Pierre Abattucci
Pierre Abattucci | ||
---|---|---|
Algemene informatie | ||
Land | België | |
Geboortedatum | 20 mei 1871 | |
Geboorteplaats | Sint-Jans-Molenbeek | |
Overlijdensdatum | 20 december 1942 | |
Overlijdensplaats | Elsene | |
Begraafplaats | Begraafplaats van Elsene | |
Werk | ||
Beroep | kunstschilder, beeldend kunstenaar | |
Kunst | ||
Genre | portret | |
De informatie in deze infobox is afkomstig van Wikidata. U kunt die informatie bewerken. |
Pierre-Jean Abattucci (Sint-Jans-Molenbeek, 20 mei 1871 - Elsene, 20 december 1942) was een Belgisch kunstschilder, graficus en lithograaf, vooral van landschappen die nauw verwant zijn met de geest van het symbolisme.
Biografie
[bewerken | brontekst bewerken]Abattucci [1] werd geboren als zoon van Jacques Abattucci en van Petronille Senders en was gehuwd met Catherine Louise de Mesmaeker.
Hij kreeg zijn artistieke opleiding aan de "Ecole des Arts Décoratifs" te Sint-Jans-Molenbeek bij François Stroobant, vervolgens aan de Academie voor Schone Kunsten te Brussel van 1892 tot 1897, waar hij Jean-François Portaels, Charles Van der Stappen en Joseph Stallaert als belangrijkste leraren had.
Abattucci debuteerde als kunstenaar in een Salon van de kring L’Art Libre en was zijn hele leven lang geregeld exposant in de Brusselse Salons van de “Société Royale des Beaux-Arts” en van de Cercle Artistique et Littéraire. In de Circle, gevestigd in de Waux-Hall aan de Wetstraat, exposeerde hij individueel in 1921 en 1935. In 1912 was hij er al in een tweemanstentoonstelling samen met Emile Jacques en in 1924 exposeerde hij er in een ruimer verband samen met Eric Wansart, Pros De Wit, Jenny Montigny en Henriëte Bossché. Hij had ook enkele eenmanstentoonstellingen in de galerijen Toison d’Or en Studio (1922). In de Studio was hij ook vertegenwoordigd tijdens het Herfstsalon 1920 waar hij toen exposeerde met collegas als Firmin Baes, Henri Binard, Louis Buisseret, Hubert Glansdorff en Gustave-Max Stevens.
Tijdens de wereldtentoonstelling in Saint Louis (U.S.A.) in 1904 werd hem een bronzen medaille toegekend.
Zijn leven als kunstenaar verliep zonder noemenswaardige feiten. Hij combineerde zijn kunstenaarschap met een lesopdracht aan de Academie van Sint-Jans-Molenbeek.
Oeuvre
[bewerken | brontekst bewerken]Naast het portret beoefende Abattucci bij voorkeur het landschapsgenre evenals het schilderen van pittoreske hoekjes in oude steden. Zijn landschappen lijken steeds wat geïdealiseerd en dromerig; hij toont een bijzondere belangstelling voor het weergeven van ochtend- en avondstemmingen bij wisselvallige atmosferische omstandigheden: nevels, bewolking, volle zon, wisselende seizoenen. Italiaanse landschappen, typisch met hun dominerende cipressen zijn een constante in zijn landschappen. Geliefde plekken waren ook Venetië en Saint-Raphaël.
Een keuze uit de titels van zijn werken (telkens met vermelding van het jaartal of van de tentoonstelling) levert een beeld van de genres die hij heeft beoefend: Verlaten kasteel (1901), Portret van de criticus Sander Pierron (1901), Meimaand bij de kapel (1902), Een voormiddag in juni (1906), Tegen de avond (1906), Heide in de zon (Salon 1907, Brussel), Vijver ’s morgens (id.), Grote wolk – avond (id.), Open plek in het bos (id.) (grafiek), Straatje te Brussel (id.) (grafiek), Herfstnamiddag (Salon 1909, Brussel), Vijver aan een bosrand – zonsondergang (id.), Het leverkruid (Salon 1913, Gent), Bewolkt weer – einde van de dag (Salon 1914, Brussel), Erekoer van het kasteel te Rixensart (Salon 1914, Spa), Bosrand – valavond (id.), Esméralda (id.) (pastel) en het Wagneriaanse Parsifal op Montsalvat (litho) (id.).
Abattucci was lid van de Société des Aquaforistes Belges en publiceerde grafisch werk in de albums die deze kring uitgaf. Hij vervaardigde ook ex-libris, onder andere een voor Sander Pierron.
Musea en openbare verzamelingen
[bewerken | brontekst bewerken]- Verz. Belgische Staat
- Brussel, Koninklijke Verzameling
- Brussel, Museum Charlier : Zicht op Rapallo
- Elsene, Stedelijk Museum : Avond aan de rand van de vijver
- Mons, Musée des Beaux-Arts : Einde van de dag – Sorrento
- Oostende, KaZ: litho La plaine
Referenties
[bewerken | brontekst bewerken]- Le Thyrse (vooral de tentoonstellingskronieken tussen 1900 en 1940).
- Ch. Conrardy, Pierre Abatucci, in : La Vie Artistique, 1925, p. 299.
- Annuaire général des Beaux-Arts de Belgique, Brussel 1930, dl. II.
- P. Bautier, Pierre Abattucci, in: Biographie Nationale de Belgique, 30, Brussel, (1959).
- E. Bénézit, Dictionnaire critique et documentaire des peintres, sculpteurs, (Paris), 1976 (verb. heruitg. Paris, 1999).
- P. en V. Berko, Dictionnaire des peintres belges nés entre 1750 en 1875, Brussel-Knokke, 1981.
- W.G. Flippo, Lexikon of the Belgian Romantic Painters. Antwerpen 1981.
- P. en V. Berko & N. Hostyn, Marines van Belgische kunstenaars geboren tussen 1750 en 1875. Brussel-Knokke, 1984.
- S. Goyens de Heusch, L’impressionisme et le fauvisme en Belgique, Antwerpen-Paris, 1988.
- A. Herickx & J. Mambour, Catalogue du Musée des Beaux-Arts de Mons, Brussel, 1988.
- Allgemeines Künstlerlexikon, 1, Leipzig-München, 1992.
- Le dictionnaire des peintres belges du XIVième siècle à nos jours, Brussel, 1994.
- A. Collart, Who was who in exlibris, 12, in : Graphia, N° 98, 1987.
- N. Hostyn, Pierre Abattucci, in : Nationaal Biografisch Woordenboek, 12, Brussel, 1987.
- P. Piron, De Belgische beeldende kunstenaars uit de 19de en 20ste eeuw, Brussel, 1999.
- V. Martin-Schmets, Les Indépendants belges 1904-1929, Brussel, 1999.
- W. & G. Pas, Biografisch Lexicon Plastische Kunst in België. Schilders- beeldhouwers – grafici 1830-2000, Antwerpen, 2000.
- P.M.J.E. Jacobs Beeldend Benelux. Biografisch handboek, Tilburg, 2000.
- W. & G. Pas, Dictionnaire biographique arts plastiques en Belgique. Peintres-sculpteurs-graveurs 1800-2002, Antwerpen, 2002.
- P. Piron, Dictionnaire des artistes plasticiens de Belgique des XIXe et XXe siècles, Lasne, 2003.
Voetnoten
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ Ondanks de naam lijkt deze familie niet van Corsicaanse of Italiaanse afkomst te zijn. De schilder Pierre Abattucci werd op 20 mei 1871 geboren in Sint-Jans-Molenbeek, waar hij in 1902 trouwde met Catherine Louise De Mesmaeker. Hij was de zoon van Jacques Abattucci, geboren in 1835 in Asse, eerst loodgieter en later suikerbakker in Sint-Jans-Molenbeek, die in 1863 in Brussel getrouwd was met Pétronille Senders, geboren in 1843 in Luyksgestel in Nederland. Jacques Abattucci was de zoon van Constant of Constantin Abatucci (met een “T”), huisbediende in Asse, die in 1826 trouwde met Joanna Petronella Boom, een landbouwer geboren in 1800 in Asse, ook van Asse ouders. Constant Abatucci, toen landbouwer in Ganshoren, overleed in Koekelberg op nr. 215 Montagne-aux-Anges op 24 september 1849 en zijn vrouw, een dagloner, overleed in Ganshoren op 13 december 1858. Constant Abatucci was een achtergelaten kind dat op 16 december 1796 in Brussel werd gevonden. In zijn geboorteakte in Brussel, gedateerd 27 frimaire de l'an V de la République française, nr 651, staat: Aujourd’hui, vingt-sept frimaire de l’an cinq de la République française à neuf heures du matin, moi, Jean François Foubert, commissaire de police de la huitième section de la commune et canton de Bruxelles, Département de la Dyle, me suis rendu à l’hospice des enfans trouvés en cette commune, où j’ai vu un enfant mâle âgé d’un jour trouvé hier à six heures et demie du soir à la porte du dit hospice vetu d’un beguin avec dentelle un bonnet de coton fond blanc et fleurs rouges, une chemise, une camisol de coton à lignes blanches et jaunes, deux locques blanches et deux mauvais morceaux d’une couverte de laine blanche de tout quoi j’ai dressé ce procès verbal pour servir ou il appartiendra. Zo gaf Pierre-Joseph Olbrechts, lid van het gemeentebestuur van de stad Brussel, het kind de voornaam en achternaam Constant Abatucci. Waarom deze naam? Een hypothese is de volgende: Olbrechts was een vurig en enthousiast verdediger en propagandist van het nieuwe Franse regime in België, zoals blijkt uit een biografische studie die in 2017 werd gepubliceerd. Het is dus zeer waarschijnlijk, zelfs bijna zeker, dat hij de vondeling wilde vernoemen naar generaal Abbatucci, die op 2 december 1796 een heldendood stierf tijdens het beleg van Huningue, een generaal wiens heldendaden in die tijd in alle kranten werden vermeld. Bovendien betekent de voornaam 'constant' in het Frans 'koppig', 'eeuwig', 'onbuigzaam' enzovoort. Constant Abattucci verwijst dus naar de “eeuwige generaal Abbatucci”.