Naar inhoud springen

schijfje

Uit WikiWoordenboek
  • schijf·je

het schijfjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schijf
enkelvoud meervoud
naamwoord
verkleinwoord schijfje schijfjes

het schijfjeo dim. tant.

  1. (cognacgrog met) een schijfje citroen
  2. diskette
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be