enkelvoud tweevoud meervoud
nominatief þu *jut jus
accusatief þuk igqis izwis
genitief þeina igqis izwara
datief þus igqara izwis

igqis

  1. van jullie twee (genitief van de tweede persoon meervoud)
  2. jullie twee (accusatief van de tweede persoon meervoud)