Bismut(III)telluride
Uiterlijk
Bismut(III)telluride | ||||
---|---|---|---|---|
Structuurformule en molecuulmodel | ||||
Algemeen | ||||
Molecuulformule | Bi2Te3 | |||
IUPAC-naam | bismut(III)telluride | |||
Andere namen | dibismuttritelluride | |||
Molmassa | 800,761 g/mol | |||
CAS-nummer | 1304-82-1 | |||
PubChem | 24884204 | |||
Wikidata | Q415256 | |||
Beschrijving | Grijs poeder | |||
Vergelijkbaar met | Bismut(III)sulfide | |||
Waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen | ||||
H-zinnen | H302 - H312 - H315 - H319 - H332 - H335 | |||
EUH-zinnen | geen | |||
P-zinnen | P261 - P280 - P305+P351+P338 | |||
Fysische eigenschappen | ||||
Aggregatietoestand | vast | |||
Kleur | (muis)grijs | |||
Dichtheid | 7,7 g/cm³ | |||
Smeltpunt | 585 °C | |||
Tenzij anders vermeld zijn standaardomstandigheden gebruikt (298,15 K of 25 °C, 1 bar). | ||||
|
Bismuttelluride is een anorganische verbinding van bismut en telluur, met als brutoformule Bi2Te3. De stof is een grijs poeder en is een halfgeleider. Het komt in de natuur voor als het mineraal tellurobismutiet.
Toepassing
[bewerken | brontekst bewerken]Als halfgeleidermateriaal wordt bismut(III)telluride samen met antimoon en seleen gebruikt in thermokoppels en infrarooddetectoren. Het kan ook gebruikt worden voor het opwekken van thermische elektriciteit (thermo-elektrische generator) en als koelmiddel voor halfgeleidercompenten (peltier-element).