Naar inhoud springen

backpacken

Uit WikiWoordenboek
  • back·pac·ken
  • Leenwoord uit het Engels.
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
backpacken
backpackte
gebackpackt
zwak -t volledig

backpacken

  1. inergatief met een rugzak en te voet door een vreemde omgeving reizen, meestal zonder specifieke bestemming
    • Als je gaat backpacken moet je alleen meenemen wat strikt noodzakelijk is. 
96 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be