Italka

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /ɪtalka/

Woordafbreking

• Ital·ka

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van het zelfstandig naamwoord Ital met het achtervoegsel -ka

Zelfstandig naamwoord

Italka v

1. (demoniem) Italiaanse; een vrouw met de Italiaanse nationaliteit
2. (demoniem) Italiaanse; een vrouw behorend tot het Italiaanse volk

   «Chtěl bych se zeptat jestli někdo žije s Italkou.»

   Ik zou willen vragen of iemand met een Italiaanse samenleeft.

Verbuiging

	enkelvoud	meervoud
nominatief	Italka	Italky
genitief	Italky	Italek
datief	Italce	Italkám
accusatief	Italku	Italky
vocatief	Italko	Italky
locatief	Italce	Italkách
instrumentalis	Italkou	Italkami

Synoniemen

• (verouderd) Italiánka v
• (verouderd) Vlaška v

Hyperoniemen

• Evropanka v

Afgeleide begrippen

• Italčin

Verwante begrippen

Italián m bezield italiánsky (bw.) italiánský Itálie v Italská republika

italskost v italsky (bw.) italský italština v po italsku

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)