beursmaand

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  beursmaand    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• beurs·maand

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  beurs zn  en  maand zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	beursmaand	beursmaanden
verkleinwoord	beursmaandje	beursmaandjes

Zelfstandig naamwoord

de beursmaand v / m

1. (financieel) een kalendermaand op de effectenbeurs
2. bedrag dat men als beurs ontvangt in een periode van één maand

   ▸ Een studentbestuurder kan aanspraak maken op 6 maanden vergoeding. Eén beursmaand bestaat uit een bedrag van 444,20. Het maximale bedrag waar een lid in de periode aanspraak op kan maken is 2665 euro.

Gangbaarheid

• Het woord beursmaand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.