cases

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  cases    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈkesəs / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• ca·ses

Woordherkomst en -opbouw

• case met uitgang -s

Zelfstandig naamwoord

de cases mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord case

Gangbaarheid

• Het woord cases staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Engels

Uitspraak

• Geluid:  cases    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈkeɪsɪz / (3 lettergrepen)

Woordherkomst en -opbouw

•  case zn  met de uitgang -s

Zelfstandig naamwoord

cases mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord case

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
casar

cases

1. aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van casar
2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van casar