Naar inhoud springen

parkiet

Uit WikiWoordenboek
  • par·kiet
enkelvoud meervoud
naamwoord parkiet parkieten
verkleinwoord parkietje parkietjes

de parkietm

  1. (papegaaiachtigen) kleine papegaaiachtige vogel
100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]