de toppen van masten en andere puntige voorwerpen
- Het woord elmsvuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "elmsvuur" herkend door:
44 % | van de Nederlanders; |
58 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "elmsvuur" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ elmsvuur op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be