Naar inhoud springen

samoem

Uit WikiWoordenboek
1. droge hete woestijnwind die zand meevoert
  • sa·moem
enkelvoud meervoud
naamwoord samoem samoems
verkleinwoord - -

de samoemm

  1. (meteorologie) droge hete woestijnwind die zand meevoert
    • Hoe moet je die gure wind noemen die de velden doet opwaaien en ze als stof de lucht in jaagt? Italië heeft zijn tramontana, de woestijn haar samoem. De onze waait alleen hier. Waar komt hij vandaan? Hij is ruw, hij raspt. [1]
5 % van de Nederlanders;
6 % van de Vlamingen.[2]