zonzij
Uiterlijk
- zon·zij
- samenstelling van zon en zij
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zonzij | zonzijden zonzijdes |
verkleinwoord |
- aan de zijde van de zon.
- Aan de zonzij heeft het huis een luifel.
- Het woord zonzij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zonzij" herkend door:
56 % | van de Nederlanders; |
26 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be