Naar inhoud springen

AFC Ajax: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Luckas-bot (overleg | bijdragen)
Access (overleg | bijdragen)
Zie OP
Regel 3: Regel 3:
| afbeeldingnaam = ArenaAmsterdam.jpg
| afbeeldingnaam = ArenaAmsterdam.jpg
| volledigenaam = Amsterdamsche Football Club Ajax
| volledigenaam = Amsterdamsche Football Club Ajax
| Bijnaam = ''Godenzonen''<br />''Amsterdammers''
| Bijnaam = ''Joden''<br />''Godenzonen''<br />''Amsterdammers''
| Opgericht = [[18 maart]] [[1900]]
| Opgericht = [[18 maart]] [[1900]]
| Stadion = [[Amsterdam ArenA]]<br />[[Amsterdam]], [[Nederland]]
| Stadion = [[Amsterdam ArenA]]<br />[[Amsterdam]], [[Nederland]]

Versie van 5 apr 2011 11:00

AFC Ajax
AFC Ajax
Naam Amsterdamsche Football Club Ajax
Voorzitter Vacant
Eigenaar AFC Ajax NV
(Hoofd)sponsor AEGON
Website Officiële website
Thuis
Uit
Geldig voor 2010/2011
Portaal  Portaalicoon   Voetbal

Amsterdamsche Football Club Ajax, kortweg AFC Ajax of gewoon Ajax, is een Nederlandse profvoetbalclub uit Amsterdam. De club is opgericht op 18 maart 1900 en is een van de drie traditionele topclubs in Nederland. Sinds de oprichting van de Eredivisie speelt de club onafgebroken in deze hoogste divisie. Ajax is over de hele geschiedenis gerekend de voetbalclub met de meeste gewonnen prijzen. Op de UEFA ranglijst van de beste clubs in Europa staat Ajax anno 2010 als tweede Nederlandse club op de 30ste plaats.[1] De club heeft een beursnotering, zie daarvoor het artikel over AFC Ajax NV. Sinds 1996 speelt de club haar thuiswedstrijden in de Amsterdam ArenA.

Geschiedenis

Zie Geschiedenis van AFC Ajax voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Begin (tot en met 1902)

Een aantal vrienden richtte in 1894 een voetbalclub op. Ze noemden de club aanvankelijk "Union", maar doopten hem nog datzelfde jaar om naar "Footh-Ball Club Ajax" (inclusief de spelfout), naar de Griekse held. In deze periode werden in heel Nederland en vooral in Amsterdam veel voetbalclubs opgericht. De Amsterdamse voetbalbond stelde om chaos te vermijden strikte regels op, de club kon hier niet aan voldoen en in 1896 ging de club praktisch ter ziele. Vier jaar later besloot Floris Stempel wederom een poging te wagen en op 18 maart 1900 werd Ajax opgericht in café "Oost-Indie" in het begin van de Kalverstraat bij de Dam, op de plek waar anno 2009 muziekzaak Fame is gevestigd. Floris Stempel werd de eerste voorzitter van de club, waarvan de naam ditmaal wél goed gespeld werd.[2] Om verwarring met een gelijknamige voetbalclub uit Leiden (die inmiddels bekend is als Ajax Sportman Combinatie) te vermijden werd later "Amsterdamsche" nog voor de naam gezet. In 1902 werd Ajax toegelaten in de derde klasse, waarna het direct promoveerde.

Eerste kampioenschappen (1918-1919)

Onder leiding van de Ierse trainer John Kirwan promoveerde Ajax in 1911 uiteindelijk naar de hoogste divisie. Daardoor zag de club zich wel genoodzaakt haar tenue te wijzigen, omdat het twaalf jaar oudere Sparta Rotterdam in dezelfde outfit speelde. De club degradeerde echter drie jaar later alweer. Er werd een nieuwe trainer aangetrokken, Jack Reynolds, die met een nieuw elftal meer succes had. In 1918 werd Ajax voor het eerst in zijn bestaan landskampioen en het wist de titel een jaar later te prolongeren.

Weinig kampioenschappen (1919-1956)

Het elftal dat in 1937 landskampioen werd.

Vanaf medio 1919 tot en met medio 1956 behaalde Ajax in 37 jaar slechts 6 landskampioenschappen. Tussen medio 1919 en medio 1930 behaalde Ajax geen landskampioenschappen. Pas in 1931, 12 jaar na 1919, werd eindelijk weer een nieuw succes behaald. Ajax was niet de enige grote club in de hoofdstad. Andere clubs zoals Blauw-Wit en DWS speelden op vergelijkbaar niveau. In de jaren dertig werd Ajax maar liefst 5 maal kampioen van Nederland (1931, 1932, 1934, 1937, 1939). Daarna volgden er tot medio 1956 (17 jaar lang) zeer magere jaren, er werd slechts 1 maal een kampioenschap behaald, namelijk in 1947. Toch speelden er in deze tijd wel een aantal grootheden bij Ajax, bijvoorbeeld verdediger Cor van der Hart (1947-1950) en aanvaller Rinus Michels (1946-1958). Rond 1950 vond een ware uittocht van vele talentvolle spelers plaats, alleen Michels bleef achter.

Debuut Swart, Groot, Groot, Keizer (1956-1961)

In 1956 debuteerde mister Ajax, Sjaak Swart, op 17-jarige leeftijd. In februari 1961 trok Piet Keizer voor het eerst het shirt van het eerste elftal van Ajax aan, eveneens 17 jaren jong. Tussendoor werden in 1959 topscorer Henk Groot (1959-1963 en 1965-1969 bij Ajax) en zijn ook veelscorende broer Cees Groot aangekocht. In 1956/57 werd Ajax landskampioen, zij het met een uiterst mager doelsaldo (+24). In 1959/60 werd Ajax landskampioen met een hoog doelsaldo, in een nek-aan-nek race met Feyenoord (gelijk puntental; beslissingsduel: Ajax-Feyenoord 5-1). In 1960/61 werd Feyenoord landskampioen en eindigde Ajax 2e in de competitie. In 1960/61 won Ajax het KNVB-beker-toernooi, met zeer hoge doelcijfers (+25).

Glansloze periode (1961-1965)

In de seizoenen 1960/61 tot en met 1964/65 werd het landskampioenschap door Feyenoord (drie keer), PSV en DWS binnengehaald. Scoorde Ajax in 1959/60 en 1960/61 nog 109 respectievelijk 102 maal in de competitie, de vier hiernavolgende seizoenen had Ajax duidelijk de neerwaartse lijn te pakken. Werd Ajax in 1960/61 en 1962/63 nog tweede, in 1961/62 en 1963/64 eindigde de club nog slechts als vierde respectievelijk vijfde. Maar het seizoen 1964/65 was een dieptepunt sedert de invoering van de eredivisie in 1956. Ajax moest vechten tegen degradatie en eindigde uiteindelijk als dertiende van de zestien clubs. Dit had evenwel nog erger geweest kunnen zijn, als niet drie personen in 1964-1965 redding hadden gebracht, en de gouden periode 1965-1973 zouden hebben ingeleid en begeleid: voorzitter Jaap van Praag (1964-1978), 17-jarige speler uit eigen jeugd Johan Cruijff en de 36-jarige, toen nog onervaren trainer Rinus Michels.

Platina tijd (1965-1973)

Ajax beleefde een platina periode tussen juli 1965 en juni 1973, toen de club 3 maal op rij de Europacup I wist te winnen (1970/71, 1971/72, 1972/73), 1 maal de Wereldbeker (1972) en 6 maal het landskampioenschap. Onder leiding van sterren als de aanvallers Johan Cruijff, Piet Keizer, Sjaak Swart en Dick van Dijk, verdediger Ruud Krol en de coaches Rinus Michels en Stefan Kovács werd Ajax een wereldwijd bekende voetbalclub. Rinus Michels en Johan Cruijff introduceerden in de periode 1965-1971 het totaalvoetbal, een revolutie in het voetbal met opkomende verdedigers en meeverdedigende aanvallers. In de 8 seizoenen 1965/66 tot en met 1972/73 haalde Ajax zeer hoge doelsaldi in de competitie (beste seizoen: 1966/67).

Magere jaren (1974-1977)

Na de 2e competitiewedstrijd van 1973-1974, vertrok Cruijff naar Barcelona en 4 magere kalenderjaren 1974 tot en met 1977 braken aan. De winst van de UEFA Super Cup (16-1-1974) tegen AC Milan (1-0 uit-nederlaag, 6-0 thuiszege) was het allerlaatste hoogtepunt, de definitieve afsluiting van de Platina Tijd. De overgebleven selectie verouderde. Middelmatige spelers streken salarissen op waarvan menig minister watertandde. Nieuwe spelers sinds december 1973 als Varga, Steffenhagen, Dusbaba en later Wickel en Gluic, alsmede overgebleven routiniers als Suurbier, Hulshoff en Gerrie Muhren, konden Ajax niet op het extreem hoge niveau van de periode met Cruijff (juli 1965-augustus 1973) handhaven. Ajax werd 3 keer op rij 3e in de competitie (1973/74, 1974/75, 1975/76) en Europees verzwakte de club tot een magere middenmoter, al waren er wel enkele zeer goede spelers als aanvaller Willy Brokamp, centrumspits Ruud Geels en rechterspits Tscheu La Ling. Ook het landskampioenschap in het seizoen 1976/77 was weinig spectaculair. Ajax speelde zeer defensief voetbal, met vaak alleen 1 aanvaller: Ruud Geels (4-5-1 systeem, soms zelfs 5-4-1 systeem).

Trainer Hans Kraay sr. kocht middenvelder Rene Notten en Tscheu La Ling (1975), trainer Rinus Michels haalde de Denen Frank Arnesen (rechter- en centrale middenvelder) en Soren Lerby (linkermiddenvelder, soms ook linksback), gevolgd door centrale (en rechter-)middenvelder Dick Schoenaker (1976). Zomer 1977 werd verdediger Jan Everse voor 3 jaar gecontracteerd. Mede deze 6 aankopen zouden een herstel inluiden in de seizoenen 1977/78, 1978/79 en 1979/80.

Gedeeltelijk herstel (1977-1980)

Trainer Tomislav Ivić liet jeugdspeler, balvirtuoos en zwervende linkerspits Simon Tahamata debuteren, die soms ook op de linkermiddenveld- en de rechterspitspositie te vinden was. Juli 1977 trachtte Ivić naar aanvallend spel om te schakelen, maar na een 2-4 thuisnederlaag in een oefenduel tegen Borussia Dortmund op 1 augustus kwam hij hier tijdelijk op terug. Pas in het laatste half jaar van de 2 jaar met Ivić als trainer kwam na ruim 4 jaar weer iets van de oude schittering tevoorschijn toen Ivić tijdens kerst 1977 definitief van verdedigend naar aanvallend spel omschakelde - al werd Ajax nooit meer zo succesvol als in hun Platina Tijd. Ajax werd 2 keer kampioen tussen juli 1977 en juni 1980. In 1978 maakte centrumspits Ray Clarke de overstap naar Ajax samen met zijn Sparta-trainer Cor Brom. Ray Clarke volgde de naar Anderlecht vertrokken Ruud Geels op. In 1979 werden opkomende linksback Peter Boeve en aanvallende linkermiddenvelder / aanvaller Martin van Geel gekocht. In seizoen 1979/80 was de clubtopscorer een middenvelder: Dick Schoenaker met slechts 13 goals; een echte goede vaste centrumspits ontbrak. Toch kwam het sprankelende Ajax, hoofdzakelijk door het veel scorende middenveld Arnesen-Schoenaker-Lerby en de scorende vleugelspitsen (Tscheu La Ling en Simon Tahamata) nog tot 77 goals in de competitie (al was dat, zoals te verwachten viel, wel een achteruitgang ten opzichte van seizoen 1978/79 toen 93 competitiegoals werden gescoord). In de Europa Cup I werd in 1977/78 een kwartfinale en in 1979/80 een halve finale behaald.

Veel competitiesucces (1981-1986)

De financiën van de club werden door het nieuwe bestuur (1978-1988) onder leiding van Ton Harmsen en Arie van Eijden op orde gebracht. Dure vedettes (onder andere Ruud Krol (1980), Simon Tahamata (1980), Frank Arnesen (1981), Tscheu La Ling (1982), Piet Schrijvers (1983), Soren Lerby (1983)) werden verkocht - soms tot ongenoegen en verontwaardiging van de supporters (Tahamata en Ling) - en het huishoudboekje werd tot aanvaardbare proporties teruggebracht, in de begin 1980'-er jaren.

Na het vertrek van Tahamata en routinier/aanvoerder Krol in de zomer van 1980 begon Ajax met achtereenvolgens de trainers Leo Beenhakker, Aad de Mos, Kurt Linder en opnieuw Aad de Mos aan het bouwen van een nog jonger team (21-23 jaar gemiddeld) met veel spelers uit de eigen jeugdopleiding zoals centrumspitsen Wim Kieft, Marco van Basten en John Bosman, rechterspits John van 't Schip, middenvelders Frank Rijkaard en Gerald Vanenburg, verdediger Sonny Silooy, en doelman Stanley Menzo. Ook werden enkele jonge spelers van elders aangetrokken zoals achtereenvolgens doelman Hans Galjé, opkomende rechtsback Keje Molenaar ('Kees' Molenaar), verdediger Edo Ophof ('Eddie' Ophof), linkerspits Jesper Olsen, libero/middenvelder Jan Molby, libero/middenvelder Ronald Koeman en linkerspits Rob de Wit. Leo Beenhakker en zijn opvolger interim-trainer Aad de Mos legden bij Ajax tussen mei 1980 en mei 1981 dan ook al gedeeltelijk de basis voor de successen van het Nederlands Elftal tussen half 1986 en half 1988, door het laten debuteren van achtereenvolgens Wim Kieft, Frank Rijkaard, Gerald Vanenburg en Sonny Silooy, zoals bondscoach Kees Rijvers dit ook definitief deed in het Nederlands Elftal vanaf februari 1982.

Toch werd het sprankelende Ajax behalve door Johan Cruijff ook door enkele andere routiniers geruggensteund: centrale middenvelder Dick Schoenaker, libero Wim Jansen, aanvallende linkermiddenvelder Felix Gasselich en voorstopper en libero Ronald Spelbos.

Na een zeer moeilijke 1e seizoenshelft in 1980/81 haalde Ajax mede dankzij de teruggekeerde Johan Cruijff en interim-trainer Aad de Mos een acceptabel einddoelsaldo in de competitie in 1980/81 en hoge doelsaldi in de 6 seizoenen 1981/82 tot en met 1986/87 (beste seizoenen: 1.1985/86; 2. 1981/82). In het seizoen 1981/82 behaalde Ajax het landskampioenschap zeer overtuigend met een doelsaldo van +75 (117-42), +32 beter dan nummer 2 PSV (+43), en +41 beter dan nummer 3 AZ (+34).

In de diverse Europa Cup-toernooien ging het echter, net zoals met het Nederlands elftal, zeer slecht: in de 6 seizoenen 1980/81 tot en met 1985/86 werd Ajax 4 keer in de 1e ronde uitgeschakeld en 2 maal in de 2de ronde, met als enig hoogtepunt een 14-0 zege tegen Red Boys Differdange in het returnduel van de 1e ronde van het UEFA Cup-toernooi in het seizoen 1984/85. Ondanks het vertrek van sterspelers Vanenburg en Ronald Koeman naar rivaal PSV en het wegvallen van Rob de Wit door een hersenbloeding (in de zomer van 1986) won Ajax onder leiding van coach Cruijff en vedette Van Basten uiteindelijk na 14 jaar toch een Europa Cup (de Europa Cup II voor bekerwinnaars) in het seizoen 1986/87.

Problemen (1987-1991)

Het vertrek van sterspeler Van Basten naar AC Milan in de zomer 1987 verzwakte Ajax sportief echter teveel. PSV, met de ex-Ajacieden Arnesen, Lerby, Kieft, Vanenburg en Ronald Koeman in de gelederen, nam vanaf het seizoen 1987/88 definitief de macht over. Aan het eind van de jaren tachtig beleefde Ajax een roerige periode. Supportersrellen bij een UEFA Cup-duel tegen Austria Wien in de 1e ronde van het seizoen 1989/90 en een zwartgeldaffaire in het seizoen 1988/89, waarbij 9 ex-spelers uit de periode 1979-1988 betrokken zouden zijn geweest, leidden bijna tot de ondergang van de club. Het 1-1 gelijke spel thuis tegen Austria Wien werd omgezet in een reglementaire 0-3 thuisnederlaag, vanwege het Staafincident, zodat Ajax voor het restant van het seizoen 1989/90 uitgesloten werd voor Europees voetbal en in het seizoen 1990/91 mocht Ajax niet deelnemen aan het Europa Cup-toernooi voor landskampioenen. In het seizoen 1991/92 moest Ajax als gevolg van het Staafincident de eerste drie thuiswedstrijden in het UEFA Cup-toernooi op minimaal 150 kilometer van Amsterdam spelen. Omdat meerdere opties in eigen land onmogelijk bleken was Ajax genoodzaakt uit te wijken naar Duitsland, naar het Rheinstadion van Düsseldorf.

Herrijzenis (1991-1996)

Onder leiding van een in januari 1989 aangetreden bestuur (onder andere voorzitter Michael van Praag en Arie van Os) en technische leiding sinds september 1991 onder coach Louis van Gaal en zijn assistent Gerard van der Lem, herrees Ajax met jonge spelers als rechterspits Dennis Bergkamp, linkermiddenvelder Edgar Davids, middenvelder Clarence Seedorf, aanvaller Patrick Kluivert, doelman Edwin van der Sar, en routinier Danny Blind (1986-1999) naar zijn voormalige glorie met drie kampioenschappen op rij (1993/94, 1994/95, 1995/96), winst van het UEFA Cup-toernooi (1991/92) en met als hoogtepunt het winnen van de UEFA Champions League in 1994/95 en de Wereldbeker voor clubteams in 1995.

In het seizoen 1995/96 reikte Ajax tot de finale van de Champions League, maar verloor deze van Juventus na het nemen van penalty’s. Het was een nederlaag met een staartje, toen later verhalen over dopinggebruik van de Turijnse ploeg naar buiten kwamen. In 2004 leek er even sprake van dat Ajax alsnog de titel mocht bijschrijven, maar uiteindelijk besloot de UEFA niets te veranderen.[3]

Nog datzelfde seizoen 1995-1996 werd het Bosmanarrest van kracht en vele belangrijke spelers vertrokken naar vermogende internationale topclubs.

Zwakke periode (1996-2009)

Het seizoen 1996/97 was erg moeilijk met een 4e plaats in de eindrangschikking, 16 punten achter kampioen PSV. 1997/98 Werd daarentegen een topseizoen in de competitie onder leiding van de Deense trainer Morten Olsen. Het landskampioenschap werd behaald met 17 punten voorsprong op nummer 2 PSV en een recorddoelsaldo van +90. Ook werd de beker gewonnen in dat seizoen. De 11 seizoenen daarna liep het over het algemeen moeizaam, met als dieptepunten de 6e plaats in de competitie in 1998/99 en het ontslag van trainer Jan Wouters enkele dagen na het 100-jarig bestaan van Ajax, half maart 2000; interim-trainer Hans Westerhof maakte het seizoen 1999/00 af en presteerde nog iets zwakker. In de periode 1999/00-2007/08 werd de competitie vrijwel volledig door PSV gedomineerd, met zeven landskampioenschappen in negen jaar. Ajax stelde daar 2 landskampioenschappen in de 11 seizoenen 1998/99-2008/09 tegenover. Tijdens het laatste landskampioenschap van Ajax, in het seizoen 2003/04, werd Ajax bovendien op doelsaldo ruim afgetroefd door nummer 2 PSV. Enkele jeugdspelers, die tussen 2000 en 2005 bij Ajax debuteerden, zijn: Rafael van der Vaart, Nigel de Jong, Wesley Sneijder, Ryan Babel, Hedwiges Maduro en Maarten Stekelenburg. Enkele aankopen van jonge spelers uit de periode 2001-2007, zijn: Maxwell Cabelino Andrade, Zlatan Ibrahimović, Zdenek Grygera, Nicolae Mitea, Edgar Manucharyan en Luis Suarez. In het seizoen 2009/10 wist Ajax na een zwakke eerste seizoenshelft onder leiding van Martin Jol op indrukwekkende wijze de tweede plaats in de competitie veilig te stellen met 85 punten en een extreem hoog doelsaldo van +86 (106-20). De laatste veertien wedstrijden van het seizoen werden allen gewonnen. Een eveneens uitstekend presterend FC Twente wist echter het kampioenschap te winnen door met één punt meer dan Ajax de competitie af te sluiten. De tweede plaats betekende dat Ajax geplaatst was voor de derde voorronde van de UEFA Champions League. Zowel PAOK Saloniki als Dinamo Kiev werden hierin verslagen. Hiermee mocht Ajax sinds vijf jaar weer aantreden op het hoofdtoernooi van de Champions League. Onder Jol speelde Ajax thuis gelijk tegen AC Milan, won van AJ Auxerre, maar verloor zowel thuis als uit kansloos van Real Madrid. Ook uit bij AJ Auxerre werd verloren. In de competitie presteerde Ajax matig door onder anderen in de eigen ArenA te verliezen van ADO Den Haag en gelijk te spelen tegen Excelsior. Op 6 december 2010 maakte Jol bekend te vertrekken bij Ajax wegens teleurstellende resultaten.[4]

Fluwelen Revolutie (2010-heden)

Aan het begin van het seizoen 2010/11 bleek al snel dat Ajax de vorm van het voorgaande seizoen niet meer kon vasthouden. Clubicoon Johan Cruijff begon vanaf 20 september met zijn columns in de Telegraaf stevige kritiek te uiten op het spel en het bestuur van de Amsterdammers. Met de slechte resultaten groeide de kritiek ook onder de supporters. Cruijff kreeg van hen steeds meer steun. In zijn column van 15 november riep hij op tot actie onder de Ajacieden. Doel was om tijdens de algemene ledenvergadering van 14 december de acht vrijkomende plaatsen in de ledenraad te laten invullen door oud-voetballers. Tot groot ongenoegen van Cruijff bestond deze namelijk uit geen enkele oud-voetballer. Oud-Ajacieden gaven massaal gehoor aan de oproep. Onder aanvoering van Keje Molenaar stelden Molenaar zelf, Barry Hulshoff, Aron Winter, Dick Schoenaker, Peter Boeve, Dirk de Groot, Edo Ophof, Co Meijer en oud-jeugdtrainer Dirk Groot zich kandidaat.[5][6] De actie van Cruijff werd in de media al snel bekend als de Fluwelen Revolutie. Reeds voor de ledenvergadering vertrok Martin Jol als hoofdtrainer bij Ajax. Hij werd opgevolgd door jeugdtrainer en ex-international Frank de Boer. De Boer stond bekend als aanhanger van de visie van Cruijff en begon voortvarend door zijn eerste wedstrijd als hoofdtrainer, uit tegen AC Milan, op indrukwekkende wijze met 0-2 te winnen. In de winterstop tekende de Boer een 3,5 jarig contract tot de zomer van 2014.[7] Na de algemene ledenvergadering van 14 december werd bekend dat zeven van de acht ex-voetballers die zich beschikbaar hadden gesteld voor de ledenraad waren gekozen tot nieuwe leden. Voor Cruijff een grote overwinning.[8] Edo Ophof trok zich op het laatste moment terug als kandidaat, omdat hij werkzaam was voor een bedrijf dat aandelen had in NEC Nijmegen.[9] Volgens de KNVB is het belichamen van officiële rollen bij meerdere clubs verboden.

Stadions

Bestand:Amsterdam ArenA.JPG
De Amsterdam ArenA

Ajax heeft in de loop der jaren op vele locaties gespeeld. Het begon allemaal op een veldje in de toenmalige gemeente Nieuwer-Amstel, nog voordat de club officieel werd opgericht (in 1893). Voor vijftien gulden per half jaar werd er een weiland gehuurd. In 1896 werd het veldje bij de gemeente Amsterdam gevoegd.[10] In 1900 verhuisde de club naar Amsterdam-Noord, waar tot 1907 tussen de weilanden werd gespeeld.[10] In 1907 nam Ajax intrek in het eerste voetbalstadion van Amsterdam, in de volksmond "Het Houten Stadion" genoemd. Het stadion lag dichter bij het centrum dan de vorige locaties, maar er ontbraken nog steeds tribunes (die er pas in 1911 kwamen), kleedkamers en stromend water. Het stadion bleek toch te klein te zijn: na vier opeenvolgende landstitels in de jaren 30 werd er verhuisd naar Stadion De Meer.[10] Dit stadion zou het meest legendarische stadion uit dit rijtje worden: er speelde voetballers als Johan Cruijff, Sjaak Swart en Marco van Basten. De gemeente Amsterdam wilde bouwen in het geannexeerde Watergraafsmeer, dus liet Ajax een stadion bouwen in Betondorp. Het stadion mocht maximaal 300.000 gulden kosten, en zelfs de spelers betaalden mee. De openingswedstrijd was op 9 december 1934 tegen Stade Français, een wedstrijd die met 5-1 werd gewonnen. Het duurde tot 1971 tot er lichtmasten werden geplaatst. In 1996, na 62 jaar, vertrok Ajax uit De Meer, onder andere door nieuwe veiligheidsregels van de UEFA had het stadion zijn langste tijd gehad.[10] In die jaren gebruikte Ajax het Olympisch Stadion als uitvalsbasis voor zijn belangrijkste duels: Stadion De Meer kon niet meer dan 29.500 personen herbergen, terwijl het Olympisch Stadion vanaf 1937 maar liefst 64.000 plaatsen kende. Met de bouw van de Amsterdam ArenA werd het Olympisch Stadion in 1996 gedag gezegd.[10] In dit stadion werd op 14 augustus 1996 geopend met een vriendschappelijk duel tegen AC Milan, er werd met 0-3 verloren. Tot op heden speelt Ajax zijn wedstrijden in de Amsterdam ArenA.[10]

Financiën

Ajax NV

Zie AFC Ajax NV voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Ajax is de enige Nederlandse voetbalclub met een beursnotering. De emissie op de Amsterdamse effecten beurs vond plaats op 11 mei 1998. Met een introductiekoers van 25 gulden haalde de club omgerekend 54 miljoen euro op.[11] Na een lichte opleving zakte de koers naar een dieptepunt van € 3,50. Kritiek werd gegeven dat het juridisch stramien van een naamloze vennootschap een voetbalclub niet past. Supporters maakten zich zorgen dat de sportieve belangen van de club zouden botsen met de commerciële belangen van het beursgenoteerde Ajax. Een Ajax-aandeel is anno 2008 ongeveer 5,90 euro waard.[12] In 2008 concludeerde een commissie onder leiding van erelid Uri Coronel dat de beursnotering geen waarde heeft voor de club en overwogen zou moeten worden om de beursnotering te beëindigen.[13] De haalbaarheid en wenselijkheid van het terugkopen van de aandelen wordt echter betwijfeld.[14]

Sponsors

De eerste grote shirtsponsor van de club was het Japanse elektronicaconcern TDK (vanaf seizoen 1982/1983). Daarna was de bank ABN AMRO zeventien jaar lang sponsor. De huidige hoofdsponsor van de club is sinds het seizoen 2008/09 de verzekeraar AEGON. Dit contract heeft een looptijd van zes jaar tot het einde van het seizoen 2014/2015. De huidige kledingsponsor is Adidas, dat een contract heeft tot 2019.

Periode Kledingsponsor Shirtsponsor
1981-1982 Le Coq Sportif Geen
1982-1986 TDK
1986-1989 Kappa
1989–1991 Umbro
1991–2000 ABN Amro
2000-2008 Adidas
2008-2015 AEGON
2015-2019 n.n.b.

Ajax heeft een paar keer met een alternatieve shirtsponsor gespeeld. Op 1 april 2007 droeg Ajax in de wedstrijd tegen Heracles Almelo de naam Florius op het shirt.[15] Florius is een onderdeel van ABN AMRO en was destijds net gelanceerd. De laatste compettitiewedstrijd in het seizoen 2007/2008, eveneens thuis tegen Heracles Almelo, stond Dance4Life op het tenue.[16][17] Dit was een gebaar van ABN Amro, die na dat seizoen stopte met sponsoring en de laatste wedstrijd het hele sponsorpakket aan Dance4Life doneerde. Op 24 januari 2010, bij de wedstrijd Ajax-AZ, speelden beide ploegen met Giro 555 op het shirt om aandacht te vragen voor het gironummer van de samenwerkende hulporganisaties, ten bate van de aardbeving in Haïti.[18]

Supporters

Ajax staat er om bekend enkele fanatieke supporterskernen te hebben: de bekendste groepen zijn de F-Side (opgericht in 1976) en VAK410 (opgericht in 2001). In de Arena zit de F-Side pal achter het doel aan de zuidkant van het stadion in de vakken 125 tot en met 129. De supporters van de F-Side zorgen voor sfeer in het stadion, maar ook vaak voor rellen tijdens en na wedstrijden. Als de toss het toelaat speelt Ajax altijd de tweede helft richting de F-Side. De supporters van VAK410 bevinden zich in de zuidhoek van het stadion op de bovenste ring, vak 424 en 425. Tot 2008 stonden zij aan de noordwestkant, in vak 410 (vandaar de naam). De supporters van VAK410 maken meer sfeeracties in het stadion met onder meer grote spandoeken. Zowel de F-Side als VAK410 hebben geen eigen zitplaatsen maar staan tijdens de wedstrijd.

Uit de "Football Top 20" van onderzoeksbureau SPORT+MARKT is gebleken dat Ajax in 2010 ongeveer 7,1 miljoen supporters in Europa heeft, een stuk meer dan rivalen Feyenoord en PSV (respectievelijk 1,6 en 1,3 miljoen). Deze 7,1 miljoen supporters leveren Ajax een 15e plaats op de Europese ranglijst op. Daarnaast is volgens het onderzoek 39% van de Nederlandse voetballiefhebbers Ajacied.[19] Ajax heeft niet alleen veel supporters, maar ook veel fans gaan naar Europese wedstrijden. Met gemiddeld 48.677 toeschouwers per wedstrijd stond Ajax in 2010 op de twaalfde plek in Europa, dit is bijvoorbeeld boven grote clubs zoals AC Milan, Manchester City en Chelsea FC. Kanttekening hierbij is dat niet alle clubs de capaciteit van de Amsterdam ArenA bezitten.

Joden

Bestand:3070281519 5ab83a4dbb.jpg
Ajax supporters met Israëlische vlag in de Amsterdam ArenA

Spelers en supporters van Ajax werden in het verleden al aangesproken als 'Joden'. Supporters hebben dit als geuzennaam overgenomen. De herkomst van deze naam is onderwerp van discussie omdat Ajax van oorsprong geen Joodse voetbalclub is. Voor de Tweede Wereldoorlog waren Wilhelmina Vooruit en Hortus Eendracht Doet Winnen (tegenwoordig gefuseerd onder de naam WV-HEDW) dé Joodse clubs van Amsterdam. Al voor de oorlog speelden er Joodse voetballers bij Ajax, alleen niet significant méér dan bij de andere Amsterdamse clubs. De aanhang was echter wel van meer Joodse afkomst en zo hing er in de jaren dertig van de vorig eeuw al een Joods imago rond de club. Aanhangers van bezoekende teams zagen dat er veel Joodse supporters aanwezig waren.[20] Het bestuur van Ajax en het CIDI hebben zich altijd verzet tegen het gekoketteer met het jodendom.[21]

Verder heeft Ajax verschillende bekende Joodse spelers en verenigingsmensen gehad. In het eerste elftal hebben in de loop der jaren niet meer dan een handvol spelers van Joodse komaf gespeeld. Voor de oorlog waren dat Johnny Roeg en de in Auschwitz omgekomen Eddy Hamel. In de jaren zestig speelden Bennie Muller en mister Ajax Sjaak Swart als Joodse spelers voor de club. De laatste Joodse speler bij Ajax was Daniël de Ridder. Buiten het veld waren er verzorger Salo Muller en bestuurders Jaap van Praag en Michael van Praag.[22] Anno 2009 is de Joodse Uri Coronel voorzitter van de club. Verder werden er in de beginjaren feesten georganiseerd in Joodse ontmoetingsplaatsen als het Tuschinski Theater en café de Ysbreeker.[23] Buiten Nederland hanteert ook het Londense Tottenham Hotspur de geuzennaam 'Joden'.

Volgens Amsterdammers is de bijnaam afkomstig van de vele supporters die vroeger per fiets naar de wedstrijden reden. Daarbij passeerden zij de Nieuwmarkt/Waterloopleinbuurt (de Jodenhoek) en de Transvalbuurt waar ook veel joodse mensen woonden. Men gebruikte dan vaak de uitdrukking Wij gaan naar de Joden

De geuzennaam wordt soms negatief gebruikt door supporters van rivaliserende clubs. Een enkele keer ook door tegenstanders zoals in maart 2011 na de wedstrijd tussen ADO Den Haag en Ajax. Na afloop van de door ADO gewonnen wedstrijd gingen de spelers Lex Immers en Charlton Vicento en de trainers John van den Brom en Maurice Steijn te ver mee in de enthousiasme van de supporters. Volgens verschillende bronnen was vooral Immers de aanstichter door de geuzennaam op een negatieve manier te gebruiken. Zo werd "we gaan op jodenjacht" naar voren gebracht. Alle betrokkenen hebben na afloop hun excuses aangeboden, maar werden alsnog door de eigen club en de KNVB gestraft.[24]

Supportersvereniging Ajax

Dit is officieel de grootste supportersvereniging van Europa met 85.000 leden, opgericht op 7 mei 1992. De vereniging organiseert tientallen keren per jaar grote activiteiten en evenementen binnen Nederland. Gevarieerd van de Open Dag, die jaarlijks door tienduizenden bezoekers wordt bezocht, tot regionale supportersfeesten, een website en een krant Ajaxlife die twintig keer per seizoen toegestuurd wordt.

Gemiddeld toeschouwersaantal 1988-2010

Deze grafiek laat zien hoeveel supporters de thuiswedstrijden van Ajax gemiddeld bezochten in de loop der jaren. Duidelijk zichtbaar is het verschil tussen de Amsterdam ArenA (vanaf 1996/97) en De Meer.

10467
11823
17000
22479
18994
21429
22724
23584
21992
48069
48423
41275
40873
36339
35809
47571
48996
49595
47737
48561
49125
49014
48677
88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 00 01 02 03 04 05 06 07 08 09 10

Rivaliteit

Ajaxfans eren Sjaak Wolfs in de wedstrijd tegen PSV

Als één van de drie traditionele topclubs heeft Ajax in de loop der jaren veel rivaliteit ondervonden van andere clubs in de Eredivisie.

Rivaliteit met Feyenoord

De rivaliteit tussen Ajax en Feyenoord is spreekwoordelijk; ze is bekender dan alle andere rivaliteiten tussen Nederlandse voetbalclubs. De onderlinge duels (de klassieker) behoren tot de belangrijkste wedstrijden van het jaar en zijn altijd uitverkocht. Tot het midden van de jaren zeventig waren Ajax en Feyenoord de enige Nederlandse clubs die landskampioen werden en zich internationaal konden meten. Een wedstrijd tussen beide clubs kwam in die dagen neer op een krachtmeting welke club de beste van Nederland was. Het is in de publieke beleving een botsing tussen het sierlijke en elegante voetbal van Ajax en de onverzettelijke strijdlust van Feyenoord. Daarnaast is het een botsing van de twee grootste steden van Nederland: de zelfbewuste uitstraling van de hoofdstad strijdt tegen de Rotterdamse arbeidersmentaliteit. In de praktijk valt er op de stereotypering het voetbal van beide clubs veel af te dingen.[25]

Zowel binnen als buiten het stadion hebben er in het verleden supportersrellen plaatsgevonden. Het dieptepunt is de afgesproken confrontatie geweest tussen harde kern aanhangers van de beide clubs in 1997 op een weiland nabij Beverwijk, waarbij Ajacied Carlo Picornie om het leven kwam (de Slag bij Beverwijk).

Rivaliteit met PSV

PSV is een rivaal op sportief gebied. De wedstrijden tegen PSV worden ook als "toppers" bestempeld, maar qua spanning en rivaliteit zijn deze wedstrijden lang niet zo beladen als de duels met Feyenoord. De rivaliteit met PSV bestaat al geruime tijd en komt voort uit diverse oorzaken, zoals de verschillende interpretatie van al dan niet recente nationale en internationale successen van beide clubs en de veronderstelde tegenstelling tussen de Randstad en de provincie.

Rivaliteit met andere clubs

Behalve Feyenoord en PSV heeft Ajax nog een aantal andere rivalen. Daarbij valt op dat deze tegenstanders meer bezig zijn met de strijd tegen Ajax dan andersom. Eén daarvan is FC Utrecht. Hoewel de Utrecht-supporters Ajax meer als rivaal beschouwen dan andersom zijn deze duels altijd beladen: twee fanatieke supportersgroepen staan tegenover elkaar, en wedstrijden waar aan beide kanten strijd geleverd wordt zijn eerder regel dan uitzondering. Hetzelfde geldt ook voor ADO Den Haag. De confrontaties tussen de beide supportersgroeperingen zorgen voor beladen wedstrijden. De vermeende brandstichting in het supportershome van Ajax door ADO-hooligans en de inval van Ajacieden in het clubhuis van ADO als wraakactie hebben de onderlinge spanningen verder opgevoerd. In 2006 werd besloten dat beide clubs vijf jaar lang geen uitsupporters mogen meenemen in onderlinge duels.[26]

Met FC Twente en FC Groningen heersen daarnaast enige spanningen. Opvallend is dat veel supporters van andere clubs een afkeer hebben van Ajax, en soms gezamenlijk optrekken tegen de club. Het nabij gelegen AZ (was een topclub tussen 1976 en 1982 en is sinds 2004 weer een topclub) werd gezien als kleine broertje. In het verleden waren Amsterdamse rivalen Blauw-Wit, DWS en De Volewijckers, die in 1972 opgingen in FC Amsterdam.

Verbonden aan Ajax

Bestuur/ Directie

Het bestuur van AFC Ajax bestaat uit drie man: Uri Coronel als voorzitter en de twee bestuurdsleden Joop Krant en Cor van Eijden. De directie van het bedrijf AFC Ajax NV bestaat uit drie man: Rik van den Boog als algemeen directeur, Jeroen Slop als financieel directeur en Henri van der Aat als commercieel directeur. De Raad van Commissarissen bestaat uit het bestuur, aangevuld met commissaris Frank Eijken.[10]

Ereleden

Ajax kent dertien ereleden, van mensen die zich bestuurlijk voor de club hebben ingezet tot spelers die Ajax sportief naar grotere hoogten hebben getild.[10]

Trainers

In de beginjaren van Ajax had de club louter Engelse trainers aan het roer. Na de eerste trainer John Kirwan kwam in 1915 de legendarische Jack Reynolds. Onderbroken door een kortstondig verblijf van drie jaar bij de Amsterdamse rivaal Blauw-Wit, zou hij tot het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog aan het roer staan van alle elftallen van Ajax. Naar Jack Reynolds is later in De Meer een tribune vernoemd. Toen hij in juni 1940 door de Duitse bezetter werd geïnterneerd in een krijgsgevangenkamp in Silezië kwamen de eerste Nederlandse trainers aan het hoofd te staan. Jan Distelbrink was de eerste Nederlander die het trainerschap overnam, hoewel dit slechts op interim basis was. De eerste echte Nederlandse trainers waren het duo Wim Volkers en Arie de Wit en daarna, voor een langere periode van drie jaar, Dolf van Kol. Na de oorlog keerde Jack Reynolds terug op de bank. Hij zou nog twee korte termijnen coach zijn, opgevolgd door andere Britten zoals Vic Buckingham. Het zou nog twintig jaar duren alvorens er weer een Nederlander aan het roer kwam te staan. De illustere Rinus Michels was in januari 1965 na Dolf van Kol de eerste Nederlandse coach. Als midvoor had Rinus Michels al 264 wedstrijden in het eerste gespeeld. Na de succesvolle periode onder De Generaal, die in juli 1971 na 6 jaar en 6 maanden (6,50 jaar) naar FC Barcelona vertrok, veranderde het trainersbeleid van Ajax. Het vizier verschoof van Engelse trainers naar oefenmeesters van Hollandse bodem. Slechts sporadisch is er daarna nog gebruikgemaakt van de diensten van een buitenlandse trainer (Stefan Kovács, 1971-1972 en 1972-1973; Tomislav Ivić, 1976-1977 en 1977-1978; Kurt Linder, vnl. 1981-1982; Spitz Kohn; Morten Olsen). Na het vertrek van Michels in 1971 hebben er ongeveer twintig trainers aan het roer gestaan. Gemiddeld hebben ze het minder dan twee jaar uitgehouden. Vijf coaches hebben het langer dan twee jaar volgehouden: Louis van Gaal (5 jaar en 9 maanden: 5,75 jaar), Ronald Koeman (3 jaar en 3 maanden: 3,25 jaar), Aad de Mos (2 jaar en 10 maanden: 2,85 jaar), Johan Cruijff (2 jaar en 7 maanden: 2,60 jaar) en Leo Beenhakker (2 jaar en 3 maanden: 2,25 jaar). Marco van Basten was de 46e trainer in de clubgeschiedenis. Op 6 mei 2009 stapte Van Basten op. Na een 4-0 uitnederlaag tegen Sparta en het voor de tweede keer op rij missen van de voorronde van de Champions League, zag hij geen kans meer op verbetering en vroeg ontslag aan. De laatste trainer van Ajax was Martin Jol. Jol, die op dinsdag 26 mei 2009 een contract voor 3 jaar tekende, nam op maandag 6 december 2010 ontslag omdat hij volgens zichzelf niet aan de verwachtingen kon voldoen. Met Jol vertrokken ook zijn assistenten Cock Jol en Michael Lindeman. Jols opvolger, Frank de Boer tekende op 3 januari 2011 een 3,5 jarig contract wat hem tot de zomer van 2014 verbindt aan de hoofdstedelingen.

Voorzitters

Zie Lijst van voorzitters van Ajax voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Ajax heeft sinds de oprichting van de vereniging dertien verschillende voorzitters gehad. De eerste voorzitter was de oprichter Floris Stempel. Anno 2008 is Uri Coronel voorzitter van de club. Tussen hen in hebben bekende namen zoals Jaap van Praag en later zijn zoon Michael van Praag onder andere de club geleid.

Rugnummer 14

Sinds het begin van het seizoen 2007/08 is dit rugnummer niet meer gebruikt door Ajax. Het rugnummer dat Johan Cruijff vroeger droeg is van onschatbare waarde zei John Jaakke. Ajax heeft tenslotte naam gemaakt met Johan Cruijff. Ter ere van Johan is het rugnummer bevroren. De laatste speler die met het rugnummer 14 mocht spelen was Roger García, in de voorbereiding van het seizoen 2010/11 speelde Marvin Zeegelaar een duel met het rugnummer 14. Dit bleek een fout te zijn.[27]

Lijst van spelers na Johan Cruijff met het rugnummer 14:[28]

Vanaf dit jaar kregen reservespelers tot 1997 geen vaste rugnummers meer.

Spelers

Selectie 2010/2011

# Naam Nationaliteit Positie Datum Ajax-debuut Tegenstander Ajax-debuut Einde contract
1 Maarten Stekelenburg Captain Vlag van Nederland Nederland Doelman 11-08-2002 Ajax-PSV (3-1) 2012
2 Gregory van der Wiel Vlag van Nederland Nederland Verdediger 11-03-2007 FC Twente-Ajax (1-4) 2013
3 Toby Alderweireld Vlag van België België Verdediger 18-01-2009 N.E.C.-Ajax (2-4) 2014
4 Jan Vertonghen Vlag van België België Verdediger 23-08-2006 Ajax-FC Kopenhagen (0-2) 2013
5 Vurnon Anita Vlag van Nederland Nederland Middenvelder 19-03-2006 FC Groningen-Ajax (3-2) 2012
6 Eyong Enoh Vlag van Kameroen Kameroen Middenvelder 21-09-2008 Feyenoord-Ajax (2-2) 2015
7 Miralem Sulejmani Vlag van Servië Servië Aanvaller 30-08-2008 Willem II-Ajax (2-1) 2013
8 Christian Eriksen Vlag van Denemarken Denemarken Middenvelder 17-01-2010 NAC Breda-Ajax (1-1) 2014
9 Mounir El Hamdaoui Vlag van Marokko Marokko Aanvaller 08-08-2010 FC Groningen-Ajax (2-2) 2014
10 Siem de Jong Vlag van Nederland Nederland Middenvelder 26-09-2007 Kozakken Boys-Ajax (1-2) 2013
12 Kenneth Vermeer Vlag van Nederland Nederland Doelman 28-09-2006 Ajax-IK Start (4-0) 2013
13 André Ooijer Vlag van Nederland Nederland Verdediger 21-08-2010 Ajax-Roda JC (3-0) 2012
15 Nicolás Lodeiro Vlag van Uruguay Uruguay Middenvelder 07-02-2010 Ajax-FC Twente (3-0) 2012 (optie tot 2014)
17 Daley Blind Vlag van Nederland Nederland Verdediger 07-12-2008 FC Volendam-Ajax (1-2) 2013
18 Rasmus Lindgren Vlag van Zweden Zweden Middenvelder 13-02-2005 NAC Breda-Ajax (1-2) 2012
20 Demy de Zeeuw Vlag van Nederland Nederland Middenvelder 02-08-2009 FC Groningen-Ajax (0-2) 2013
21 Hyun Jun Suk Vlag van Zuid-Korea Zuid-Korea Aanvaller 03-02-2010 Ajax-Roda JC (4-0) 2011 (optie tot 2012)
22 Bruno Silva Vlag van Uruguay Uruguay Verdediger 27-01-2008 Vitesse-Ajax (2-2) 2012
23 Oleguer Presas Vlag van Spanje Spanje Verdediger 30-08-2008 Willem II-Ajax (2-1) 2011 (optie tot 2012)
25 Mitchell Donald Vlag van Nederland Nederland Middenvelder 14-02-2007 Werder Bremen-Ajax (3-0) 2011
27 Darío Cvitanich Vlag van Argentinië Argentinië Aanvaller 30-08-2008 Willem II-Ajax (2-1) 2013
28 Roly Bonevacia Vlag van Nederland Nederland Middenvelder 14-08-2010 Ajax-Vitesse (4-2) 2013
30 Jeroen Verhoeven Vlag van Nederland Nederland Doelman 24-10-2010 Excelsior-Ajax (2-2) 2012
33 Aras Özbiliz Vlag van Nederland Nederland Aanvaller 28-11-2010 VVV-Venlo-Ajax (0-2) 2014
36 Ronald Graafland Vlag van Nederland Nederland Doelman n.v.t. n.v.t. 2012
37 Jody Lukoki Vlag van Nederland Nederland Aanvaller 19-01-2011 Ajax-Feyenoord (2-0) 2012
41 Lorenzo Ebecilio Vlag van Nederland Nederland Aanvaller 12-12-2010 Vitesse-Ajax (0-1) 2014
42 Geoffrey Castillion Vlag van Nederland Nederland Aanvaller 20-03-2011 ADO Den Haag-Ajax (3-2) 2011
46 Florian Jozefzoon Vlag van Nederland Nederland Aanvaller 14-08-2010 Ajax-Vitesse (4-2) 2011

[29]

Aangetrokken spelers

Naam Nationaliteit Vorige club Bedrag Periode
Dario Cvitanich Vlag van Argentinië Argentinië Vlag van Mexico CF Pachuca Verhuurd Winter
Bruno Silva Vlag van Uruguay Uruguay Vlag van Brazilië SC Internacional Verhuurd Winter
Henri Toivomäki Vlag van Finland Finland Vlag van Finland FC Lahti Transfervrij Winter

Vertrokken spelers

Naam Nationaliteit Volgende club Bedrag Periode
Mitchell Donald Vlag van Nederland Nederland Vlag van Nederland Roda JC Transfervrij Zomer
Teemu Tainio Vlag van Finland Finland Vlag van Verenigde Staten New York Red Bulls Transfervrij Winter
Timothy van der Meulen Vlag van Nederland Nederland Vlag van Schotland Dundee United FC Transfervrij Winter
Darko Bodul Vlag van Kroatië Kroatië Vlag van Portugal CD Nacional Transfervrij Winter
Luis Suárez Vlag van Uruguay Uruguay Vlag van Engeland Liverpool € 26.500.000 Winter
Urby Emanuelson Vlag van Nederland Nederland Vlag van Italië AC Milan € 1.700.000 Winter
Mido Vlag van Egypte Egypte Vlag van Egypte Al-Zamalek Transfervrij Winter

Verhuurde spelers

Naam Nationaliteit Hurende club Verhuurd tot
Marvin Zeegelaar Vlag van Nederland Nederland Vlag van Nederland Excelsior Juli 2011
Rik Schouw Vlag van Nederland Nederland Vlag van Nederland Almere City FC Juli 2011
Ismaïl Aissati Vlag van Nederland Nederland Vlag van Nederland Vitesse Juli 2011
Jan-Arie van der Heijden Vlag van Nederland Nederland Vlag van Nederland Willem II Juli 2011
Sergio Padt Vlag van Nederland Nederland Vlag van Nederland Go Ahead Eagles Juli 2011
Rob Wielaert Vlag van Nederland Nederland Vlag van Nederland Roda JC Juli 2011

Staf

Technische staf

Naam Nationaliteit Functie
Frank de Boer Vlag van Nederland Nederland Manager/Coach
Danny Blind Vlag van Nederland Nederland Assistent-trainer
Hennie Spijkerman Vlag van Nederland Nederland Assistent-trainer
Carlo l'Ami Vlag van Nederland Nederland Assistent-trainer (keepers)

Medische staf

Naam Nationaliteit Functie
Edwin Goedhart Vlag van Nederland Nederland Hoofd medische staf/clubarts
Niels Wijne Vlag van Nederland Nederland Clubarts
Frank van Deursen Vlag van Nederland Nederland Fysiotherapeut
Jos Kortekaas Vlag van Nederland Nederland Fysiotherapeut
René Wormhoudt Vlag van Nederland Nederland Conditietrainer/hersteltrainer
Piet Bon Vlag van Nederland Nederland Arts
Rob Koster Vlag van Nederland Nederland Masseur/pedicure

Begeleidende staf

Naam Nationaliteit Functie
David Endt Vlag van Nederland Nederland Teammanager
Herman Pinkster Vlag van Nederland Nederland Spelersbegeleider

Jeugd

Één van de sterkste punten van Ajax is als vanouds de jeugdopleiding. De opleiding concentreert zich op het Ajax-systeem van "Techniek, Inzicht, Persoonlijkheid en Snelheid" (TIPS). De jeugdelftallen spelen volgens hetzelfde 4-3-3 systeem met vleugelspelers als het eerste elftal. Hierdoor wordt de doorstroming vergemakkelijkt. Jaarlijks stromen echter maar ongeveer twee a drie voetballers uit de jeugd door naar het eerste elftal. Spelers die de top bij Ajax uiteindelijk niet weten te halen belanden vaak bij andere clubs in de Eredivisie waardoor de jeugdopleiding van Ajax ook wel de kweekvijver van het Nederlandse voetbal genoemd wordt. De jeugdopleiding is anno 2008 onder leiding van voormalig profvoetballer Jan Olde Riekerink.

Jong Ajax

Jong Ajax (of vroeger Ajax 2) is het tweede elftal van AFC Ajax. In het team spelen de profvoetballers van Ajax die niet in het eerste van Ajax kunnen spelen. In de meeste gevallen zijn dat jonge spelers die te oud zijn voor het hoogste junioren elftal van Ajax (de A1). In sommige gevallen spelen ook uit de gratie geraakte voormalige eerste-elftalspelers bij Jong Ajax. Het team heeft geregeld de competitie voor reserve elftallen gewonnen en heeft zich zo verschillende keren geplaatst voor het KNVB bekertoernooi. Hierin reikte het een drie keer tot de kwartfinale. Het beste resultaat werd geboekt in het seizoen 2001/2002. Onder leiding van Jan Olde Riekerink bereikte Jong Ajax de halve finale. In de halve finale werd het uiteindelijk na strafschoppen verslagen door FC Utrecht. Utrecht voorkwam op deze manier een finale van Ajax tegen Jong Ajax. Het bereiken van de halve finale van het bekertoernooi is sinds de invoering van het betaald voetbal niet eerder voorgekomen.[30]

Selectie
Pos. Naam Rugn.
Doel Vlag van Nederland Marco Bizot 34
Vlag van Nederland Jordy Deckers -
Verdediging Vlag van Denemarken Nicolai Boilesen 32
Vlag van Nederland Johan Kappelhof 45
Vlag van Nederland Bryan Ottenhoff -
Vlag van Nederland Timothy van der Meulen -
Vlag van Nederland Ricardo van Rhijn -
Middenveld Vlag van Nederland Ouasim Bouy 44
Vlag van Nederland Lorenzo Burnet -
Vlag van Nederland Tom Overtoom 52
Vlag van Nederland Rodney Sneijder 43
Aanval Vlag van Nederland Geoffrey Castillion 42
Vlag van Nederland Lorenzo Ebecilio 41
Vlag van Nederland Florian Jozefzoon 46
Vlag van Nederland Aras Özbiliz 33
Erelijst

Beloften Landskampioen (8x)

1994, 1996, 1998, 2001 (Ajax 2)
2002, 2004, 2005, 2009 (Jong Ajax)

Districtsbeker West I (3x)

1984, 1987, 1993

Algemene Amateurs KNVB Beker (1x)

1984

Beloften KNVB Beker (2x)

2003, 2004

Eredivisie KNVB Beker

Jaar Resultaat
1988 1/4 Finale
1995 1/4 Finale
1996 Groepsfase
1997 Groepsfase
2002 1/2 Finale
2003 1/8 Finale
2004 1/8 Finale
2005 1e Ronde
2006 1/8 Ronde
2010 2e Ronde

Ajax A1

Pos. Naam
Doel Vlag van Nederland Stan Berrevoets
Vlag van Nederland Warner Hahn
Verdediging Vlag van Nederland Stefano Denswil
Vlag van Nederland Mitchell Dijks
Vlag van Nederland Dico Koppers
Vlag van Nederland Ruben Ligeon
Vlag van Nederland Fabian Sprokslede
Vlag van Nederland Joël Veltman
Middenveld Vlag van Nederland Ouasim Bouy
Vlag van Nederland Joeri de Kamps
Vlag van Nederland Youssef Fennich
Vlag van Nederland Ricardo Kip
Vlag van Nederland Davy Klaassen
Aanval Vlag van Nederland Tom Boere
Vlag van Nederland Lesley de Sa
Vlag van Congo-Kinshasa Jody Lukoki
Vlag van Nederland Terrel Ondaan

Lucky Ajax

Lucky Ajax is een gelegenheidsteam van oud-profspelers van de Amsterdamse voetbalclub. Drijvende kracht achter het team is Sjaak Swart, die in het eerste van Ajax stond ten tijde van de succesreeks in de jaren zeventig. Tot de deelnemers aan de regelmatig wisselende formatie behoren verder onder andere Barry Hulshoff, Sonny Silooy, Simon Tahamata, Ronald Koeman, Tscheu La Ling, Gerrie Mühren, John van 't Schip, Brian Roy, Stanley Menzo, Peter van Vossen en Fred Grim. De naam is afgeleid van het gezegde "lucky Ajax", dat wordt gebezigd als Ajax door gelukkig toeval of een scheidsrechterlijke dwaling een wedstrijd winnend beëindigt.

Topscorers

Zie Lijst van meest scorende spelers bij Ajax voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Er zijn in totaal zeventien spelers die 100 keer of meer in het Ajax-shirt hebben gescoord in officiële wedstrijden. Hiervan zijn er 14 sinds de invoering van het betaald voetbal en de overige 3 (voor 1954) voordat er betaald voetbal was in Nederland.[31] Goaltjes Piet van Reenen staat met 273 treffers bovenaan.

Meeste wedstrijden

Zie Club van 100 (Ajax) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

In de Club van 100 van Ajax, waarin alle spelers zijn vermeld die 100 competitieduels of meer voor Ajax hebben gespeeld, staan de volgende vijf namen het hoogste in de lijst.[10]

# Naam Duels
1 Vlag van Nederland Sjaak Swart 463
2 Vlag van Nederland Wim Suurbier 393
3 Vlag van Nederland Danny Blind 372
4 Vlag van Nederland Piet Keizer 364
5 Vlag van Nederland Bennie Muller 341
Van de huidige selectie zijn er momenteel 3 spelers terug te vinden in de Club van 100.
44 Vlag van Nederland Maarten Stekelenburg 191
98 Vlag van België Jan Vertonghen 118
109 Vlag van Nederland Gregory van der Wiel 102

Erelijst

Club

  • Europese Club van het Jaar (4x)
1969, 1971, 1972, 1973
  • Sportploeg van het Jaar (7x)
1968, 1968, 1972, 1987, 1995 (Sportploeg van het Jaar)
1990
1995 (Dick van Rijn trofee)
  • Fair Play Cup: 1995
  • 7e meest succesvolle club van de 20e eeuw [32]
  • UEFA Team Ranking: 32e plaats [33]

Regionaal

  • Afdelingskampioen Eerste Klasse West (17x)
1918, 1919 (West A)
1921 (West)
1927, 1928, 1930, 1931, 1932, 1934, 1935, 1936, 1937, 1946, 1947 (West I)
1939, 1950, 1952 (West II)

Nationaal

1918, 1919, 1931, 1932, 1934, 1937, 1939, 1947 (Kampioens Competitie)
1957, 1960, 1966, 1967, 1968, 1970, 1972, 1973, 1977, 1979, 1980, 1982, 1983, 1985, 1990, 1994, 1995, 1996, 1998, 2002, 2004 (Eredivisie)
Gouden Kampioenssterren: 2(1 ster per 10 landstitels)
Eindstanden 1957-2010
1
3
6
1
2
4
2
5
13
1
1
1
2
1
2
1
1
3
3
3
1
2
1
1
2
1
1
3
1
2
2
2
2
1
2
2
3
1
1
1
4
1
6
5
3
1
2
1
2
2
2
3
3
2
57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 00 01 02 03 04 05 06 07 08 09 10
Eredivisie

NB. Het betreft hier de officiële eindstanden dus ná eventuele herschikking als gevolg van de play-offs zoals in 2005/06 en 2007/2008.

1917, 1943 (NVB Beker/Holdert Beker)
1961, 1967, 1970, 1971, 1972, 1979, 1983, 1986, 1987, 1993 (KNVB Beker)
1998, 1999, 2002 (Amstel Cup)
2006 (Gatorade Cup)
2007, 2010 (vervolg KNVB Beker)
Runner-up: 1968, 1978, 1980, 1981
1993 (PTT Telecom Cup)
1994, 1995 (Nederlandse Super Cup)
2002, 2005, 2006, 2007 (Johan Cruijff-schaal)
Runner-up: 1996, 1998, 1999, 2004, 2010

Internationaal

1971, 1972, 1973 (Europacup I)
1995 (Champions League)
Runner-up: 1969, 1996
→ 1 Champions League Badge voor het drie keer op rij winnen van de Champions League/Europacup I
Prijzenkast in het Ajax Museum
Boven: Intercontinental Cup - UEFA Cup - Toyota Cup
Beneden: Europacup I - Europacup II - Champions Cup
1987
Runner-up: 1988
1992
1972 (Officieus: Rangers FC First Centenary 1872-1972)
1973, 1995
Runner-up: 1987
1962 (International Football Cup - Karl Rappan Beker)
Poule winnaar in 1968 (Intertoto Cup)

Mondiaal

1972 (Intercontinental Cup)
1995 (Toyota Cup)
(In 1971 en 1973 weigerde Ajax de finale om de wereldbeker te spelen)

Kleine toernooien

Nationaal

Internationaal

1978, 1980, 1985, 1987, 1991, 1992 (Amsterdam 700 Toernooi)
2001, 2002, 2003, 2004 (LG Amsterdam Tournament)
  • Vlag van Finland FC Lahti Jalkapallo Tournament (1x) : 1993

1906 - Heden

Jaar Gewonnen Runner-up
1906 Vlag van NederlandAmsterdam Gouden Kruis
1909 Vlag van NederlandAmsterdam Gouden Kruis
1910 Vlag van NederlandAmsterdam Gouden Kruis
1911 Vlag van NederlandAmsterdam Gouden Kruis
1917 Vlag van NederlandNVB beker, Vlag van NederlandGouden Meerbeker
1918 Vlag van NederlandLandskampioen, Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse, Vlag van NederlandGouden Meerbeker
1919 Vlag van NederlandLandskampioen, Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse, Vlag van NederlandGouden Meerbeker
1921 Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1924 Vlag van NederlandAmsterdam Gouden Kruis
1927 Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1928 Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1930 Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1931 Vlag van NederlandLandskampioen, Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1932 Vlag van NederlandLandskampioen, Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1933 Arol Beker
1934 Landskampioen, Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse, Arol Beker, Ajax Amsterdam Paastoernooi
1935 Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse, Vlag van BelgiëTournoi de Bruxelles du Daring Club
1936 Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1937 Landskampioen, Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1938 Paastoernooi FC Blauw-Wit
1939 Landskampioen, Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1941 Arol Beker
1943 NVB Beker
1946 Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1947 Landskampioen, Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse
1949 Arol Beker, Ajax Amsterdam Paastoernooi
1950 Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse, Ajax Amsterdam Paastoernooi
1951 Arol Beker
1952 Vlag van NederlandAfdelingskampioen Eerste Klasse, Ajax Amsterdam Paastoernooi
1957 Landskampioen
1960 Landskampioen
1961 KNVB beker
1962 Vlag van EuropaInternational Football Cup
1966 Landskampioen
1967 Landskampioen, KNVB beker
1968 Landskampioen, Vlag van Europapoulewinnaar Intertoto Cup KNVB Beker
1969 Vlag van EuropaEuropacup I
1970 Landskampioen, KNVB beker
1971 KNVB beker, Vlag van EuropaEuropacup I
1972 Landskampioen, KNVB beker, Vlag van EuropaEuropacup I, Wereldbeker Voetbal,
Vlag van SchotlandRangers FC First Centenary 1872-1972
1973 Landskampioen, Vlag van EuropaEuropacup I, Vlag van EuropaUEFA Super Cup
1977 Landskampioen
1978 Amsterdam 700 Toernooi, Vlag van NoorwegenJubileum Toernooi in SK Brann Bergen KNVB Beker
1979 Landskampioen, KNVB beker Vlag van SpanjeTrofeo Santiago Bernabéu
1980 Landskampioen, Amsterdam 700 Toernooi KNVB Beker
1981 KNVB Beker
1982 Landskampioen
1983 Landskampioen, KNVB beker
1985 Landskampioen, Amsterdam 700 Toernooi
1986 KNVB beker
1987 KNVB beker, Vlag van EuropaEuropacup II, Amsterdam 700 Toernooi
1988 Vlag van GriekenlandOlympiakos Piraeus Tournament Vlag van EuropaEuropacup II, Vlag van EuropaUEFA Super Cup
1989 Vlag van FrankrijkIndoor Toernooi Parijs-Bercy
1990 Landskampioen
1991 Amsterdam 700 Toernooi
1992 UEFA Cup, Vlag van SpanjeTrofeo Santiago Bernabéu, Amsterdam 700 Toernooi, Vlag van ItaliëNicola Ceravalo Tournament
1993 KNVB beker, Nederlandse Super Cup, Vlag van FinlandFC Lahti Jalkapallo Tournament
1994 Landskampioen, Nederlandse Super Cup, Vlag van België Brugse Metten
1995 Landskampioen, Nederlandse Super Cup,
Vlag van EuropaUEFA Champions League, Vlag van EuropaUEFA Super Cup, Wereldbeker Voetbal,
Vlag van SpanjeTrofeo Concepción Arenal
Vlag van SpanjeTrofeo Santiago Bernabéu
1996 Landskampioen Vlag van NederlandJohan Cruijff Schaal, Vlag van EuropaUEFA Champions League
1997 Vlag van BelgiëBrugse Metten
1998 Landskampioen, Vlag van NederlandAmstel Cup Vlag van NederlandJohan Cruijff Schaal
1999 Vlag van NederlandAmstel Cup Vlag van NederlandJohan Cruijff Schaal
2001 Vlag van NederlandLG Amsterdam Tournament
2002 Landskampioen, Vlag van NederlandAmstel Cup, Vlag van NederlandJohan Cruijff Schaal, Vlag van NederlandLG Amsterdam Tournament
2003 Vlag van NederlandLG Amsterdam Tournament
2004 Landskampioen, Vlag van NederlandLG Amsterdam Tournament Vlag van NederlandJohan Cruijff Schaal
2005 Vlag van NederlandJohan Cruijff Schaal
2006 Vlag van NederlandGatorade Cup, Vlag van NederlandJohan Cruijff Schaal
2007 Vlag van NederlandKNVB Beker, Vlag van NederlandJohan Cruijff Schaal
2008 Vlag van WalesVansDirect Trophy
2009 Vlag van EngelandTed Bates Trophy Vlag van NederlandFWS Amsterdam Tournament
2010 Vlag van NederlandKNVB-beker, Sjabloon:AN-VLAGChippie Polar Cup Vlag van Nederland Johan Cruijff Schaal

Europese finales

Zie Europese wedstrijden van Ajax voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Ajax is één van de succesvolste clubs ooit in Europees verband. Het won viermaal de Europacup I/ Champions League, en maar drie clubs hebben deze prestatie weten te overtreffen: Real Madrid, AC Milan en Liverpool FC. Verder won Ajax één maal de Europacup II, één maal de UEFA Cup, driemaal de UEFA Super Cup en één maal de International Football Cup. Verder speelde de club nog drie finales die verloren werden. In onderstaande tabel staan de uitslagen van de gewonnen finales vet en van de verloren finales cursief vermeld.

Seizoen Competitie Tegenstander Land Uitslag Stadion
1961/62 International Football Cup Feyenoord Vlag van Nederland NED 4 - 2 Olympisch Stadion, Amsterdam
1968/69 Europa Cup 1 AC Milan Vlag van Italië ITA 1 - 4 Estadio Santiago Bernabéu, Madrid
1970/71 Europa Cup 1 Panathinaikos FC Vlag van Griekenland (1822-1970 en 1975-1978)GRE 2 - 0 Wembley, Londen
1971/72 Europa Cup 1 Internazionale Vlag van Italië ITA 2 - 0 De Kuip, Rotterdam
1972 UEFA Super Cup Glasgow Rangers Vlag van Schotland SCO 3 - 1 uit, 3 - 2 thuis
1972/73 Europa Cup 1 Juventus FC Vlag van Italië ITA 1 - 0 Rode Ster-stadion, Belgrado
1973 UEFA Super Cup AC Milan Vlag van Italië ITA 0 - 1 uit, 6 - 0 thuis
1986/87 Europa Cup 2 Lokomotive Leipzig Vlag van Duitse Democratische Republiek GDR 1 - 0 Olympisch stadion, Athene
1987 UEFA Super Cup FC Porto Vlag van Portugal POR 0 - 1 uit, 0 - 1 thuis
1987/88 Europa Cup 2 KV Mechelen Vlag van België BEL 0 - 1 Stade de la Meinau, Straatsburg
1991/92 UEFA Cup Torino FC Vlag van Italië ITA 2 - 2 uit, 0 - 0 thuis
1994/95 Champions League AC Milan Vlag van Italië ITA 1 - 0 Ernst Happelstadion, Wenen
1995 UEFA Super Cup Real Zaragoza Vlag van Spanje ESP 1 - 1 uit, 4 - 0 thuis
1995/96 Champions League Juventus FC Vlag van Italië ITA 1 - 1, 2 - 4 n.p. Stadio Olimpico, Rome

De wereldbeker

Ajax won tweemaal de Wereldbeker.

Jaar Tegenstander Land Uitslag Stadion
1972 Independiente Vlag van Argentinië ARG 1 - 1 uit, 3 - 0 thuis
1995 Grêmio Vlag van Brazilië BRA 0 - 0, 4 - 3 n.p. Olympisch stadion, Tokio

Samenwerkingsverbanden

Zie Lijst van satellietclubs van Ajax voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

AFC Ajax werkt op verschillende gebieden met andere clubs uit binnen- en buitenland samen. De clubs waar Ajax op dit moment intensief mee samenwerkt zijn:

Bekende supporters van Ajax

Zie ook

Zie de categorie Ajax Amsterdam van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.