uitspreekbaar
Uiterlijk
- uit·spreek·baar
- Naamwoord van handeling van uitspreken met het achtervoegsel -baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | uitspreekbaar | uitspreekbaarder | uitspreekbaarst |
verbogen | uitspreekbare | uitspreekbaardere | uitspreekbaarste |
partitief | uitspreekbaars | uitspreekbaarders | - |
uitspreekbaar
- dat je een tekst kunt omzetten in geluid
- Meteorologisch is een van de moeilijkst uitspreekbare Nederlands woorden.
- Het woord 'uitspreekbaar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.