Naar inhoud springen

lette

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Lette
  • let·te
vervoeging van
letten

lette

  1. enkelvoud verleden tijd van letten
    • Ik lette. 
    • Jij lette. 
    • Hij, zij, het lette. 
  2. aanvoegende wijs van letten
     Een complete tegenpool van deze ultra-lighter was Banjo die juist helemaal niet op gewicht lette.[1]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia


  • let·te
  • Werkwoord: Afleiding van het Deens bijvoeglijke naamwoord let
Naar frequentie 2845

lette, g / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van let

lette, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van let
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
lette
letter
lettede
lettet
volledig

lette

  1. ontlasten, opluchten, verlichten
  2. verhelpen
  3. (luchtvaart) (vliegtuig) opstijgen
  4. (scheepvaart) (anker) hijsen, lichten
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   lette     letten     letter     letterne  
genitief   lettes     lettens     letters     letternes  

lette, g


  • let·te
  • Werkwoord: Afkomstig van het Oudnoordse woord  létta ww 
  • Zelfstandig naamwoord: Afkomstig van het Oudnoordse woord  létti zn 
Naar frequentie 1606

lette

  1. onbepaald enkelvoud stellende trap van lett

lette

  1. bepaald stellende trap van lett

lette

  1. aantonende wijs bedrijvende vorm van lete
vervoeging
onbepaalde wijs lette
tegenwoordige tijd letter
verleden tijd letta
lettet
voltooid
deelwoord
letta
lettet
onvoltooid
deelwoord
lettende
lijdende vorm lettes
gebiedende wijs lett
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

lette

  1. overgankelijk verlichten
    «Teknologien lettet arbeidet.»
    De technologie verlichtte de arbeid.
  2. overgankelijk lenigen, opluchten
    «Vi er veldig lettet i dag.»
    We zijn erg opgelucht vandaag.
  3. overgankelijk, (scheepvaart) (anker) hijsen, lichten
  4. overgankelijk(hut) optillen
  5. onovergankelijk opstijgen
    «Flyet lettet
    Het vliegtuig steeg op.
  6. onovergankelijk, (meteorologie) (wolken, mist) afnemen, (weer) opknappen
    «Tåken letter
    De mist neemt af.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   lette     letten     letter     lettene  
genitief   lettes     lettens     letters     lettenes  

lette, m

  1. bijstand, hulp, ondersteuning
    «Hjelpen kom som en stor lette for dem.»
    Hulp kwam als een groot opluchting voor hen.
  2. opluchting, verademing
  3. verlichting, verzachting


  • let·te
  • Werkwoord: Afkomstig van het Oudnoorse woord létta
  • Zelfstandig naamwoord: Afkomstig van het Oudnoorse woord létti
vervoeging
onbepaalde wijs lette
letta
tegenwoordige tijd lettar
verleden tijd letta
voltooid
deelwoord
letta
onvoltooid
deelwoord
lettande
lijdende vorm lettast
gebiedende wijs lett
letta
lette
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

lette

  1. overgankelijk verlichten
  2. overgankelijk lenigen
  3. overgankelijk, (scheepvaart) (anker) opgaan
  4. overgankelijk (hut) optillen
  5. onovergankelijk opstijgen
  6. onovergankelijk, (meteorologie) (wolken, mist) afnemen, (weer) opknappen
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   lette     letten     lettar     lettane  

lette, m

  1. opluchting
    «Hjelpa kom som ein stor lette for dei.»
    Hulp kwam als een groot opluchting voor hen.