daggeld
Uiterlijk
- dag·geld
- samenstelling van dag en geld
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | daggeld | daggelden |
verkleinwoord |
het daggeld o
- (economie) geld dat binnen een dag verdiend wordt
- (financieel) zeer kortlopende geldelijke lening die bovendien op elk moment opvraagbaar is
2. zeer kortlopende lening die bovendien op elk moment opeisbaar is
- Het woord daggeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "daggeld" herkend door:
87 % | van de Nederlanders; |
75 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Economie in het Nederlands
- Financieel in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 87 %
- Prevalentie Vlaanderen 75 %