geografie

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  geografie    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌɣejoɣraˈfi / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• geo·gra·fie

Woordherkomst en -opbouw

• via Frans géographie van Latijn geographia, in de betekenis van ‘aardrijkskunde’ voor het eerst aangetroffen in 1592
• met het voorvoegsel geo- en met het achtervoegsel -grafie

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	geografie	geografieën
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de geografie v

1. (wetenschap) wetenschap die de aarde beschrijft

Synoniemen

• aardrijkskunde

Afgeleide begrippen

• geografisch, geograaf

Verwante begrippen

• aardrijk, geologie, geologisch

Hyponiemen

bevolkingsgeografie biogeografie bodemgeografie

dialectgeografie dierengeografie diergeografie

fytogeografie landschapsgeografie macrogeografie

milieugeografie paleogeografie plantengeografie

taalgeografie woordgeografie zoögeografie

Vertalingen

    1. aardrijkskunde   

Abchazisch: географи (ab) Afrikaans: geografie (af) Aragonees: cheografía (an) Asturisch: xeografía (ast) Basjkiers: география (ba) Baskisch: geografia (eu) Bulgaars: география (bg) Catalaans: geografia (ca) Deens: geografi (da) Duits: Geographie (de) v Engels: geography (en) Esperanto: geografio (eo) Estisch: geograafia (et), maateadus (et) Fins: maantiede (fi) Frans: géographie (fr) v Fries: geografy (fy) Friulisch: gjeografie Galicisch: xeografía (gl) Grieks: γεωγραφία (el) Hongaars: földrajz (hu)

Italiaans: geografia (it) Latijn: geographia (la) Lets: ģeogrāfija (lv) Litouws: geografija (lt) Macedonisch: географија (mk) Noors: geografi (no) Occitaans: geografia (oc) Oekraïens: географія (uk) Pools: geografia (pl) v Portugees: geografia (pt) Russisch: география (ru) Servisch: географија (sr) Sloveens: geografija (sl) Slowaaks: geografia (sk) v Spaans: geografía (es) v Tagalog: heograpiya (tl) Tsjechisch: geografie (cs) v, zeměpis (cs) m onbezield Wit-Russisch: геаграфія (be) Zweeds: geografi (sv)

Gangbaarheid

• Het woord geografie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "geografie" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Afrikaans

Zelfstandig naamwoord

geografie

1. (wetenschap) aardrijkskunde, geografie

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /gɛjɔgrafɪjɛ/

Zelfstandig naamwoord

geografie v

1. (wetenschap) aardrijkskunde, geografie

Verbuiging

	enkelvoud	meervoud
nominatief	geografie	geografie
genitief	geografie	geografií
datief	geografii	geografiím
accusatief	geografii	geografie
vocatief	geografie	geografie
locatief	geografii	geografiích
instrumentalis	geografií	geografiemi

Synoniemen

• zeměpis m onbezield

Afgeleide begrippen

• anthropogeografie v
• fytogeografie v
• geografický
• zoogeografie v

Verwante begrippen

• geograf m bezield
• geograficky (bw.)
• geografičnost v
• geografka v

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.