• zee·slag
enkelvoud meervoud
naamwoord zeeslag zeeslagen
verkleinwoord zeeslagje zeeslagjes

de zeeslagm

  1. (militair) militair treffen tussen vijandelijke schepen op zee
    • Admiraal Tromp sneuvelde bij de zeeslag bij Ter Heijde. 
  2. (spel) bordspel voor twee personen, waarbij eerst beide spelers boten plaatsen op hun eigen bord, dat niet zichtbaar is voor de tegenstander, en daarna om en om schoten plaatsen op het bord van de tegenstander, waarbij deze aangeeft of het schot raak is of niet, totdat alle boten van een van de spelers compleet getroffen zijn
    • In de pauze speelden we een spelletje zeeslag. 
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be