Naar inhoud springen

babyboom

Uit WikiWoordenboek
  • ba·by·boom
enkelvoud meervoud
naamwoord babyboom babybooms
verkleinwoord babyboompje babyboompjes

de babyboomm

  1. (demografie) een periode waarin ongewoon veel kinderen geboren worden
  2. (specifiek) de opleving van het geboortecijfer gedurende de eerste jaren na de Tweede Wereldoorlog in West-Europa en de Verenigde Staten
96 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be