bomentuin

Nederlands

bomentuin

Uitspraak

• Geluid:  bomentuin    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• bo·men·tuin

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  boom zn  en  tuin zn  met het invoegsel -en- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bomentuin	bomentuinen
verkleinwoord	bomentuintje	bomentuintjes

Zelfstandig naamwoord

de bomentuin m

1. (wetenschappelijke) verzameling van aangeplante boomsoorten

Synoniemen

• arboretum

Gangbaarheid

• Het woord 'bomentuin' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.