Naar inhoud springen

Wasser

Uit WikiWoordenboek

Wasser

  1. water
    «Wasser isch e chemischi Vrbindig us Suurstoff un Wasserstoff.»
    Water is een chemische verbinding uit zuurstof en waterstof.


  • Was·ser
Naar frequentie 393

Wasser, o

  1. geen meervoud (scheikunde) water
    «Die Bezeichnung Wasser wird für den flüssigen Aggregatzustand verwendet. Im festen Zustand spricht man von Eis, im gasförmigen Zustand von Wasserdampf.»
    De term water wordt gebruikt voor de vloeibare aggregatietoestand. In vaste toestand spreekt men van ijs, in gasvormige toestand van waterdamp.
  2. geen meervoud (drinken) water
    «Wasser ist Grundlage allen Lebens.»
    Water is de basis van al het leven.
  3. (aardrijkskunde) (plechtig) water
  4. vloeistof die aan water doet denken
  • zu Wasser werden
op nul uitlopen (letterlijk: niets worden)


  • Was·ser
enkelvoud
(onbepaald)
enkelvoud
(bepaald)
meervoud
(onbepaald)
meervoud
(bepaald)
nominatief en Wasser es Wasser - - - - - -
datief me Wasser em Wasser - - - - - -
accusatief en Wasser es Wasser - - - - - -

Wasser, o, geen meervoud

  1. (scheikunde) water
  2. (drinken) water