massamens
- mas·sa·mens
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | massamens | massamensen |
verkleinwoord |
de massamens m
- (pejoratief) iemand die opgaat in een massa zonder eigenheid
- ▸ De allerlaatste discussie verliep tussen Diederik Boomsma, gemeenteraadslid van Amsterdam voor het CDA en vertaler en inleider van het boek De Opstand van de Massamens van José Ortega y Gasset, en Paul Cliteur, filosoof hier te lande. Het onderwerp was de seculiere tijd.[2]
- Het woord massamens staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "massamens" herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
71 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Binnenkort moet je je ideeën bij de Action halen” (17 januari 2017), Het Parool
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be