principeakkoord
Uiterlijk
- prin·ci·pe·ak·koord
- samenstelling van principe zn en akkoord zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | principeakkoord | principeakkoorden |
verkleinwoord |
het principeakkoord o
- een overeenstemming die nog moet worden bekrachtigd
- ▸ De vakbonden FNV, FBZ, LAD en CNV leggen het principeakkoord volgende week voor aan hun leden.[1]
- ▸ In december tekenden de betrokken partijen al een principeakkoord over een terugkeer van de Formule 1 naar Nederland in 2020. Het was aan Zandvoort om aan de gestelde voorwaarden te voldoen en daar lijkt de directie in geslaagd te zijn. "Die principe-overeenkomst zegt genoeg over wat er gaat gebeuren", vindt Lammers.[2]
- Het woord principeakkoord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“Akkoord over cao universitaire ziekenhuizen, derde staking mogelijk van de baan” (Vrijdag 12 november 2021, 03:08), NOS
- ↑ Weblink bron NOS Sport“Lammers over F1 in Nederland: 'Champagne kan koud, kurk nog laten zitten'” (Zondag 12 mei 2019, 19:47), NOS