devaluatie
Uiterlijk
- Geluid: devaluatie (hulp, bestand)
- de·va·lu·a·tie
- In de betekenis van ‘vermindering van waarde’ voor het eerst aangetroffen in 1768 [1]
- Naamwoord van handeling van devalueren met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | devaluatie | devaluaties |
verkleinwoord | - | - |
- (economie) vermindering in waarde van een munt
- Je moet ergens heen met je geld, want cash levert ook niets op. Toch blijven er risico’s, zoals de dreigende devaluatie van de Chinese Yuan. En mocht Donald Trump tot president van Amerika worden verkozen dan zal de markt fors schrikken. [4]
- (bij uitbreiding) verlies aan waarde of betekenis
- Devaluatie van een begrip.
- [1] depreciatie
- Het woord devaluatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "devaluatie" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "devaluatie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ devaluatie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC 2 juli 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be