Naar inhoud springen

erna

Uit WikiWoordenboek
Versie door Snorrebot (overleg | bijdragen) op 8 mei 2020 om 20:02 (→‎top: Leesonderzoek; refs)
  • er·na
  vnw. bijw.
  voorzetselbijwoord     na  
 persoonlijk     erna  
aanwijz.   nabij     hierna  
  veraf     daarna  
  vragend/betrekk.     waarna  

(scheidbaar)
erna

  1. vervangt persoonlijk vnw.: na+het na+ze:
    • Ik heb de hele nacht door gewerkt, maar de dag erna was ik zo moe dat ik toen weinig meer heb kunnen doen. 
  2. later dan een eerder genoemd moment
97 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be