coupe
Uiterlijk
- cou·pe
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘snit’ voor het eerst aangetroffen in 1895 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | coupe | coupes |
verkleinwoord | coupeje | coupejes |
- breed glas voor ijs en vruchten
- haarvorm ontstaan door knippen
- Zij liet haar haar in een korte coupe knippen.
- ▸ 'In plaats van een voor de hand liggende opmerking in de trant van 'ik neem morgen een coupe soleil', glimlachte Jeroen geheimzinnig.[2]
- Het woord coupe staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "coupe" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "coupe" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
coupe | la coupe | coupes | les coupes |
coupe v
vervoeging van |
---|
couper |
coupe
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 93 %
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 5
- Woorden in het Frans met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Frans
- Werkwoordsvorm in het Frans