• te·rug·schroe·ven

terugschroeven

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
terugschroeven
schroefde terug
teruggeschroefd
zwak -d volledig
  1. verminderen van iets; iets terug brengen op een ouder niveau
     Boerenprotesten zijn in principe niets nieuws. Dertig jaar geleden werd ook in een deel van Den Haag het verkeer geblokkeerd door boze boeren. De woede richtte zich toen op het terugschroeven van overheidssteun voor de agrarische sector. Ook in de jaren daarna was er in diverse vormen boerenprotest. Bijvoorbeeld door het dumpen van mest voor provinciehuizen.[1]



  1.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “'Monumentale deur uit provinciehuis breken is een grens overschrijden'” (Maandag 14 oktober 2019, 21:26), NOS