doorrijden
Uiterlijk
- Geluid: doorrijden (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdorɛidə(n) / (3 lettergrepen)
- door·rij·den
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doorrijden |
reed door |
doorgereden |
klasse 1 | volledig |
doorrijden [2]
- ergatief voortgaan met rijden; niet stoppen
- De automobilist was na de aanrijding doorgereden, maar werd door de politie achterhaald.
- ▸ Verkeer werd omgeleid via de A13 en A20. Rond 08.45 werd de tunnel in beide richtingen weer vrijgegeven. Na afloop stonden er nog flinke files van Rotterdam tot Rijswijk en van Spijkenisse tot Ridderkerk, maar inmiddels kan het meeste verkeer weer doorrijden.[3]
- sneller rijden
- Jan, rijd alsjeblieft een beetje door
- zich met een rijdier of voertuig door iets heen verplaatsen
- De zware vrachtwagen reed met veel te hoge snelheid het smalle straatje door.
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doorrijden |
doorreed |
doorreden |
klasse 1 | volledig |
doorrijden [4]
- rijdend bewegen door
- Het woord doorrijden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "doorrijden" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Ketheltunnel dicht tijdens ochtendspits vanwege ziekmeldingen, inmiddels weer open” (16 mei 2022), NOS
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 1 in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ergatief werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %